ECLI:NL:RBMNE:2022:1504
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering op basis van driepartijenovereenkomst en geen vorderingsrecht voor eiseres
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 20 april 2022 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Infomedics B.V. en een gedaagde partij. Infomedics vorderde betaling van een bedrag van € 4.013,85, voortvloeiend uit een tandheelkundige behandeling die de gedaagde had ondergaan bij [onderneming 1] B.V. De gedaagde had de factuur van € 3.333,93 niet betaald. Infomedics stelde dat zij de vordering onder lastgeving incasseerde, maar de kantonrechter oordeelde dat Infomedics geen rechthebbende was op de vordering. Dit was het gevolg van een driepartijenovereenkomst tussen [onderneming 1] B.V., [onderneming 2] B.V. en Infomedics, waarin de vordering door [onderneming 1] B.V. aan [onderneming 2] B.V. was overgedragen. De kantonrechter concludeerde dat alleen [onderneming 2] B.V. bevoegd was om over de vordering te beschikken, waardoor Infomedics geen vorderingsrecht toekwam. De vordering van Infomedics werd afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde partij, die op € 498,- werden vastgesteld. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste rechtspositie bij het incasseren van vorderingen en de gevolgen van overdrachten van vorderingen in het kader van driepartijenovereenkomsten.