ECLI:NL:RBMNE:2022:1378
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Proceskostenvergoeding na intrekking beroep na wijziging besluit na deskundigenrapport
Op 4 april 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen verzoekster, vertegenwoordigd door mr. R. Grijpstra, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, vertegenwoordigd door mr. E.F. de Roy van Zuydewijn. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zonder zitting uitspraak gedaan over het verzoek om proceskostenvergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder tegemoet is gekomen aan het beroep van verzoekster, die eerder een uitkering op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet Wia) had aangevraagd. Na een deskundigenonderzoek heeft verweerder het besluit gewijzigd en vastgesteld dat verzoekster per 12 augustus 2019 volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, met recht op een uitkering op grond van de Inkomensvoorziening voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (IVA). Verzoekster heeft daarop haar beroep ingetrokken en verzocht om vergoeding van de proceskosten. De rechtbank heeft dit verzoek als kennelijk gegrond toegewezen en verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten, vastgesteld op € 1.518,-. Daarnaast is verweerder verplicht om het door verzoekster betaalde griffierecht van € 48,- te vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.