Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 maart 2022 in de zaak tussen
Zilveren Kruis Zorgkantoor, verweerder
[belanghebbende] , uit [plaats]
Dolia Thuiszorg B.V., gevestigd in Utrecht.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 8 maart 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. De eiseres, wijlen mevrouw [eiseres], had een beroep ingesteld tegen een besluit van het Zilveren Kruis Zorgkantoor, dat haar persoonsgebonden budget (pgb) over 2017 en januari tot en met maart 2018 had ingetrokken. Dit leidde tot een terugvordering van € 35.640,-. Het bezwaar van eiseres tegen dit besluit werd op 3 september 2019 ongegrond verklaard, waarna zij beroep instelde. Tijdens de procedure is eiseres op 28 mei 2021 overleden. De gemachtigde van eiseres heeft de rechtbank op 29 november 2021 geïnformeerd dat de familieleden van de overleden eiseres de erfenis hebben verworpen. Hierdoor was er niemand meer die het beroep kon voortzetten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen andere erfgenamen zijn die de procedure willen voortzetten. De gemachtigde van de overleden eiseres en de belanghebbende hebben aangegeven zich te willen onttrekken aan de procedure. De rechtbank heeft op basis van deze feiten geconcludeerd dat het processuele belang aan de beoordeling van het beroep is komen te ontvallen. Daarom heeft de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.