ECLI:NL:RBMNE:2021:6696
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de dagvaarding wegens gebrek aan betekening aan verdachte in het buitenland
Op 8 november 2021 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die geboren is in Portugal en geen bekende vaste woon- of verblijfplaats in Nederland heeft. De zaak betreft een diefstal van een zonnebril op 26 augustus 2021 te Utrecht. Tijdens de terechtzitting heeft de raadsman van de verdachte, mr. A.R. Ytsma, aangegeven niet gemachtigd te zijn door de verdachte om de verdediging te voeren. De officier van justitie, mr. C. Goedegebuure, heeft de rechtbank geïnformeerd over de stand van zaken.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er een adres van de verdachte in Portugal bekend is, maar dat het Openbaar Ministerie geen (vertaalde) dagvaarding naar dit adres heeft verzonden. Hierdoor is de dagvaarding niet op de juiste wijze aan de verdachte betekend. Aangezien de verdachte niet ter terechtzitting is verschenen, heeft de rechtbank in overeenstemming met de officier van justitie geoordeeld dat de dagvaarding nietig moet worden verklaard.
De rechtbank heeft vervolgens de beslissing genomen om de dagvaarding nietig te verklaren. Dit vonnis is uitgesproken door de meervoudige kamer, onder leiding van voorzitter mr. A. Maas, en in aanwezigheid van de andere rechters, mrs. J.G. van Ommeren en E.W.A. Vonk, en griffier J.J. Veldhuizen.