In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 23 november 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Eiser heeft beroep ingesteld tegen de heffingsambtenaar van de gemeente Soest, omdat deze niet tijdig een dwangsombesluit heeft genomen. De rechtbank heeft in overweging genomen dat, volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb), een betrokkene eerst een ingebrekestelling aan het bestuursorgaan moet sturen voordat hij in beroep kan gaan. Eiser was van mening dat hij geen ingebrekestelling hoefde te sturen, omdat hij eerder al een ingebrekestelling had verzonden. Hij verwees naar een uitspraak van de rechtbank Limburg ter ondersteuning van zijn standpunt.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet in gebreke heeft gesteld en dat hij niet heeft voldaan aan de voorwaarden die in de Awb zijn gesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen dwangsombesluit is genomen en dat er geen ingebrekestelling is verstuurd, waardoor het beroep niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank heeft ook verwezen naar eerdere uitspraken van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, die bevestigen dat een dwangsombesluit uit eigen beweging door het bestuursorgaan moet worden genomen en dat een ingebrekestelling niet kan worden aangemerkt als een aanvraag.
De rechtbank heeft de eis van eiser afgewezen en hem geen proceskostenvergoeding toegekend. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.