ECLI:NL:RBMNE:2021:6577

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
8 november 2021
Publicatiedatum
2 februari 2022
Zaaknummer
UTR 21/1119
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht

In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van het college van de burgemeester en wethouders van Utrecht behandeld. Eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van 28 januari 2021, maar heeft verzuimd het verschuldigde griffierecht van € 181,- te betalen. De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet nodig werd geacht, conform artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

De rechtbank heeft eiser op 23 april 2021 een aangetekende brief gestuurd waarin hij werd geïnformeerd over de verplichting tot betaling van het griffierecht binnen vier weken. Aangezien het griffierecht niet is ontvangen en eiser geen geldige reden heeft opgegeven voor deze niet-betaling, kan de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen. De hoofdregel is dat als het griffierecht niet op tijd wordt betaald, de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen, tenzij er sprake is van omstandigheden waar eiser niets aan kan doen.

In dit geval heeft de rechtbank geoordeeld dat er geen geldige reden is voor de niet-betaling van het griffierecht. Daarom heeft de rechtbank het beroep van eiser kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. L.M. Reijnierse en is openbaar gemaakt op 8 november 2021.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 21/1119

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 november 2021 in de zaak tussen

[eiser] , te [woonplaats] , eiser,

en

het college van de burgemeester en wethouders van Utrecht, verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep van eiser tegen het besluit van verweerder van 28 januari 2021.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)). Eiser heeft namelijk het griffierecht niet betaald, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Iemand die in beroep gaat moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41, eerste lid, van de Awb. In dit geval is het griffierecht € 181,-.
3. Als het griffierecht niet (op tijd) wordt betaald is de hoofdregel dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het griffierecht niet door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eiser niets aan kan doen.
4. De rechtbank heeft eiser op 23 april 2021 een aangetekende brief gestuurd, waarin staat dat eiser het griffierecht binnen vier weken moet betalen aan de rechtbank.
5. De rechtbank heeft het bedrag niet ontvangen. Eiser heeft daar geen geldige reden voor gegeven.
6. Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld en de rechtbank zal geen uitspraak over het beroep doen. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. L.M. Reijnierse, rechter, in aanwezigheid van
J. Fagel, griffier. De beslissing is uitgesproken op 8 november 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.