ECLI:NL:RBMNE:2021:6486

• Datum uitspraak: 16 december 2021
• Publicatiedatum: 20 januari 2022
• Zaaknummer: UTR 21/1271
• Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Bestuursrecht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: R.C. Moed
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Beroep tegen niet tijdig beslissen op bezwaar inzake aanslag gemeentelijke belasting

In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen de heffingsambtenaar van de gemeente Lelystad, omdat hij/zij van mening is dat er niet tijdig is beslist op het bezwaar tegen de aanslag voor het object [adres 1] in [plaats]. Eiser heeft op 31 januari 2020 bezwaar ingediend tegen de aanslag met kernmerk [kenmerk] voor het belastingjaar 2020, welke aanslag betrekking heeft op twee objecten: [adres 2] en [adres 1]. Het bezwaarschrift vermeldde echter alleen het object [adres 2]. Op 7 augustus 2020 heeft de verweerder uitspraak gedaan op het bezwaar, maar eiser heeft op 6 januari 2021 ingebreke gesteld, omdat hij/zij meende dat het bezwaar ten aanzien van het object [adres 1] nog niet formeel was afgehandeld. De verweerder heeft echter aangegeven dat het bezwaar niet op nummer [1] ziet.

De rechtbank heeft besloten partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet nodig werd geacht. De rechtbank oordeelt dat eiser wel bezwaar heeft gemaakt tegen de volledige aanslag, maar in de bezwaargronden enkel ingaat op de hoogte van de waarde van [adres 2]. Hierdoor is er inhoudelijk geen bezwaar gemaakt tegen het object [adres 1], wat betekent dat er geen besluit is dat nog genomen had moeten worden. Het beroep van eiser is derhalve ongegrond verklaard. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. R.C. Moed, rechter, en is openbaar gemaakt op 16 december 2021.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht

Bestuursrecht

zaaknummer: UTR 21/1271

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 december 2021 in de zaak tussen

[eiser(es)] , te [woonplaats] , eiser(es),

(gemachtigde: G. Gieben),

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Lelystad, verweerder,

(gemachtigde: mw. M. Dens).

Procesverloop

Eiser(es) heeft beroep ingesteld, omdat zij vindt dat verweerder niet op tijd heeft beslist op haar bezwaar tegen de aanslag voor het object [adres 1] in [plaats] .

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.

2. Als een bestuursorgaan niet op tijd beslist op een aanvraag of bezwaarschrift kan de betrokkene daartegen in beroep gaan.

3. Op 31 januari 2020 heeft eiser(es) bezwaar ingediend tegen de aanslag met kernmerk [kenmerk] voor het belastingjaar 2020. De aanslag gaat over twee objecten: [adres 2] en [adres 1] . Het bezwaarschrift vermeldde het object [adres 2] . Nummer [1] is niet genoemd. Op 7 augustus 2020 heeft verweerder uitspraak gedaan op het bezwaar. Eiser(es) heeft verweerder op 6 januari 2021 ingebreke gesteld, omdat volgens hem/haar het bezwaar nog niet formeel is afgehandeld ten aanzien van het object [adres 1] . Verweerder stelt zich in zijn reactie van 20 januari 2021 op het standpunt dat het bezwaar niet ziet op nummer [1] . Vervolgens heeft eiser(es) op 17 maart 2021 een beroep ingesteld bij de rechtbank tegen het niet tijdig beslissen op bezwaar.

4. De rechtbank oordeelt als volgt. Eiser(es) geeft wel aan bezwaar te maken tegen de volledige aanslag met kernmerk [kenmerk] voor het belastingjaar 2020, maar gaat in de bezwaargronden enkel in op de hoogte van de waarde van [adres 2] . Er is dan ook tegen het object [adres 1] inhoudelijk geen bezwaar gemaakt. Daarom is er ook geen sprake van een besluit dat nog genomen had moeten worden. Het beroep is ongegrond.

5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door mr. R.C. Moed, rechter, in aanwezigheid van

K.F.K. Hoogbruin griffier. De beslissing is uitgesproken op 16 december 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.

griffier rechter

Afschrift verzonden of digitaal ter beschikking gesteld aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.