ECLI:NL:RBMNE:2021:6234
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen de rechterlijke macht niet-ontvankelijk verklaard
In deze wrakingszaak heeft verzoeker op 8 november 2021 verzocht om wraking van mr. T. Dopheide, die de behandeling leidde van een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging. Het wrakingsverzoek was niet specifiek gericht op het handelen van de rechter tijdens de zitting, maar op de rechterlijke macht in zijn geheel. De wrakingskamer heeft op 7 december 2021 het verzoek behandeld, waarbij verzoeker en de gewraakte rechter aanwezig waren. Tijdens de zitting heeft verzoeker ook een verzoek tot wraking van de wrakingskamer ingediend, dat op 10 december 2021 niet-ontvankelijk werd verklaard.
De wrakingskamer heeft in haar beoordeling vastgesteld dat artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) bepaalt dat een wrakingsverzoek alleen kan worden ingediend tegen een individuele rechter. Verzoeker heeft geen concrete feiten aangedragen die specifiek betrekking hebben op het handelen van de gewraakte rechter, maar heeft zich gericht tegen de gehele rechterlijke macht. Hierdoor is verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn wrakingsverzoek.
De wrakingskamer heeft ook opgemerkt dat er al een wrakingsverbod aan verzoeker was opgelegd, wat betekent dat een volgend wrakingsverzoek niet in behandeling zal worden genomen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 23 december 2021, waarbij de griffier en de voorzitter de beslissing hebben ondertekend. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.