ECLI:NL:RBMNE:2021:5849
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Ongegrond wrakingsverzoek tegen rechter in civiele procedure
Op 30 november 2021 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland een verzoek tot wraking van mr. H.A.M. Pinckaers afgewezen. Verzoeker had op 26 november 2021 een wrakingsverzoek ingediend naar aanleiding van een beslissing van de kantonrechter om een aanhoudingsverzoek van verzoeker niet toe te staan. Verzoeker, die recent zijn oma had verloren en kampt met een borderline persoonlijkheidsstoornis, voelde zich niet serieus genomen door de kantonrechter en vreesde voor vooringenomenheid. De wrakingskamer oordeelde dat een negatief ervaren procesbeslissing op zich geen grond voor wraking oplevert. Alleen als de beslissing in het licht van alle omstandigheden als blijk van vooringenomenheid kan worden begrepen, kan dit tot een ander oordeel leiden. Dit was in dit geval niet aan de orde, aangezien de kantonrechter de afwijzing van het aanhoudingsverzoek voldoende had gemotiveerd. De wrakingskamer concludeerde dat het verzoek kennelijk ongegrond was en dat behandeling ter zitting achterwege kon blijven. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.