ECLI:NL:RBMNE:2021:5848
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van wrakingsverzoek na einduitspraak in hoofdzaak
Op 23 november 2021 heeft verzoekster een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. M.A.A. ter Meer-Siebers in een lopende zaak. De wrakingskamer heeft besloten om geen mondelinge behandeling te houden. Volgens artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan een rechter gewraakt worden op basis van feiten die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trekken. Echter, het wrakingsverzoek kan niet meer worden ingediend nadat er een einduitspraak is gedaan in de hoofdzaak. Op 23 november 2021 heeft de rechter een mondelinge beslissing genomen, die als eindbeslissing geldt. Dit betekent dat de behandeling van de zaak is geëindigd en het wrakingsverzoek niet ontvankelijk is. De wrakingskamer heeft geconcludeerd dat verzoekster niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar verzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken op 29 november 2021 door de wrakingskamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is aan alle betrokken partijen toegezonden. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.