In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 13 januari 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht inzake de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. R. Kaya, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 19 juni 2020, waarin de gemeente de toekenning van een persoonsgebonden budget (PGB) voor individuele begeleiding heeft herzien. Eiser heeft in zijn beroep aangevoerd dat de toekenning van 2 uur per week individuele begeleiding onvoldoende is gemotiveerd en dat het stappenplan van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) niet correct is gevolgd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente voldoende onderzoek heeft gedaan naar de zorgbehoefte van eiser en dat de toekenning van 2 uur per week in lijn is met het medisch advies van Argonaut. De rechtbank oordeelt dat de gemeente terecht heeft besloten dat de ondersteuning door het buurtteam voorliggend is en dat de doelen die in het ondersteuningsplan zijn opgenomen, voldoende zijn om eiser uit zijn sociaal isolement te helpen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.