ECLI:NL:RBMNE:2021:5761
Rechtbank Midden-Nederland
- Verschoning
- Rechtspraak.nl
Verschoningsverzoek ongegrond verklaard; geen schijn van partijdigheid of vooringenomenheid door rechterlijke opmerking
Op 23 november 2021 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, in de persoon van de verschoningskamer, uitspraak gedaan op een verzoek tot verschoning van kantonrechter Mr. M. Ramsaroep. Dit verzoek was ingediend op 14 oktober 2021 en betrof een zitting in de hoofdzaak met zaaknummer 9195087 UC EXPL 21-3413. Verzoekster stelde dat haar opmerking tijdens de zitting, waarbij zij invulde wat de gemachtigde van de gedaagde wilde zeggen, de schijn van vooringenomenheid en partijdigheid had gewekt. De gemachtigde van de gedaagde had in een schriftelijke reactie verzocht om toewijzing van het verschoningsverzoek, omdat hij meende dat het vertrouwen in de onpartijdigheid van de rechter was geschaad.
De verschoningskamer heeft de procedure openbaar behandeld en geconcludeerd dat er onvoldoende grond was voor de vrees dat de rechter niet onpartijdig zou zijn. De kamer oordeelde dat de vraag van verzoekster begrijpelijk en gerechtvaardigd was, en dat de reactie van de gemachtigde het vertrouwen in de rechter herstelde. De verschoningskamer heeft vastgesteld dat de schijn van partijdigheid niet objectief gerechtvaardigd was en dat verzoekster ten onrechte aanvoelde dat zij zich niet vrij voelde om de zaak te behandelen.
Uiteindelijk heeft de verschoningskamer het verzoek tot verschoning ongegrond verklaard en de procedure in de hoofdzaak voortgezet. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.