In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 22 november 2021 een beschikking gegeven in het kader van een echtscheidingsprocedure tussen een vrouw en een man. De vrouw verzocht om wijziging van de voorlopige voorzieningen die eerder waren vastgesteld op 25 juni 2021, waarin de man was verplicht om € 52,- bruto per maand aan partneralimentatie te betalen. De vrouw stelde dat de man onjuiste gegevens had aangevoerd en dat er sindsdien een wijziging van omstandigheden had plaatsgevonden. De rechtbank heeft de verzoeken van de vrouw beoordeeld en vastgesteld dat de man vanaf 25 juni 2021 tot 16 november 2021 een bedrag van € 979,- bruto per maand aan partneralimentatie moet betalen, en vanaf 16 november 2021 een bedrag van € 966,- bruto per maand. De rechtbank oordeelde dat de man niet aan zijn verplichtingen had voldaan om de feiten volledig en naar waarheid aan te voeren, wat leidde tot de wijziging van de eerdere beschikking. De rechtbank benadrukte dat voorlopige voorzieningen kunnen worden gewijzigd indien er onjuiste of onvolledige gegevens zijn aangevoerd of als de omstandigheden zodanig zijn gewijzigd dat de eerdere beslissing niet in stand kan blijven. De beslissing is openbaar uitgesproken en is tot stand gekomen in samenwerking met de griffier.