ECLI:NL:RBMNE:2021:5595
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om proceskostenvergoeding na intrekking beroep wegens tijdige beslissing door bestuursorgaan
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 23 september 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om proceskostenvergoeding. Verzoeker, die in beroep was gegaan tegen het niet tijdig beslissen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zeist op zijn bezwaarschrift, heeft zijn beroep ingetrokken nadat verweerder op 16 juni 2021 het besluit van 6 november 2020 had ingetrokken. Verzoeker vroeg om vergoeding van zijn proceskosten, aangezien hij in zijn verzoek was tegemoetgekomen door verweerder. De rechtbank overwoog dat, volgens de artikelen 8:75 en 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht, verweerder verplicht is om de proceskosten te vergoeden wanneer het beroep is ingetrokken omdat het bestuursorgaan aan de verzoeker tegemoet is gekomen. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 1.122,-, gebaseerd op de ingediende bezwaarschrift en beroepschrift, met inachtneming van de wegingsfactoren. Daarnaast is verweerder verplicht om het door verzoeker betaalde griffierecht te vergoeden. De uitspraak is gedaan door rechter R.C. Stijnen en griffier K.F.K. Hoogbruin, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.