In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 2 november 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over een verkeersbesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. Het betreft de plaatsing van een laadpaal voor elektrische voertuigen aan de Pelmolenweg, nabij monumenten in de historische binnenstad. Eiser, die in de nabijheid woont, heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 8 juni 2021, waarin zijn eerdere bezwaren ongegrond zijn verklaard. De rechtbank heeft de zaak behandeld tijdens een zitting op 28 september 2021, waarbij eiser aanwezig was en verweerder vertegenwoordigd werd door gemachtigden.
De rechtbank overweegt dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd is. Eiser heeft terecht aangevoerd dat de plaatsing van de laadpaal niet voldoet aan de Plaatsingsleidraad, omdat deze nabij monumenten wordt geplaatst zonder de vereiste 'rugdekking' en niet wordt ingepast in het straatmeubilair. De rechtbank stelt vast dat de argumenten van verweerder in het bestreden besluit niet voldoende inzicht geven in de keuze voor deze locatie, terwijl deze op meerdere punten niet voldoet aan de plaatsingscriteria. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen in stand, omdat de rechtbank van oordeel is dat de plaatsing van extra laadpunten in de toekomst onvermijdelijk is en de argumenten van verweerder ter zitting alsnog voldoende motivering bieden.
De rechtbank bepaalt dat verweerder het door eiser betaalde griffierecht van € 181,- aan hem vergoedt. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.