ECLI:NL:RBMNE:2021:5461

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
10 november 2021
Publicatiedatum
10 november 2021
Zaaknummer
9502168 UV EXPL 21-205 wh/1031
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot onderzoek en werkzaamheden bij lekkage in huurwoning

In deze zaak heeft de Stichting Portaal, als verhuurder, een kort geding aangespannen tegen een huurder die niet reageerde op verzoeken om toegang tot de huurwoning voor het verhelpen van een lekkage. De huurder, aangeduid als [gedaagde], heeft niet gereageerd op de dagvaarding en is niet verschenen op de mondelinge behandeling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurder correct is opgeroepen en heeft verstek verleend. De verhuurder heeft gesteld dat er een lekkage is in de woning onder die van de huurder, en heeft geprobeerd om toegang te krijgen tot de woning om de lekkage te onderzoeken en te verhelpen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de verhuurder recht heeft op toegang tot de woning op grond van artikel 7:220 lid 1 BW, dat de huurder verplicht om mee te werken aan dringende werkzaamheden. De vordering van de verhuurder is toegewezen, en de huurder is veroordeeld om binnen drie dagen na betekening van het vonnis de noodzakelijke werkzaamheden toe te laten en te gedogen. Indien de huurder hieraan niet voldoet, kan de verhuurder met behulp van een deurwaarder de woning tijdelijk ontruimen. De kantonrechter heeft ook de proceskosten aan de zijde van de verhuurder toegewezen, begroot op € 745,39.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
kantonrechter
locatie Utrecht
zaaknummer: 9502168 UV EXPL 21-205 wh/1031
Kort geding verstekvonnis van 10 november 2021
inzake
de stichting
Stichting Portaal,
gevestigd in Utrecht,
verder ook te noemen: Portaal,
eisende partij,
gemachtigde: H. van der Veen,
tegen:
[gedaagde],
wonende in [woonplaats] ,
verder ook te noemen: [gedaagde] ,
gedaagde partij.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 22 oktober 2021
  • de mondelinge behandeling van 1 november 2021
1.2.
Hierna is vonnis bepaald.

2.De overwegingen van de kantonrechter

2.1.
Portaal heeft een vordering ingesteld.
2.2.
[gedaagde] heeft niet gereageerd op de vordering en heeft ook geen uitstel gevraagd om op een later moment alsnog te mogen reageren. [gedaagde] is niet op de mondelinge behandeling verschenen. Uit de door Portaal overgelegde originele dagvaarding is gebleken dat [gedaagde] correct voor de zitting is opgeroepen. Ook de overige bij wet voorgeschreven formaliteiten zijn in acht genomen. Daarom wordt tegen [gedaagde] verstek verleend.
2.3.
[gedaagde] huurt een woning van Portaal aan de [adres 1] te [woonplaats] . Portaal heeft in haar dagvaarding gesteld dat in de woning onder de woning van [gedaagde] (de [adres 2] ) een lekkage is geconstateerd. Portaal wil deze lekkage verhelpen en wil daarom de woning van [gedaagde] betreden. Portaal heeft vanaf eind juni 2021 op verschillende manieren geprobeerd om toegang tot de woning van [gedaagde] te krijgen om de lekkage te onderzoeken. Dit is haar echter niet gelukt. In deze procedure vordert Portaal dan ook een machtiging om de noodzakelijke onderzoeken en werkzaamheden in verband met de lekkage uit te voeren en [gedaagde] te bevelen om mee te werken. Daarnaast vordert zij ook alvast machtiging en een bevel tot medewerking voor de dringende onderhoudswerkzaamheden die zij in februari 2022 tot en met april 2022 wil gaan uitvoeren zoals genoemd onder punt 24 van haar dagvaarding.
2.4.
De kantonrechter overweegt hierover het volgende.
2.5.
Voorop gesteld wordt dat in geval van verstek een vordering wordt toegewezen, tenzij de rechter de vordering onrechtmatig of ongegrond voorkomt.
2.6.
In dit kort geding dient te worden beoordeeld of het nodig is nu een ordemaatregel te treffen, of aannemelijk is dat de vordering in een bodemprocedure zal worden toegewezen en of het gerechtvaardigd is hierop vooruit te lopen door het treffen van een voorlopige voorziening.
2.7.
Wanneer tijdens de huurtijd dringende werkzaamheden aan het gehuurde moeten worden uitgevoerd moet de huurder daartoe gelegenheid geven op grond van artikel 7:220 lid 1 BW. Dringende werkzaamheden zijn niet alleen reparaties, maar alle werkzaamheden die niet zonder nadeel kunnen worden uitgesteld. [gedaagde] moet dus Portaal in staat stellen om de werkzaamheden uit te (laten) voeren.
2.8.
Portaal heeft gesteld dat voor de uitvoering van de werkzaamheden in verband met de lekkage tijdelijke ontruiming van de woning van [gedaagde] noodzakelijk is omdat [gedaagde] weigert zijn medewerking aan de werkzaamheden te verlenen. Het staat vast dat [gedaagde] , ondanks diverse pogingen, geen contact met [gedaagde] heeft kunnen krijgen. Daarom is het gerechtvaardigd [gedaagde] te verplichten de werkzaamheden toe te laten en zijn medewerking hieraan te verlenen en heeft Portaal ook spoedeisend belang bij haar vorderingen. Voor het geval [gedaagde] geen medewerking verleent, zal hij worden veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde gedurende de werkzaamheden, voor zover ontruiming noodzakelijk is voor de uitvoering van de werkzaamheden. De kantonrechter ziet aanleiding om aan [gedaagde] , anders dan gevorderd, een termijn te gunnen van drie dagen na betekening van het vonnis om mee te werken aan het onderzoek naar de lekkage en de werkzaamheden.
2.9.
Verder is voldoende is gebleken dat Portaal een spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen met betrekking tot de onderhoudswerkzaamheden. Hoewel de onderhoudswerkzaamheden staan gepland voor februari 2022 is Portaal nu al bijna vier maanden bezig om in contact te komen met [gedaagde] over de lekkage in de woning aan de [adres 2] . Portaal heeft toegelicht dat er problemen ontstaan bij de uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden als zij tegen die tijd opnieuw maanden bezig is om met [gedaagde] in contact te komen. Portaal heeft daarom ook voldoende spoedeisend belang bij dit onderdeel van haar vordering.
2.10.
Met betrekking tot de eventueel gedwongen tijdelijke ontruiming van [gedaagde] overweegt de kantonrechter als volgt. Het is denkbaar dat twee keer de ontruiming moet worden aangezegd, namelijk één keer met betrekking tot de lekkage en één keer voor de werkzaamheden met betrekking tot het vervangen van de cv en dergelijke. Als dat het geval is gaat de kantonrechter ervan uit dat Portaal deze tweede ontruiming dan opnieuw aan [gedaagde] zal aanzeggen en zij [gedaagde] weer een termijn van drie dagen geeft om alsnog mee te werken.
2.11.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Portaal worden begroot op:
- dagvaarding € 121,39
- griffierecht € 126,00
- salaris gemachtigde €
498,00
Totaal € 745,39

3.De beslissing

De kantonrechter:
geeft de volgende onmiddellijke voorziening:
3.1.
machtigt Portaal om de noodzakelijke onderzoeken en werkzaamheden, in verband met het oplossen van de lekkageproblematiek in de woning aan de [adres 2] in [woonplaats] , zulks ter uitsluitende beoordeling van Portaal, in de woning aan de [adres 1] in [woonplaats] uit te voeren;
3.2.
veroordeelt [gedaagde] om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis de
noodzakelijke werkzaamheden toe te laten, te gedogen en daaraan de nodige medewerking
te verlenen, waaronder begrepen het verschaffen van toegang tot de woning aan de
[adres 1] te [woonplaats] aan medewerkers van Portaal en/of derden die hiertoe opdracht
hebben gekregen van Portaal;
3.3.
veroordeelt [gedaagde] , wanneer hij niet vrijwillig aan de onder 3.2. opgenomen veroordeling voldoet, om uiterlijk binnen drie dagen na betekening van dit vonnis, de woning aan de [adres 1] te [woonplaats] , met al het zijn en de zijnen, tijdelijk, voor de duur van de noodzakelijk uit te voeren onderzoeken en werkzaamheden, te ontruimen, althans, een voor deze werkzaamheden vereist gedeelte van die onroerende zaak, een en ander ter uitsluitende beoordeling van Portaal, te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder, overeenkomstig het bepaalde inde artikelen 558 sub a jo. 556 lid 1 jo. 557 Rv;
3.4.
machtigt Portaal om de noodzakelijke werkzaamheden, in het kader van het
vervangen van de standleidingen en de cv ketel, zoals genoemd in randnummer 24 van deze
dagvaarding, inhoudende: het vervangen van de cv ketel door een veiligere en in het gebruik
goedkopere cv ketel, het vervangen van de standleiding van de badkamer, toilet en keuken
door een geluidarme riolering, het vervangen van de oude radiatorkranen door
thermostaatkranen, het aanbrengen van een veiligere scheiding tussen de
boven/benedenwoningen, het aanbrengen van een inbouwkast ter plaatse van de
badkamerschacht, in de woning aan de [adres 1] te [woonplaats] uit te voeren;
3.5.
veroordeelt [gedaagde] om binnen drie dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis, de noodzakelijke werkzaamheden zoals genoemd in randnummer 24 van de in deze procedure uitgebrachte dagvaarding, inhoudende: het vervangen van de cv ketel door een veiligere en in het gebruik goedkopere cv ketel, het vervangen van de standleiding van de badkamer, toilet en keuken door een geluidarme riolering, het vervangen van de oude radiatorkranen door thermostaatkranen, het aanbrengen van een veiligere scheiding tussen de boven/benedenwoningen, het aanbrengen van een inbouwkast ter plaatse van de badkamerschacht, toe te laten, te gedogen en daaraan de nodige medewerking te verlenen, waaronder begrepen het verschaffen van toegang tot de woning aan de [adres 1] te [woonplaats] aan medewerkers van Portaal en/of derden die hiertoe opdracht hebben gekregen van Portaal;
3.6.
veroordeelt [gedaagde] , wanneer hij niet vrijwillig aan de onder 3.5. opgenomen veroordeling voldoet, om uiterlijk binnen drie dagen na betekening van dit vonnis, de woning aan de [adres 1] te [woonplaats] , met af het zijn en de zijnen, tijdelijk, voor de duur van de noodzaak uit te voeren onderzoeken en werkzaamheden, te ontruimen, althans, een voor deze werkzaamheden vereist gedeelte van die onroerende zaak, een en ander ter uitsluitende beoordeling van Portaal, te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder, overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 558 sub a jo. 556 lid 1 jo. 557 Rv;
3.7.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten aan de zijde van Portaal, tot de uitspraak van dit vonnis begroot op € 745,39, waarin begrepen € 498,00 aan salaris gemachtigde;
3.8.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.9.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.W. Wagenaar, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken op 10 november 2021.