5.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Uit onderzoek van de telefoon van medeverdachte [medeverdachte 2] blijkt onder meer het volgende:
“lk zag dat er in de Apple lPhone 12 een WhatsApp gesprek stond met de gebruiker van het
telefoonnummer [telefoonnummer] . Uit onderzoek is gebleken dat de gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] [verdachte] betreft.
Uit de chat tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] blijkt het volgende:
- De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] noemt zichzelf [verdachte]
- Uit het 1e verhoor van [medeverdachte 2] is gebleken dat [medeverdachte 2] heeft verklaard een broer te hebben genaamd [verdachte] . Uit de historische Gemeente Basisadministratie Persoonsgegevens gebleken dat [verdachte] ingeschreven heeft gestaan op hetzelfde adres alwaar [medeverdachte 2] momenteel ingeschreven staat te weten: [adres] te [woonplaats] .
- De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] zegt in de chat tegen [medeverdachte 2] dat hij iets moet doorgeven aan papa.
- De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] stuurt een foto van een rijbewijs op naam van [verdachte] .
- De gebruiker van het telefoonnummer [telefoonnummer] stuurt een paspoort foto op naam van [verdachte] .
Uit de chatgegevens tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] van [telefoonnummer] kan worden opgemaakt dat [medeverdachte 2] covid-19 testuitslagen vervalst. De afbeeldingen die in deze chat verstuurd zijn tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] zijn allen verstuurd op de genoemde datum. De chat wijst het volgende uit:
- [medeverdachte 2] vraagt aan [verdachte] wat hij moet veranderen. Naam, burgerservice nummer.
- [verdachte] geeft als reactie op de vraag van [medeverdachte 2] : "Sample datum. Result date. En bij de date de handtekening. En rechtsonder ld nummer".
- [medeverdachte 2] vraagt aan [verdachte] wat voor datum en nummers hij wilt.
De chat tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] waarin het voorgaande besproken is, is gedateerd op 09-12-2020.
[medeverdachte 2] stuurt aan [verdachte] een foto van een Covid-19 testuitslag en vraagt aan [verdachte] of hij deze kan controleren. Deze uitslag staat op naam van [verdachte] .
- In de chat wordt een Covid-19 test uitslag verstuurd op naam van [A] geboren op [1999] te [geboorteplaats] .
- [verdachte] stuurt een foto van een paspoort op naam van [B] geboren op [1998] te [geboorteplaats] , naar [medeverdachte 2] .
ln de Apple lphone 12zijn de onderstaande afbeeldingen van paspoorten en COVID-19 testuitslagen aangetroffen.
- Covid-19 testuitslag op naam van: [C] , [2007] . Uit de metadata behorende bij deze afbeelding is gebleken dat deze afbeelding op 17-12-2020 op de Apple lPhone 12 is geplaatst.
- Covid-19 testuitslag op naam van: [D] , [1979] . Uit de metadata behorende bij deze afbeelding is gebleken dat deze afbeelding op 17-12-2020 op de Apple lPhone 12 is geplaatst.
- Covid-19 testuitslag op naam van: [E] , [2001] . Uit de metadata behorende bij deze afbeelding is gebleken dat deze afbeelding op 17-12-2020 op de Apple lPhone 12 is geplaatst.
Naar aanleiding van het aantreffen van deze testuitslagen is door het onderzoeksteam contact opgenomen met Het Huisartsenlab, waaruit bleek dat er over deze periode geen Covid-19 testuitslagen waren verstrekt onder de naam van Het Huisartsenlab.
Het telefoonnummer [telefoonnummer] stond in de lPhone 12 van [medeverdachte 2] opgeslagen onder de naam broertje. Uit de politiesystemen blijkt dat [verdachte] , geboren op [1995] te [geboorteplaats] , op 23 februari 2018 de politie had gebeld en daarbij dit nummer had gebruikt.
In de iPhone 12 werd een Covid-19 testuitslag op naam van [B] , geboren op [1998] te [geboorteplaats] aangetroffen. Uit de metadata behorende bij deze afbeelding is gebleken dat deze afbeelding op 28-12-2020 op de Apple lPhone 12 is opgeslagen.
Op 1 maart 2020 heb ik contact opgenomen met Het Huisartslab. Op
1 maart 2021 ontving ik de onderstaande email:
'lk kan bevestigen dat vanaf 27 November 2020alle door HealthCheckCenter verzonden [zogenaamde] Non-Covid19 Verklaringen niet langer het logo van "HetHuisartsLab" hadden.”
Medeplegen
Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit de bewijsmiddelen dat tussen verdachte en medeverdachte sprake is geweest van bewuste en nauwe samenwerking.