ECLI:NL:RBMNE:2021:517
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van bijzondere bijstand en draagkracht in het kader van loonbeslag
In deze zaak heeft eiser op 7 oktober 2019 bijzondere bijstand aangevraagd voor de kosten van bewindvoering en griffierecht. De gemeente Noordoostpolder heeft deze aanvraag afgewezen, met het argument dat eiser voldoende draagkracht heeft. Eiser heeft bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep van eiser behandeld op 10 november 2020. De centrale vraag was of het inkomensdeel waarop loonbeslag ligt, buiten beschouwing moest worden gelaten bij de berekening van de draagkracht van eiser. De rechtbank oordeelt dat de redenering van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) in een eerdere uitspraak van 30 april 2019 ook van toepassing is op de casus van eiser. Het loonbeslag is gebruikt om de schuld van eiser af te lossen, wat betekent dat eiser in juridische zin de beschikking heeft gehad over het loonbeslag. De rechtbank concludeert dat verweerder terecht het loonbeslag heeft meegeteld bij de berekening van de draagkracht. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard en het bestreden besluit blijft in stand. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.