ECLI:NL:RBMNE:2021:5036
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit van de Sociale Verzekeringsbank inzake bezwaarschrifttermijn
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiseres tegen het besluit van de Raad van bestuur van de Sociale Verzekeringsbank behandeld. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van 8 maart 2021, maar dit bezwaar is te laat ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de besluiten op 3 september 2013, 5 september 2014, 18 juni 2020 en 17 juli 2020 bekend zijn gemaakt, en dat de bezwaarschriften uiterlijk op 15 oktober 2013, 17 oktober 2014, 30 juli 2020 en 28 augustus 2020 ingediend hadden moeten worden. Eiseres heeft haar bezwaarschrift pas op 27 januari 2021 ingediend, wat te laat is volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Eiseres heeft aangevoerd dat zij door psychische, medische en sociale omstandigheden niet in staat was om tijdig bezwaar te maken. De rechtbank heeft begrip voor de situatie van eiseres, maar oordeelt dat deze omstandigheden geen geldige reden vormen voor het te laat indienen van het bezwaarschrift. De rechtbank benadrukt dat het de verantwoordelijkheid van eiseres is om tijdig bezwaar te maken of dit door iemand anders te laten doen. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van verschoonbare omstandigheden en dat de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift een fatale termijn is.
Daarom heeft de rechtbank het beroep van eiseres ongegrond verklaard en het bezwaar van verweerder terecht niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. J.G. Nicholson en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.