ECLI:NL:RBMNE:2021:4906

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
29 juni 2021
Publicatiedatum
13 oktober 2021
Zaaknummer
UTR 21/1357
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet tijdig betalen van griffierecht

In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 29 juni 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk beroep dat door eiser was ingediend op 22 maart 2021. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat eiser het griffierecht van € 49,- niet op tijd heeft betaald. De rechtbank heeft geen zitting gehouden, omdat dit in deze zaak niet nodig was. Eiser had op 23 mei 2021 een aangetekende brief ontvangen waarin hem werd verzocht het griffierecht binnen vier weken te betalen. Deze brief is echter niet door eiser afgehaald en is aan de rechtbank geretourneerd. Op 17 juni 2021 is een tweede brief per gewone post verzonden, waarin werd aangegeven dat de termijn uit de eerste brief niet opnieuw aanvangt. Eiser heeft geen geldige reden gegeven voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank besloten het beroep niet inhoudelijk te behandelen en het niet-ontvankelijk te verklaren. Er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten, aangezien het beroep niet inhoudelijk is behandeld.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 21/1357

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 juni 2021 in de zaak tussen

[eiser] , te [plaats] , eiser,

en

Onbekende verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep dat eiser op 22 maart 2021 heeft ingediend.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Eiser heeft namelijk het griffierecht niet (op tijd) betaald, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Iemand die in beroep gaat moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In dit geval is het griffierecht € 49,-.
3. Als het griffierecht niet (op tijd) wordt betaald is de hoofdregel dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het griffierecht niet door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eiser niets aan kan doen.
4. De rechtbank heeft eiser op 23 mei 2021 een aangetekende brief gestuurd, waarin staat dat eiser het griffierecht binnen vier weken moet betalen aan de rechtbank. De aangetekend verzonden brief is door eiser niet afgehaald en aan de rechtbank geretourneerd.
Op 17 juni 2021is deze brief, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 8:38 van de Awb, aan eiser ter kennisneming per gewone post toegezonden. In deze brief is aangegeven dat de termijn uit de brief van 23 mei 2021 niet opnieuw aanvangt.
5. De rechtbank heeft het bedrag niet (op tijd) ontvangen. Eiser heeft daar geen geldige reden voor gegeven.
6. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 Awb). Het beroep zal daarom niet inhoudelijk worden behandeld.
7. Van een vergoeding van de proceskosten is geen sprake.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.C. Stijnen, rechter, in aanwezigheid van
K.F.K. Hoogbruin, griffier. De beslissing is uitgesproken op 29 juni 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.