ECLI:NL:RBMNE:2021:4899
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 31 mei 2021 uitspraak gedaan in het beroep van EBD Hilversum B.V. tegen de heffingsambtenaar van de gemeente Hilversum. Het beroep is niet-ontvankelijk verklaard omdat eiseres, EBD Hilversum B.V., het griffierecht niet volledig heeft betaald. De rechtbank heeft in haar overwegingen uiteengezet dat volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het griffierecht moet worden betaald om een beroep in te stellen. In dit geval was het verschuldigde griffierecht € 354,-. Eiseres heeft slechts € 3,54 betaald, wat niet voldoende was om het beroep ontvankelijk te verklaren.
De rechtbank heeft geen zitting gehouden omdat het niet nodig was; de zaak kon niet inhoudelijk worden behandeld door het gebrek aan betaling van het griffierecht. Eiseres heeft meerdere keren een beroep op betalingsonmacht gedaan, maar de rechtbank heeft deze verzoeken afgewezen omdat er geen geldige redenen zijn gegeven voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. De rechtbank heeft eiseres op 28 maart 2021 een aangetekende brief gestuurd waarin zij werd geïnformeerd dat het griffierecht binnen vier weken moest worden betaald. Aangezien eiseres niet het volledige bedrag heeft betaald en geen geldige reden heeft opgegeven, heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard, zoals bepaald in artikel 8:54 Awb.
De rechtbank heeft ook bepaald dat er geen proceskostenvergoeding zal plaatsvinden, maar dat het gedeeltelijk betaalde griffierecht aan eiseres zal worden terugbetaald. De uitspraak is gedaan door rechter R.C. Stijnen en griffier K.F.K. Hoogbruin, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.