8.3Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
De ernst van de feiten
Verdachte heeft samen met een ander stenen, ongeveer ter grootte van een stoeptegel, naar een voorbijrijdende bus van Connexxion gegooid. Beide stenen vernielden de ramen van de bus. Vele malen ernstiger is dat één steen dwars door het raam ging en het slachtoffer dat achter dat raam zat vol op haar hoofd raakte.
Ter terechtzitting is gebleken dat het slachtoffer nog dagelijks kampt met de gevolgen. Zij heeft elke dag last van hoofdpijn en duizeligheid en kan daardoor bijna niet functioneren. Bovendien is zij angstig, bang voor verdachte en zijn vrienden, en zij wordt daardoor ook beperkt in haar bewegingsvrijheid.
Verdachte heeft zich met zijn handelen schuldig gemaakt aan het medeplegen van een poging tot doodslag en daarmee laten zien dat hij geen enkel respect heeft gehad voor de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Ook heeft hij zich schuldig gemaakt aan openlijke geweldpleging tegen een goed, namelijk de bus van Connexxion, die daardoor ook schade heeft geleden met alle rompslomp van dien.
De rechtbank vindt het uitermate kwalijk dat verdachte zich niet beperkt heeft tot het vernielen van goederen, wat al erg genoeg is, maar ook een jong meisje dusdanig heeft geraakt dat zij daar nu al lange tijd de gevolgen van ondervindt en naar verwachting ook nog van zal ondervinden. Verdachte kan wellicht na het uitzitten van zijn straf de draad van zijn leven weer oppakken, maar de kans is groot dat er voor het slachtoffer en haar familie langere tijd mee gemoeid is voordat zij daartoe in staat zijn.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 7 april 2021 betreffende verdachte. Daaruit blijkt dat verdachte, hoewel al langer geleden, eerder is veroordeeld voor geweld tegen beroepsbeoefenaars, namelijk de politie, maar niet voor feiten als de onderhavige.
Ook heeft de rechtbank kennisgenomen van het onder punt 7 van dit vonnis genoemde rapport van de psycholoog. Daarin staat dat verdachte een belaste voorgeschiedenis heeft en er sprake is van een complexe thuissituatie. Al sinds jonge leeftijd is verdachte bekend met dagelijks drugsgebruik. Hij heeft geen opleiding afgerond, geen werk en geen vaste woon-of verblijfplaats. Er zijn nauwelijks steunende contacten. Het risico op recidive wordt ingeschat als matig tot hoog. Het is belangrijk dat hij direct na detentie hulp krijgt.
Verdachte functioneert op licht verstandelijk beperkt niveau. Hij kan de risico’s van zijn eigen handelen nauwelijks inschatten en zijn gedrag nauwelijks organiseren. Hij handelt zonder hierover na te denken. Hij komt in het contact jonger over dan zijn kalenderleeftijd. Een pedagogische aanpak en gezinsgerichte hulpverlening zijn noodzakelijk, alleen niet mogelijk omdat hij geen onderdeel meer uitmaakt van het gezin van herkomst. Een groepsgericht klimaat heeft hij wel nodig en ook is het belangrijk dat scholing gecontinueerd wordt. Verdachte heeft (net) de volwassen leeftijd bereikt waardoor het volwassenenstrafrecht in eerste instantie is aangewezen. Er worden echter voornamelijk indicaties gezien voor het jeugdstrafrecht en om die reden wordt geadviseerd het jeugdstrafrecht toe te passen.
De psycholoog adviseert als bijzondere voorwaarden bij een (deels) voorwaardelijke straf een klinische behandeling in de forensische verslavingszorg (gedurende zes tot twaalf maanden) en aansluitend ambulante behandeling op te leggen.
Ten slotte heeft de rechtbank kennisgenomen van een reclasseringsadvies van Tactus van
20 april 2021 en een aanvullend advies van 13 september 2021. Er is sprake van instabiliteit op vrijwel alle leefgebieden. Negatieve gevoelens dempt verdachte door bij vrienden te zijn die geen positieve invloed op hem hebben en door middelengebruik. Duidelijk wordt dat het gemis van een betrokken ouder of opvoeder groot is, en hier bij verdachte wel behoefte aan is om hem sturing te geven en om aan basale zaken te werken. Behandeling en begeleiding zijn nodig, waarbij de werkwijze van de jeugdreclassering beter past en aansluit bij het functioneren en de problematiek van verdachte. De reclassering adviseert daarom het jeugdstrafrecht toe te passen en verdachte te veroordelen tot een (deels) voorwaardelijke straf met als bijzondere voorwaarden: 1) klinische behandeling voor de verslavings- en psychische problematiek; 2) een ambulant traject na de opname; 3) beschermd of begeleid wonen en 4) dagbesteding in de vorm van school en/of een vervangend schooltraject.
De straf
De rechtbank ziet in de persoonlijkheid van verdachte en wat daarover door de deskundigen is gerapporteerd, aanleiding om conform artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht het jeugdstrafrecht toe te passen. Ook zal de rechtbank in de strafoplegging rekening houden met de verminderde toerekeningsvatbaarheid van verdachte.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een jeugddetentie voor de duur van achttien maanden passend en geboden is, met aftrek van het voorarrest. Om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen en omdat de rechtbank het belang inziet van de geadviseerde voorwaarden, zal zij van deze jeugddetentie een gedeelte van zes maanden voorwaardelijk opleggen, met een proeftijd van twee jaren. Aan dit voorwaardelijk deel zal de rechtbank de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden verbinden en het gevorderde contactverbod met het slachtoffer.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een misdrijf dat is gericht tegen de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, te weten het medeplegen van een poging tot doodslag.
Gelet op de inhoud van voornoemde rapportages waaruit volgt dat het risico op recidive als matig tot hoog wordt ingeschat, is de rechtbank van oordeel dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat verdachte opnieuw een dergelijk misdrijf zal begaan. Daarom zal zij bevelen dat de bijzondere voorwaarden die verdachte zullen worden opgelegd en het toezicht door de reclassering, dadelijk uitvoerbaar zijn.