ECLI:NL:RBMNE:2021:4515
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens te late indiening
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere behandeld. Het besluit waartegen het beroep is ingesteld, werd bekendgemaakt op 20 oktober 2020. Eiser had tot uiterlijk 1 december 2020 de tijd om zijn beroepschrift in te dienen, maar dit is pas op 3 december 2020 ontvangen door de rechtbank, wat te laat is. De rechtbank heeft in overweging genomen dat een beroep binnen zes weken na bekendmaking van het besluit moet worden ingediend, zoals vastgelegd in de artikelen 6:7 en 6:8 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, omdat het niet nodig was. Eiser heeft aangevoerd dat hij ziek was door COVID-19 en daardoor niet op tijd kon reageren. De rechtbank oordeelt echter dat dit geen geldige reden is voor de te late indiening van het beroepschrift. Eiser had iemand kunnen vragen om hem te helpen of om op de termijn te letten. Bovendien zijn er geen bijlagen of papieren bij het beroepschrift gevoegd, wat ook niet als een geldige reden wordt beschouwd.
Uiteindelijk komt de rechtbank tot de conclusie dat het beroep niet inhoudelijk kan worden behandeld en verklaart het beroep niet-ontvankelijk op basis van artikel 8:54 Awb. Eiser krijgt geen gelijk en er wordt geen proceskostenvergoeding toegekend. De uitspraak is gedaan door mr. L.M. Reijnierse en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.