Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 augustus 2021 in de zaak tussen
[eiser] , eiser
de heffingsambtenaar van de gemeente Lelystad, verweerder.
Procesverloop
31 december 2020.
Rechtbank Midden-Nederland
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van de heffingsambtenaar van de gemeente Lelystad behandeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een besluit dat op 31 januari 2020 bekend was gemaakt, maar het bezwaarschrift werd pas op 20 maart 2021 ontvangen, wat te laat was. De rechtbank oordeelt dat het bezwaar niet inhoudelijk behandeld kan worden, omdat er geen geldige redenen zijn aangevoerd voor de te late indiening. Eiser heeft in reactie op een verzoek van verweerder om uitleg over de vertraging geen redenen gegeven, maar heeft zich enkel gericht op de inhoudelijke gronden van het bezwaar. De rechtbank concludeert dat verweerder het bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard en verklaart het beroep van eiser kennelijk ongegrond. De uitspraak is gedaan door rechter mr. R.C. Stijnen en is op 26 augustus 2021 bekendgemaakt. Er is geen recht op proceskostenvergoeding.