In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 26 augustus 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. J. Zwiers, en het college van burgemeesters en wethouders van de gemeente IJsselstein. Eiser heeft beroep ingesteld omdat verweerder niet tijdig heeft beslist op zijn bezwaar tegen een omgevingsvergunning die op 5 november 2020 was verleend. Eiser heeft op 4 februari 2021 bezwaar gemaakt, maar verweerder heeft verzuimd om binnen de wettelijke termijn van twaalf weken een beslissing te nemen. Eiser heeft vervolgens op 11 juni 2021 een ingebrekestelling gestuurd, maar verweerder stelde dat alleen de aanvrager van de vergunning een ingebrekestelling kan indienen. De rechtbank heeft geoordeeld dat eiser, als belanghebbende, wel degelijk beroep kan instellen tegen het niet tijdig beslissen, mits hij verweerder in gebreke heeft gesteld en de termijn van twee weken is verstreken. De rechtbank heeft vastgesteld dat dit het geval is en heeft het beroep gegrond verklaard. Verweerder is opgedragen om binnen vier weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen en is verplicht om een dwangsom van € 100,- per dag te betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast moet verweerder de proceskosten van eiser vergoeden, vastgesteld op € 374,-.