ECLI:NL:RBMNE:2021:4007
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing urgentieaanvraag voor woning op basis van hardheidsclausule in bestuursrechtelijke context
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 27 juli 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk geschil tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere. Eiseres had een urgentieaanvraag ingediend voor een urgentieverklaring op grond van uitstroom uit een maatschappelijke instelling, omdat zij zich onveilig voelde in de instelling waar zij verbleef. Het college heeft de aanvraag afgewezen, omdat eiseres niet voldeed aan de voorwaarden van de Huisvestingsverordening Almere 2019. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres niet voldoet aan de algemene voorwaarden van de Huisvestingsverordening, waaronder de eis dat zij minimaal twee jaar onafgebroken ingezetene van de gemeente Almere moet zijn geweest. Eiseres heeft aangevoerd dat er bijzondere omstandigheden zijn die toepassing van de hardheidsclausule rechtvaardigen, onder verwijzing naar artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het college in redelijkheid heeft kunnen besluiten om de hardheidsclausule niet toe te passen, omdat er geen uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit rechtvaardigen.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de afwijzing van de urgentieaanvraag door het college terecht was en heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om in beroep te gaan bij de Raad van State.