ECLI:NL:RBMNE:2021:4000
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- A.J. Schuman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake intrekking bijstandsrecht op basis van Participatiewet
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 20 augustus 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoeker, die zijn recht op bijstand betwist, heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad, dat zijn bijstandsrecht met ingang van 6 mei 2021 heeft ingetrokken. Verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, maar heeft niet gereageerd op een verzoek om nadere onderbouwing van het spoedeisend belang van zijn verzoek.
De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank heeft verzoeker gevraagd om zijn financiële situatie te onderbouwen, maar verzoeker heeft hierop niet gereageerd. Hierdoor ontbrak de noodzakelijke onderbouwing van de gestelde financiële noodsituatie, wat leidde tot de conclusie dat er geen spoedeisend belang was.
De voorzieningenrechter heeft verder overwogen dat een voorlopige voorziening alleen kan worden getroffen als het bestreden besluit evident onrechtmatig is. Aangezien verzoeker niet heeft aangetoond dat het besluit van de gemeente onterecht was, heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. A.J. Schuman, in aanwezigheid van griffier mr. P. Bruins-Langedijk, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.