ECLI:NL:RBMNE:2021:3928
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit van de Belastingdienst inzake kinderopvangtoeslag en herziening
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen een besluit van de Belastingdienst / Toeslagen van 17 juli 2020, waarin haar bezwaar tegen voorschotbeschikkingen kinderopvangtoeslag voor de jaren 2010 en 2011 niet-ontvankelijk is verklaard. Eiseres had eerder bezwaar gemaakt tegen deze voorschotbeschikkingen, maar dit bezwaar was op 25 april 2012 door de Belastingdienst afgedaan. Eiseres heeft op 1 juli 2020 opnieuw bezwaar gemaakt, maar de rechtbank oordeelt dat dit niet mogelijk is, aangezien er al een besluit op het eerdere bezwaar is genomen. De rechtbank concludeert dat het bezwaar terecht niet-ontvankelijk is verklaard.
Daarnaast heeft de rechtbank vastgesteld dat het bezwaarschrift ook een verzoek tot herziening bevat, waar de Belastingdienst nog niet op heeft gereageerd. De rechtbank wijst erop dat er voorwaarden zijn voor herziening, waaronder een vijfjarentermijn, waar eiseres mogelijk niet aan voldoet. Verder merkt de rechtbank op dat het bezwaarschrift meer vragen en verzoeken bevat over de kinderopvangtoeslag die is stopgezet of verlaagd tussen 2005 en 2019, maar dat de Belastingdienst hierop niet adequaat heeft gereageerd.
De rechtbank beperkt zich tot de beoordeling van de juistheid van het besluit van 17 juli 2020 en komt tot de conclusie dat het besluit correct is. Eiseres krijgt geen gelijk en er wordt geen vergoeding van proceskosten toegekend. De uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer, rechter, en is openbaar gemaakt op 15 juni 2021.