ECLI:NL:RBMNE:2021:3922
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op verzoek om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 27 mei 2021, staat het beroep centraal van eiser tegen de Minister van Algemene Zaken. Eiser had op 18 januari 2021 een verzoek ingediend op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), maar de minister had niet tijdig beslist. De rechtbank oordeelt dat de minister de beslistermijn had verlengd met vier weken, maar dat de termijn op 10 maart 2021 was verstreken zonder dat er een besluit was genomen. Eiser heeft de minister op 18 maart 2021 in gebreke gesteld, waarna de rechtbank concludeert dat het beroep kennelijk gegrond is. De rechtbank heeft besloten dat de minister alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit moet nemen en dat er een dwangsom van € 100,- per dag moet worden betaald voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Tevens moet de minister het griffierecht van € 181,- aan eiser vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.