Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 juli 2021 in de zaak tussen
[eiseres] uit [woonplaats] , eiseres
Procesverloop
Overwegingen
Voor zover eiseres heeft willen aanvoeren dat de [adres 2] niet als referentiewoning mag worden gebruikt, omdat deze is gekocht door een belegger, overweegt de rechtbank dat deze stelling niet slaagt. Op grond van artikel 17, tweede lid, van de Wet WOZ moet de waarde van de onroerende zaak worden bepaald op de waarde die aan de onroerende zaak dient te worden toegekend, indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger het object in de staat waarin dat zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen. Naar de bedoeling van de wetgever is deze waarde de prijs welke door de meestbiedende koper besteed zou worden bij aanbieding ten verkoop op de voor de zaak meest geschikte wijze na de beste voorbereiding. Met de enkele stelling dat de woning is gekocht door een belegger, heeft eiseres niet aannemelijk gemaakt dat niet is voldaan aan de voorwaarden en ficties als genoemd in artikel 17, tweede lid, van de Wet WOZ en die volgen uit de bedoeling van de wetgever.