ECLI:NL:RBMNE:2021:3766

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
6 augustus 2021
Publicatiedatum
9 augustus 2021
Zaaknummer
UTR 21/409
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens te late indiening

In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiseres tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht behandeld. Eiseres heeft haar beroep te laat ingediend, waardoor de rechtbank niet in staat is om de zaak inhoudelijk te behandelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het besluit van verweerder op 30 oktober 2020 bekend is gemaakt en dat het beroepschrift uiterlijk op 14 december 2020 ingediend had moeten zijn. Echter, de rechtbank ontving het beroepschrift pas op 13 januari 2021, wat te laat is.

De rechtbank heeft eiseres per aangetekende brief op 10 mei 2021 gevraagd naar de reden van de late indiening, maar eiseres heeft hierop niet gereageerd. Hierdoor concludeert de rechtbank dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, conform artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank kan het beroep niet inhoudelijk behandelen en er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten.

De uitspraak is gedaan door rechter R.C. Moed en griffier A. Kasi op 6 augustus 2021. De beslissing is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 21/409

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 augustus 2021 in de zaak tussen

[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres,

(gemachtigde: P.J.S. Ruigrok),
en
de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht,verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep van eiser tegen de uitspraak op bezwaar van verweerder van 26 oktober 2020.

Overwegingen

1.De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Eiseres is namelijk te laat met het indienen van beroep, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Een beroep moet worden ingediend binnen zes weken nadat het besluit bekend is gemaakt (artikelen 6:7 en 6:8 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)). In artikel 3:41 van de Awb staat hoe dat bekendmaken gebeurt.
3. In dit geval is het besluit bekendgemaakt op 30 oktober 2020. Het beroepschrift had dus uiterlijk op 14 december 2020 door de rechtbank ontvangen moeten zijn. De rechtbank heeft het beroepschrift ontvangen op 13 januari 2021. Dat is dus te laat. De hoofdregel is dan dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het beroepschrift te laat door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eiseres niets aan kan doen.
4. De rechtbank heeft per aangetekende brief van 10 mei 2021 gevraagd waarom eiseres het beroep te laat heeft ingediend. Eiseres heeft hier niet op gereageerd.
5. Het beroep is daarom kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 Awb). Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld.
6. Van een vergoeding van de proceskosten is geen sprake.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door R.C. Moed, rechter, in aanwezigheid van A. Kasi, griffier. De beslissing is uitgesproken op 6 augustus 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.