ECLI:NL:RBMNE:2021:3727
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens gebrek aan rechtsgeldige ingebrekestelling in bestuursrechtelijke procedure
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 11 maart 2021, wordt het beroep van eiser tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Urk behandeld. Eiser heeft gesteld dat verweerder niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag, en heeft daarom een beroep ingesteld. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet rechtsgeldig in gebreke is gesteld, wat een voorwaarde is voor het indienen van een beroep wegens niet tijdig beslissen.
Eiser heeft op 29 april 2020 een verzoek ingediend bij verweerder om inzage in zijn persoonsgegevens. Verweerder heeft echter aangegeven dat de identiteit van eiser niet kon worden vastgesteld op basis van het verzoek. Eiser heeft op 13 juni 2020 een tweede brief gestuurd, maar de rechtbank oordeelt dat deze brief niet kan worden aangemerkt als een rechtsgeldige ingebrekestelling. De rechtbank stelt dat de brief onvoldoende duidelijkheid biedt over welke aanvraag het gaat en dat verweerder niet in gebreke is gesteld op een manier die voldoet aan de eisen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank concludeert dat het beroep van eiser om deze reden niet-ontvankelijk is. De uitspraak benadrukt het belang van een duidelijke en rechtsgeldige ingebrekestelling in bestuursrechtelijke procedures. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun mogelijkheden om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.