ECLI:NL:RBMNE:2021:3120

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
15 juli 2021
Publicatiedatum
15 juli 2021
Zaaknummer
16/271730-20 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor straatroof en poging straatroof via datingsite met vrijspraak voor andere straatroof

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 15 juli 2021, is de verdachte veroordeeld voor straatroof en poging tot straatroof, gepleegd in Utrecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, samen met medeverdachten, via een datingsite afspraken maakte met slachtoffers om hen vervolgens te beroven. De feiten vonden plaats op 24, 26 en 28 oktober 2020. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de tweede tenlastelegging, omdat er onvoldoende bewijs was dat hij betrokken was bij de beroving van het tweede slachtoffer. De rechtbank oordeelde dat de verdachte en zijn medeverdachten een vooropgezet plan hadden om slachtoffers te lokken en hen met geweld te beroven. De rechtbank legde een jeugddetentie op van drie maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk, en een werkstraf van 80 uur. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, die zich zeer bedreigd voelden tijdens de overvallen. De verdachte was 19 jaar oud ten tijde van de feiten, en de rechtbank besloot het jeugdstrafrecht toe te passen, gezien zijn jonge leeftijd en de omstandigheden van de zaak.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/271730-20 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 15 juli 2021
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [2001] te [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] te [woonplaats] .

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 30 maart 2021 en 21 juni 2021. Het onderzoek is gesloten ter terechtzitting van 15 juli 2021.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. E. van der Zee en van hetgeen verdachte en zijn raadsvrouw, mr. S. Melliti, advocaat te Utrecht, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd. De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1 primair:op 28 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen met (bedreiging met) geweld heeft geprobeerd om goederen te stelen van [slachtoffer 1] ;
en/of
op 28 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen met (bedreiging met) geweld heeft geprobeerd om [slachtoffer 1] te dwingen tot afgifte van goederen;
feit 1 subsidiair:op 28 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen in het openbaar geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1] ;
feit 1 meer subsidiair:op 28 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen [slachtoffer 1] heeft mishandeld;
feit 2:op 26 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen met (bedreiging met) geweld een geldbedrag, een pincode, een pinpas en/of een creditcard heeft gestolen van [slachtoffer 2] ;
en/of
op 26 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen met (bedreiging met) geweld [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot afgifte van een geldbedrag, een pincode, een pinpas en/of een creditcard;
feit 3:op 24 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen met (bedreiging met) geweld een geldbedrag, een pincode, een pinpas en/of een creditcard van [slachtoffer 3] heeft gestolen;
en/of
op 24 oktober 2020 te Utrecht samen met anderen met (bedreiging met) geweld [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot afgifte van een geldbedrag, een pincode, een pinpas en/of een creditcard.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder feit 1 en 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van het onder feit 2 ten laste gelegde.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft integrale vrijspraak bepleit. Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsvrouw aangevoerd dat verdachte geen geweld heeft gebruikt en hiertoe ook geen intentie had. Verdachte had geen oogmerk van wederrechtelijk toe-eigening van goederen, dan wel van dwingen tot afgifte van goederen. Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsvrouw aangevoerd dat verdachte betrokkenheid ontkent. De aangever verklaart dat er slechts drie jongens bij het incident betrokken waren, verdachte past niet in het gegeven signalement en medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] verklaren dat verdachte er niet bij betrokken is geweest. Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsvrouw aangevoerd dat op basis van het dossier betrokkenheid van verdachte niet kan worden vastgesteld.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak feit 2
Op basis van het dossier kan niet worden vastgesteld dat verdachte op 26 oktober 2020 betrokken is geweest bij de beroving van aangever [slachtoffer 2] . Aangever [slachtoffer 2] heeft namelijk verklaard dat de groep uit drie jongens bestond en medeverdachten [medeverdachte 3] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] hebben verklaard dat zij bij de beroving aanwezig waren. Daarnaast past verdachte niet in de door aangever gegeven signalementen. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van het onder feit 2 ten laste gelegde.
Bewijsmiddelen [1]
Feit 1:
In het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [slachtoffer 1] staat onder meer het volgende:
‘Op 28 oktober 2020 (…) hoorde ik van collega’s dat een voor mij onbekende melder een afspraak had gemaakt op Bullchat. Deze melder had eerder ook al een afspraak gemaakt op Bullchat en was toen door 3 personen mishandeld. (…) Tevens zou de locatie identiek zijn als de vorige keer. (…) Vervolgens liep ik in de richting van het park aan de Perudreef [
te Utrecht]. (…) Ik liep vervolgens naar die bankjes en bleef daar staan. Ik stond daar nog geen 5 seconden, toen ik een jongeman naar mij toe zag lopen. Ik kan deze jongeman als volgt omschrijven:
- Ongeveer 1.70 meter lang;
- Tussen de 16 en 20 jaar;
- Paarse jas;
- Muts en mondkapje op; [2] - Licht getint.
Deze jongeman bleek later te zijn genaamd: [verdachte] (…). Ik zag dat [verdachte] mijn richting op liep. Ik hoorde dat [verdachte] vroeg of ik met hem had afgesproken, ik zei tegen [verdachte] dat ik dacht van wel. Ik hoorde dat [verdachte] zei dat ik met hem moest meelopen het park in. Ik zag dat [verdachte] hierop het park in liep (…). Ik liep achter [verdachte] aan (…). Ik zag dat er een andere jongeman in onze richting door het park liep. Ik zag dat deze jongeman ons passeerde. (…) Ik kan deze jongeman als volgt omschrijven:
- Ongeveer 1.80 meter lang;
- Lichte, beige, grijze jas;
- Muts en mondkapje op.
(…) Ik hoorde dat [verdachte] zei dat we iets verder op de bosjes in konden gaan. Ik (…) zag in de verte (…) een donker getinte jongeman met hoge snelheid op mij af rennen. Ik kan deze jongeman als volgt omschrijven:
- Ongeveer 1,90 meter lang;
- Donkere kleding aan;
- Donkere, negroïde huidskleur.
Later bleek deze jongeman te zijn genaamd: [medeverdachte 2] (…).
Vervolgens keek ik weer in de richting van [verdachte] . Met dat ik dit deed zag ik de vuist van [verdachte] met hoge kracht en snelheid in de richting van mijn gezicht bewoog. Ik bewoog met mijn hoofd naar achteren, maar voelde dat de vuist mijn kin raakte. Vervolgens zag ik de eerdergenoemde man met de lichte jas en [verdachte] op mij inslaan. Hierop heb ik [verdachte] een rechte stoot op zijn kin gegeven. Ik zag dat [verdachte] hiervan schrok en dat hij van mij af bewoog. Nagenoeg gelijkertijd voelde ik dat [medeverdachte 2] mij van achteren besprong. Ik (…) zag dat [medeverdachte 2] vol op mij begon in te slaan met beide armen. Ik voelde dat [verdachte] en de jongeman 1 met de lichte jas weer op mij begonnen te slaan en schoppen. (…) Ik voelde dat [medeverdachte 2] mij naar zich toe trok en vervolgens op mij in bleef staan [de rechtbank begrijpt:
slaan]. (…) Ik voelde dat [medeverdachte 2] mij nog steeds vast had.’ [3]
Verbalisant [slachtoffer 1] heeft hiervan ook aangifte gedaan:
‘Het geweld dat op mij werd uitgeoefend veroorzaakte pijn, bestaande uit een zere kaak en een stram lichaam na meerdere klappen en worstelingen.’ [4]
Bij de politie heeft verdachte [verdachte] het volgende verklaard:
‘(…) Ik wil vertellen dat ik die afspraak niet heb gemaakt. Dat heeft [medeverdachte 3] gedaan (…). Toen moest ik mijn telefoon aan [medeverdachte 3] geven. Die maakte dan een profiel aan en die begon te chatten met mannen. [5] (…) [medeverdachte 3] zei tegen hem dat hij naar het Perudreef moest komen.’ [6] (…) Ik moest voorop lopen, dat vonden hun het beste plan. (…) Ik zag dat [medeverdachte 2] er nog niet, ik zag dat [medeverdachte 3] er nog liep (…). [7] Ik zei tegen hem we gaan gewoon even een stukje lopen wat dieper het bos in. En opeens kwam [medeverdachte 2] [
[medeverdachte 2]], hij kwam rennend en pakte die man bij zijn keel van achter. (…) En ik dacht ik ga die man gewoon trekken aan zijn jas.’ [8]
Bij de politie heeft verdachte [medeverdachte 3] het volgende verklaard:
‘ [verdachte] liep naar de date, de politieagent. Ik zag dat er een hele andere man stond dan dat was verteld, 60 kg. Ik liep langs de man en zei goedenavond. (…) Ik stond bij het bankje in het gras. Ik zag dat [medeverdachte 2] [
[medeverdachte 2]] op de man afging en hem vastpakken. Ik zag [medeverdachte 2] en [verdachte] een beetje vechten met die man, de politieagent. (…) toen sprong een Marokkaanse man op mij en zei dat hij van de politie was. (…) Er kwam een jongen uit de bosjes en die haalde de man van mij af. Toen ben ik weggerend.’ [9]
Bij de politie heeft verdachte [medeverdachte 2] het volgende verklaard:
‘(…) V: Wie had die Bullchat app op zijn telefoon?
A: [medeverdachte 3] (…). Het was gewoon de bedoeling om geld af te nemen. [10] (…) We hadden een afspraak gemaakt en we gingen er gewoon op af. (…) Dat [verdachte] zou meelopen met die man. Wij zouden later komen, dat was het plan. (…) Het geld dat we zouden verdienen zouden we dan door vieren doen. (…) We zouden geld afnemen, dat was het plan. (…) Waarschijnlijk zou het met geweld zijn.’ [11]
Feit 3:
[slachtoffer 3] heeft aangifte gedaan. Hij heeft onder meer het volgende verklaard:
‘Ik ben naar de site Bullchat gegaan. Een jongen wilde afspreken op de Perudreef te Utrecht. Op zaterdag 24 oktober 2020 (…) om 20.33 uur kwam ik daar aan. Ik liep naar de plaats waar we hadden afgesproken. Ik zag dat er een man van buitenlandse afkomst op de bank zitten. Ik had het vermoeden dat hij van Marokkaanse afkomst was. [12] (…) Ik zag dat de jongen opstond en dat hij Heey tegen mij zei. Ik zag dat er vervolgens een andere jongen achter een boom vandaan kwam. Ik voelde dat er iets niet klopte en ik wilde wegrennen. Op dat moment pakte iemand mij van achter stevig vast daardoor kon ik niet wegrennen. Ik hoorde dat de jongens tegen mij schreeuwden: “Ga op die bank zitten". Ik dacht dat er ongeveer vier jongens om mij heen stonden
.(…) Ik moest direct mijn hoofd naar beneden doen. Ik gaf direct mijn telefoon aan een jongen. Ik hoorde dat er een jongen tegen mij zei:" Ga direct inloggen op je bank". Ik was zo bang dat ik dit deed. Ik tilde op dat moment mijn hoofd op en ik kreeg direct van een andere jongen een stomp op mijn hoofd
.Ik voelde direct een beetje pijn
.(…) Ik hoorde dat een jongen tegen mij zei:' Doe geen gekke dingen als je ziet wat ik hier bij mij heb". (…) Ik hoorde dat een andere jongen zei:" Sla hem met dat ding". (…) Ondertussen zag ik dat een jongen mijn bankpas pakte. Ik hoorde dat mijn pincode aan mij werd gevraagd. Ik was zo bang dat ik mijn pincode gaf. Ik hoorde dat een jongen zei:' Deze jongen gaat pinnen, als je liegt heb je een groot probleem". Ik zag dat er een jongen wegging. [13] (…) Ik hoorde dat er werd gezegd: "We gaan tot 3 tellen en doe dan je hoofd omhoog". Ik zag dat de camera werd aangezet en ik hoorde dat ik mijn naam moest zeggen. Omdat ik zo bang was had ik dat ook gedaan. Ik moest ook zeggen dat ik zelf 29 jaar was en dat ik had afgesproken om elkaar af te trekken. Ik moest direct daarna mijn hoofd weer naar beneden doen en ik hoorde dat een jongen tegen mij zei:" Als je naar de politie gaat, gaan de foto's op internet en weet iedereen dat je homo bent en pedofiel. (…) Ik hoorde dat een jongen tegen mij zei: “ Ik weet waar je traint en dat is Fit for Free”. (…) Ik had nog steeds mijn hoofd naar beneden. Ik hoorde dat een jongen tegen mij zei:" Abi geen politie en ik voelde op dat moment een harde klap op mijn achterhoofd. Ik voelde direct een stevige pijn in mijn hoofd. (…)
Signalement van de jongen:
- Jongeman tussen de 20 en 25 jaar.
- Vermoedelijk van Noord Afrikaanse afkomst.
- Geen baard of snor kort haar. [14] - Grof gezicht.
In totaal hebben de jongens een bedrag van 500 euro van mijn rekening gehaald.’ [15]
Op de telefoon van verdachte [medeverdachte 1] treft verbalisant [verbalisant] het volgende aan:
‘De datum/tijd bij deze video was 24-10-2020, 21:10 uur. (…)
Onbekende mannenstem: Zeg jouw volledige naam nu.
Man 1: [slachtoffer 3] . (…)
Onbekende mannenstem: Hoe oud ben je?
Man 1: 29. [16]
Bij de politie heeft verdachte [medeverdachte 3] het volgende verklaard:
‘Een van hun ging als de date. Volgens mij was dat [verdachte] . Die ging op een bankje zitten en dan ging die zich als minderjarige voordoen. (…) De date, de oudere man, ging dan naar het bankje toe lopen. Dan kwam volgens mij [medeverdachte 2] uit de bosjes en zeiden ze dat die date zijn pinpas en pincode moest afgeven. Toen kreeg ik de pinpas en moest ik naar de pinautomaat rennen bij winkelcentrum de Klop.’ [17] (…)
V: Hadden jullie van tevoren afgesproken wat er zou gebeuren?
A: Ja, dat we veel geld zouden pakken. (…) ik kreeg uiteindelijk 100 euro. (…)
V: En wie praat er tegen de man op het filmpje?
A: Dat is [verdachte] .
Bij de politie heeft verdachte [medeverdachte 1] verklaard dat op de 24e (
de rechtbank begrijpt: oktober)[verdachte] tegen hem zei dat hij een pedo had ontmaskerd.’ [18]
Bewijsoverwegingen
Feit 1:De raadsvrouw heeft aangevoerd dat verdachte geen geweld heeft gebruikt en zijn opzet niet gericht was op het wederrechtelijk toe-eigenen van goederen, dan wel op het dwingen tot afgifte hiervan. De rechtbank verwerpt deze verweren. Uit de gebezigde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte en zijn medeverdachten een vooropgezet plan hadden, met onderlinge taakverdeling, om het slachtoffer geld afhandig te maken. De rol van verdachte was om het slachtoffer aan te spreken en met hem mee te lopen het parkje in, waar de medeverdachten op hem en het slachtoffer aan het wachten waren. Verdachte is betrokken geweest bij twee feiten die vlak na elkaar hebben plaatsgevonden. Er is telkens een afspraakje gemaakt via een datingsite om de aangevers te ontmoeten in het parkje bij de Perudreef, waarna de slachtoffers door meerdere jongens zijn afgeperst of beroofd, dan wel dat dit is geprobeerd. Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat de opzet van verdachte en zijn mededaders gericht was op het verkrijgen van geld en/of spullen van [slachtoffer 1] . Daarnaast blijkt uit het proces-verbaal van bevindingen van [slachtoffer 1] , die hij op ambtseed heeft getekend, dat verdachte en zijn medeverdachten geweld hebben gebruikt. De rechtbank acht derhalve het tenlastegelegde medeplegen van een poging tot diefstal in vereniging met (bedreiging met) geweld en/of poging tot afpersing in vereniging wettig en overtuigend bewezen.
Feit 3:De raadsvrouw heeft aangevoerd dat betrokkenheid van verdachte niet kan worden vastgesteld. De rechtbank komt op grond van de hiervoor genoemde bewijsmiddelen tot een andere conclusie. Aangever [slachtoffer 3] verklaart namelijk dat er vier jongens aanwezig waren en geeft van één van de jongens een signalement, waarbinnen verdachte past. Het gaat om de jongen die zich voordeed als de date. Dit sluit aan bij de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 3] dat een van hen zich als de date voordeed en dat dat volgens hem [verdachte] was. Dit sluit ook naadloos aan bij de rol die verdachte vervulde bij feit 1. De rechtbank acht op grond hiervan bewezen dat verdachte bij dit feit betrokken was. Nu de spullen van aangever [slachtoffer 3] zijn afgepakt, acht de rechtbank de onder feit 3 tenlastegelegde diefstal in vereniging met (bedreiging met) geweld wettig en overtuigend bewezen en niet (ook) de afpersing.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
feit 1 primair:op 28 oktober 2020 te Utrecht ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederechtelijke toe-eigening, weg te nemen een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed toebehorende aan [slachtoffer 1] , en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan, te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
tezamen en in vereniging met zijn mededaders:
- terwijl hun gezicht bedekt was met een mondkapje,- die [slachtoffer 1] verder hebben meegelokt het park in en vervolgens- die [slachtoffer 1] met kracht en (hoge) snelheid met de vuist tegen de kin, hebben geslagen en vervolgens- op die [slachtoffer 1] hebben ingeslagen en vervolgens- die [slachtoffer 1] (van achteren) hebben besprongen en vervolgens- (wederom) op die [slachtoffer 1] hebben ingeslagen en vervolgens- (wederom) die [slachtoffer 1] hebben geslagen en geschopt en vervolgens- die [slachtoffer 1] naar zich toe hebben getrokken en geslagen
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of
op 28 oktober 2020 te Utrecht, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk om zichzelf en anderen wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, toebehorende aan die [slachtoffer 1] ,
tezamen en in vereniging met zijn mededaders:
- terwijl hun gezicht bedekt was met een mondkapje,- die [slachtoffer 1] verder hebben meegelokt het park in en vervolgens- die [slachtoffer 1] met kracht en (hoge) snelheid met de vuist tegen de kin, hebben geslagen en vervolgens- op die [slachtoffer 1] hebben ingeslagen en vervolgens- die [slachtoffer 1] (van achteren) hebben besprongen en vervolgens- (wederom) op die [slachtoffer 1] hebben ingeslagen en vervolgens- (wederom) die [slachtoffer 1] hebben geslagen en geschopt en vervolgens- die [slachtoffer 1] naar zich toe hebben getrokken en geslagen;
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Feit 3:op 24 oktober 2020 te Utrecht tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederechtelijke toe-eigening, heeft weggenomen, al dan niet met een valse sleutel, een geldbedrag van 500 euro en een pinpas toebehorende aan [slachtoffer 3] , welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en gevolgd door geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededaders:
- die [slachtoffer 3] hebben vastgepakt en vervolgens- dreigend tegen die [slachtoffer 3] ‘Ga op die bank zitten’ en ‘Ga direct inloggen op je bank’ en ‘Kijk naar beneden’ hebben gezegd en geschreeuwd en vervolgens- toen die [slachtoffer 3] zijn hoofd optilde die [slachtoffer 3] een stomp tegen het hoofd hebben gegeven en vervolgens- dreigend de woorden ‘Doe geen gekke dingen als je ziet wat ik hier bij mij heb’ en ‘Sla hem met dat ding’ en ‘Deze jongen gaat pinnen, als je liegt heb je een groot probleem’ hebben toegevoegd en vervolgens- een filmpje van het hoofd van [slachtoffer 3] hebben gemaakt en die [slachtoffer 3] hebben laten zeggen hoe oud hij was en dat hij had afgesproken met een man om elkaar af te trekken en vervolgens- hebben gedreigd om het filmpje op het Internet te zetten en vervolgens- de woorden ‘Ik weet waar je traint en dat is Fit for Free’ hebben toegevoegd en vervolgens- die [slachtoffer 3] een harde klap op zijn achterhoofd hebben gegeven.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen onder feit 1 en feit 3 meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
feit 1:poging tot diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en die diefstal gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
en
poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
feit 3:diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en die diefstal gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGEL

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen conform het volwassenstrafrecht tot:
- een gevangenisstraf van 12 maanden, met aftrek van het voorarrest, waarvan een gedeelte van 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met daarbij de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht bij een eventuele straf rekening te houden met het blanco strafblad van verdachte, de duur van het voorarrest en het feit dat verdachte zich tijdens de schorsing aan alle voorwaarden heeft gehouden.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf en maatregel heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich, samen met zijn mededaders, schuldig gemaakt aan het plegen van een ernstige diefstal met geweld en een poging diefstal met geweld en/of afpersing. Verdachte en zijn mededaders hebben telkens via een datingapp gericht slachtoffers uitgekozen en deze slachtoffers naar een afgelegen plek gelokt om ze vervolgens te kunnen beroven van hun waardevolle spullen.
De gevolgen van dergelijke overvallen zijn in het algemeen zeer traumatiserend voor de slachtoffers. De impact op hun gewone leven en gevoel van veiligheid is groot. Aangever [slachtoffer 1] beschrijft dat hij gedurende het incident continu het gevoel had dat de groep hem zwaar wilde verwonden en dat het ze niet uitmaakte hoe hij daar vanaf zou komen. Aangever [slachtoffer 3] beschrijft in zijn aangifte dat hij gedurende het incident erg bang is geweest. Hij heeft slecht geslapen en heeft veel last gehad van zijn hoofd.
Op geen enkele wijze heeft verdachte zich bekommerd om de gevolgen voor de slachtoffers, hij heeft alleen gehandeld voor eigen geldelijk gewin. Dit rekent de rechtbank verdachte zeer aan.
Persoon van de verdachte
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel justitiële documentatie betreffende verdachte van 24 februari 2021 waaruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor enig strafbaar feit. De rechtbank heeft dit niet laten meewegen bij het bepalen van de omvang van de straf.
Rapportage Reclassering
Bij haar beslissing heeft de rechtbank ook rekening gehouden met een rapportage van Reclassering Nederland van 17 juni 2021, opgemaakt door mw. H. van Benthe, reclasseringsmedewerker. De reclassering acht een kans op recidive aanwezig als verdachte geen hulpverlening krijgt. Verdachte houdt zich aan de lopende schorsingsvoorwaarden en is bereid om mee te werken aan behandeling. De reclassering geeft ook aan dat er indicaties zijn voor de toepassing van het jeugdstrafrecht, omdat verdachte jonger oogt dan zijn kalenderleeftijd, omgaat met personen die jonger zijn en omdat hij nog ontvankelijk is voor beïnvloeding van zijn gezin, docenten op school en De Waag. Ook dient de schoolgang weer hervat te worden, waardoor een verblijf in een justitiële jeugdinrichting mogelijk beter aansluit bij verdachte, indien er een gevangenisstraf wordt opgelegd. Desondanks adviseert de reclassering niet om het jeugdstrafrecht toe te passen, omdat de huidige behandeling via het volwassenstrafrecht loopt. De reclassering adviseert de rechtbank om een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, het meewerken aan ambulante behandeling bij De Waag, een contactverbod met de medeverdachten, het volgen van een opleiding en het meewerken aan middelencontroles.
Toepassing jeugdstrafrecht
Ten aanzien van de vraag of het volwassenenstrafrecht of het jeugdstrafrecht dient te worden toegepast, overweegt de rechtbank als volgt. Verdachte was ten tijde van het plegen van de feiten 19 jaar oud en dus meerderjarig. Op een jongvolwassen verdachte die ten tijde van het strafbare feit meerderjarig is, maar nog onder de 23 jaar, kan het jeugdstrafrecht worden toegepast als sprake is van omstandigheden gelegen in de persoon van verdachte of de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd daartoe aanleiding geven. Uit het rapport van de reclassering blijkt dat er veel aanwijzingen zijn voor de toepassing van het jeugdstrafrecht. De reclassering adviseert om het volwassenenstrafrecht toe te passen, aangezien er al hulpverlening loopt vanuit het volwassenenstrafrecht. Omdat er in het rapport van de reclassering sterke aanwijzingen zijn dat pedagogische beïnvloeding bij verdachte nog mogelijk is en de hulpverlening die inmiddels is opgestart ook doorgang kan vinden bij het toepassen van het jeugdstrafrecht, zal de rechtbank in dit geval het jeugdstrafrecht toepassen.
Straf- en maatregeloplegging
De rechtbank houdt rekening met de LOVS-richtlijnen en zoekt ook aansluiting bij de straffen die aan de medeverdachten zijn opgelegd.
Alles afwegende zal de rechtbank aan verdachte een jeugddetentie opleggen voor de duur van 3 maanden, met aftrek van het voorarrest, waarvan 2 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en als bijzondere voorwaarden de maatregel van Toezicht & Begeleiding, het meewerken aan diagnostiek en zo nodig behandeling bij De Waag, het vinden en behouden van dagbesteding en het meewerken aan middelencontrole. Daarnaast zal de rechtbank een werkstraf voor de duur van 80 uren opleggen, te vervangen door 40 dagen jeugddetentie, indien de werkstraf niet (naar behoren) wordt uitgevoerd. Verder zal de rechtbank ter voorkoming van recidive de vrijheidsbeperkende maatregel opleggen dat de verdachte voor de duur van één jaar geen contact mag hebben met de medeverdachten en de aangevers.

10.BENADEELDE PARTIJ

[slachtoffer 2] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van €1.630,00. Dit bedrag bestaat uit €830,00 materiële schade en €800,00 immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder feit 2 ten laste gelegde feit.
10.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich in verband met de gevorderde vrijspraak voor het onder feit 2 ten laste gelegde op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard dient te worden in de vordering.
10.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich, in verband met de bepleite vrijspraak voor het onder feit 2 ten laste gelegde op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard dient te worden in de vordering.
10.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk verklaren in de vordering, nu verdachte van het onder feit 2 ten laste gelegde feit zal worden vrijgesproken. De benadeelde partij kan haar vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen. De rechtbank compenseert de kosten van partijen aldus, dat elke partij de eigen kosten draagt.

11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 38v, 45, 47, 77c, 77g, 77i, 77m, 77n, 77x, 77y, 77z, 77aa, 77gg, 77we, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht, zoals die artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

12.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder feit 2 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het onder feit 1 primair en feit 3 ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het in rubriek 5 bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een
jeugddetentie van 3 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de jeugddetentie in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de jeugddetentie een
gedeelte van 2 maanden niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat de verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van 2 jaren vast;
-
als algemene voorwaarden gelden dat verdachte:
* zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
* ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
* medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.
-
stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte:
* zich binnen drie dagen na het onherroepelijk worden van het vonnis zal melden bij Reclassering Nederland op het adres Zwarte Woud 2, 3524 SJ te Utrecht, zo lang en zo frequent de reclassering dit noodzakelijk acht om het reclasseringstoezicht uit te oefenen;
* mee zal werken aan diagnostiek en indien geïndiceerd zich zal laten behandelen door De Waag of een soortgelijke zorgverlener, zulks te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering noodzakelijk acht. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
* mee zal werken aan het vinden en behouden van een passende dagbesteding in de vorm van een opleiding en/of werk;
* mee zal werken aan controle van het gebruik van drugs door middel van urinecontroles, waarbij de reclassering bepaalt in welke frequentie er gecontroleerd zal worden;
waarbij Reclassering Nederland de opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf in de vorm van een
werkstrafvoor de duur van
80 uren;
- bepaalt dat indien verdachte de werkstraf niet of niet naar behoren verricht, een vervangende jeugddetentie zal worden toegepast van 40 dagen;
Oplegging maatregel
- legt op de
vrijheidsbeperkende maatregeldat de verdachte voor de duur van één jaar op geen enkele wijze – direct of indirect- contact zal opnemen, zoeken of hebben met de volgende personen:
* [slachtoffer 1] , geboren op [1984] ;
* [slachtoffer 3] , geboren op [1991] ;
* [medeverdachte 1] , geboren op [2003] ;
* [medeverdachte 3] , geboren op [2002] ; en
* [medeverdachte 2] , geboren op [2003] ;
  • waarbij de politie opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving hiervan;
  • bepaalt dat vervangende jeugddetentie zal worden toegepast voor het geval door verdachte niet aan de maatregel wordt voldaan. De duur van deze vervangende jeugddetentie bedraagt 3 dagen voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan, met een maximum van 3 maanden. De toepassing van de vervangende jeugddetentie heft de verplichtingen ingevolge de maatregel niet op;
Benadeelde partij
- verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt;
Voorlopige hechtenis
- heft op het reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A. Hebly, voorzitter, mrs. H.F. Koenis en H.A. Gerritse, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L. Steijns, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 15 juli 2021.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1. hij op of omstreeks 28 oktober 2020 te Utrecht ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederechtelijke toe-eigening weg te nemen een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan, te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) althans alleen
- terwijl zijn/hun gezicht bedekt was met een mondkapje althans een gezichtsverhullend voorwerp,
- die [slachtoffer 1] (verder) heeft/hebben meegelokt het park in en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] met kracht en (hoge) snelheid met de vuist tegen de kin, althans in het gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt en /of vervolgens
- op die [slachtoffer 1] heeft/hebben ingeslagen en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] (van achteren) heeft/hebben besprongen en/of vervolgens
- (wederom) op die [slachtoffer 1] heeft/hebben ingeslagen en/of vervolgens
- (wederom) die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of te geschopt en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] naar zich toe heeft/hebben getrokken en/of geslagen
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of
hij op of omstreeks 28 oktober 2020 te Utrecht ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn of haar mededader(s),
welk geweld en/of dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) althans alleen
- terwijl zijn/hun gezicht bedekt was met een mondkapje althans een gezichtsverhullend voorwerp,
- die [slachtoffer 1] (verder) heeft/hebben meegelokt het park in en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] met kracht en (hoge) snelheid met de vuist tegen de kin, althans in het gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt en /of vervolgens
- op die [slachtoffer 1] heeft/hebben ingeslagen en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] (van achteren) heeft/hebben besprongen en/of vervolgens
- (wederom) op die [slachtoffer 1] heeft/hebben ingeslagen en/of vervolgens
- (wederom) die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of te geschopt en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] naar zich toe heeft/hebben getrokken en/of geslagen
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
( art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 28 oktober 2020 te Utrecht met een ander of anderen
openlijk, te weten in het park aan de Perudreef, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een
voor het publiek toegankelijke plaats,
in vereniging
geweld heeft gepleegd tegen een persoon, te weten [slachtoffer 1] ,
door
- die [slachtoffer 1] met kracht en (hoge) snelheid met een vuist tegen de kin, althans in het gezicht te slaan en/of te stompen en/of vervolgens
- op die [slachtoffer 1] in te slaan en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] (van achteren) te bespringen en/of vervolgens
- (wederom) op die [slachtoffer 1] in te slaan en/of vervolgens
- (wederom) die [slachtoffer 1] te slaan en/of te schoppen en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] naar zich toe te trekken en/of te slaan
terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel, te weten
een zekere kaak en/of stram lichaam, voor die [slachtoffer 1] ten gevolge heeft gehad;
( art 141 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 141 lid 2 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 28 oktober 2020 te Utrecht
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen
[slachtoffer 1] heeft mishandeld door
- die [slachtoffer 1] met kracht en (hoge) snelheid met een vuist tegen de kin, althans in het gezicht te slaan en/of te stompen en/of vervolgens
- op die [slachtoffer 1] in te slaan en/of vervolgens
- die [slachtoffer 1] (van achteren) te bespringen en/of vervolgens
- (wederom) op die [slachtoffer 1] in te slaan en/of vervolgens
- (wederom) die [slachtoffer 1] te slaan en/of te schoppen en/of vervolgens
die [slachtoffer 1] naar zich toe te trekken en/of te slaan;
( art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
2. hij op of omstreeks 26 oktober 2020 te Utrecht tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederechtelijke toe-eigening heeft weggenomen, al dan niet met een valse sleutel, een geldbedrag van 650 euro en/of een geldbedrag van 80 of 90 euro, althans een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of werd vergezeld en/of werd gevolgd door geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) althans alleen
- terwijl zijn/hun gezicht bedekt was met een sjaal en/of mondkapje althans een gezichtsverhullend voorwerp,
- die [slachtoffer 2] bij de keel heeft/hebben vastgepakt en/of vervolgens
- die [slachtoffer 2] naar de grond heeft/hebben geduwd en/of gehouden en/of getrokken en/of geslagen en/of geschopt en/of vervolgens
- die [slachtoffer 2] naar beneden althans de grond heeft/hebben laten kijken althans zijn hoofd naar beneden heeft/hebben geduwd en/of vervolgens
- (bij het afnemen van de creditcard) heeft/hebben gedreigd dat als die [slachtoffer 2] niet de goede (pin)code gaf er dan erge dingen zouden gebeuren en/of vervolgens
- heeft/hebben gedreigd dat die [slachtoffer 2] bij niet meewerken klappen of erger zou krijgen en/of dan loopt het slecht met je af
- althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking heeft toegevoegd.
en/of
hij op of omstreeks 26 oktober 2020 te Utrecht tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van 650 euro en/of een geldbedrag van 80 of 90 euro, althans een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn of haar mededader(s),
welk geweld en/of dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) althans alleen
- terwijl zijn/hun gezicht bedekt was met een sjaal en/of mondkapje althans een gezichtsverhullend voorwerp,
- die [slachtoffer 2] bij de keel heeft/hebben vastgepakt en/of vervolgens
- die [slachtoffer 2] naar de grond heeft/hebben geduwd en/of gehouden en/of getrokken en/of geslagen en/of geschopt en/of vervolgens
- die [slachtoffer 2] naar beneden althans de grond heeft/hebben laten kijken althans zijn hoofd naar beneden heeft/hebben geduwd en/of vervolgens
- (bij het afnemen van de creditcard) heeft/hebben gedreigd dat als die [slachtoffer 2] niet de goede (pin)code gaf er dan erge dingen zouden gebeuren en/of vervolgens
- heeft/hebben gedreigd dat die [slachtoffer 2] bij niet meewerken klappen of erger zou krijgen en/of dan loopt het slecht met je af
- althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking heeft toegevoegd.
( art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
3. hij op of omstreeks 24 oktober 2020 te Utrecht tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederechtelijke toe-eigening heeft weggenomen, al dan niet met een valse sleutel, een geldbedrag van 500 euro, althans een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of werd vergezeld en/of werd gevolgd door geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 3] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) althans alleen
- die [slachtoffer 3] heeft/hebben vastgepakt en/of vervolgens
- dreigend tegen die [slachtoffer 3] ‘Ga op die bank zitten’ en/of ‘Ga direct inloggen op je bank’ en/of ‘Kijk naar beneden’ althans woorden van gelijke aard en/of strekking heeft/hebben gezegd/geschreeuwd en/of vervolgens
- toen die [slachtoffer 3] zijn hoofd optilde die [slachtoffer 3] een stomp tegen het hoofd althans het lichaam heeft/hebben gegeven en/of vervolgens
- dreigend de woorden ‘Doe geen gekke dingen als je ziet wat ik hier bij mij heb’ en/of ‘Sla hem met dat ding’ en/of ‘Deze jongen gaat pinnen, als je liegt heb je een groot probleem’ althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking heeft/hebben toegevoegd en/of
vervolgens
- een foto en/of filmpje van het hoofd van [slachtoffer 3] heeft/hebben gemaakt en/of die [slachtoffer 3] heeft/hebben laten zeggen hoe oud hij was en dat hij had afgesproken (met een man) om elkaar af te trekken althans seks te hebben en/of vervolgens
- heeft/hebben gedreigd om de foto’s/filmpjes op het Internet te zetten en/of vervolgens
- de woorden ‘Ik weet waar je traint en dat is Fit for Free’ althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking heeft/hebben toegevoegd en/of vervolgens
- die [slachtoffer 3] een (harde) klap op zijn (achter)hoofd althans tegen zijn lichaam heeft/hebben gegeven;
en/of
hij op of omstreeks 24 oktober 2020 te Utrecht tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een geldbedrag van 500 euro, althans een geldbedrag, pinpas, pincode en/of creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn of haar mededader(s),
welk geweld en/of dreiging met geweld hierin bestond dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn mededader(s) althans alleen
- die [slachtoffer 3] heeft/hebben vastgepakt en/of vervolgens
- dreigend tegen die [slachtoffer 3] ‘Ga op die bank zitten’ en/of ‘Ga direct inloggen op je bank’ en/of ‘Kijk naar beneden’ althans woorden van gelijke aard en/of strekking heeft/hebben gezegd/geschreeuwd en/of vervolgens
- toen die [slachtoffer 3] zijn hoofd optilde die [slachtoffer 3] een stomp tegen het hoofd althans het lichaam heeft/hebben gegeven en/of vervolgens
- dreigend de woorden ‘Doe geen gekke dingen als je ziet wat ik hier bij mij heb’ en/of ‘Sla hem met dat ding’ en/of ‘Deze jongen gaat pinnen, als je liegt heb je een groot probleem’ althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking heeft/hebben toegevoegd en/of vervolgens
- een foto en/of filmpje van het hoofd van [slachtoffer 3] heeft/hebben gemaakt en/of die [slachtoffer 3] heeft/hebben laten zeggen hoe oud hij was en dat hij had afgesproken (met een man) om elkaar af te trekken althans seks te hebben en/of vervolgens
- heeft/hebben gedreigd om de foto’s/filmpjes op het Internet te zetten en/of vervolgens
- de woorden ‘Ik weet waar je traint en dat is Fit for Free’ althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking heeft/hebben toegevoegd en/of vervolgens
- die [slachtoffer 3] een (harde) klap op zijn (achter)hoofd althans tegen zijn lichaam heeft/hebben gegeven;
( art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 29 januari 2021, genummerd PL0900-2021029371, opgemaakt door politie Eenheid Midden-Nederland doorgenummerd 1 tot en met 469 Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Proces-verbaal van bevindingen verbalisant [slachtoffer 1] , p. 95.
3.Proces-verbaal van bevindingen verbalisant [slachtoffer 1] , p. 96.
4.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , p. 91.
5.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , p. 317.
6.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , p. 319.
7.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , p. 320.
8.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , p. 321.
9.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 3] , p. 348.
10.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 2] , p. 361.
11.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , p. 362.
12.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 32.
13.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 33.
14.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 34.
15.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 35.
16.Proces-verbaal van bevindingen verbalisant [verbalisant] , p. 173.
17.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 3] , p. 345.
18.Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , p. 399.