4.3Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak voor feit 4 en 5
De rechtbank is van oordeel dat onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is dat verdachte het onder 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan en zal verdachte daarom van deze feiten vrijspreken.
Bewijsmiddelen voor de feiten 1, 2, 3, 6 en (gedeeltelijk) feit 7
De feiten 1, 2, 3, 6 en de eerste vier gedachtestreepjes onder feit 7 zijn door verdachte begaan. Verdachte heeft deze feiten bekend en de raadsman heeft geen vrijspraak voor deze feiten bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 28 mei 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina 403 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 27 augustus 2020, genummerd 20202408.1648.7975.754, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 494 tot en met 496 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen met foto bijlage van 12 maart 2020, genummerd PL0900-2020038241-2, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 2] , doorgenummerde pagina’s 1 tot en met 5 (zaaksdossier 3);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen (strafbaarheidsstelling) van 5 juni 2020, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , doorgenummerde pagina’s 334 tot en met 338 (zaaksdossier 3);
Ten aanzien van feit 2:
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 27 mei 2020, genummerd 20202705.1339.7975.279, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 371 tot en met 373 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 28 mei 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 385 tot en met 394 (algemeen dossier);
- een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5 Wetboek van Strafvordering, inhoudende een weergave van tapgesprekken (onderzoek 03Tenor ) doorgenummerde pagina 28 tot en met 41 (zaaksdossier 4);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal verstrekking gevorderde gegevens met bijlage van 2 juli 2020, genummerd 2020070211308218, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 4] , pagina’s 375 en 376 (zaaksdossier 4);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal verstrekking gevorderde gegevens met bijlage van 25 mei 2020, genummerd 2021052508215282, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 5] , pagina’s 1 tot en met 4 (pv verstrekken gegevens Kenatur CZ);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 27 mei 2020, genummerd 20202705.1339.7975.279, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina 375 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van pseudokoop van 13 mei 2020, opgemaakt door Nationale politie, team heimelijke opsporing, houdende het relaas van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 1] , doorgenummerde pagina’s 18 en 19 (zaaksdossier 5)
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 5 juni 2020, opgemaakt door politie eenheid Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 7] , doorgenummerde pagina’s 204 tot en met 208 (algemeen dossier)
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 28 mei 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 395 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal forensisch onderzoek plaats delict (Meerval Amersfoort) (met fotobijlage) van 5 juni 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 8] , doorgenummerde pagina’s 25 tot en met 29 (forensisch dossier map 1);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 23 juli 2020, genummerd PL0900-2020096926-28, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] , doorgenummerde pagina’s 57 en 58 (forensisch dossier map 1);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 28 mei 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 400 tot en met 402 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 14 september 2020, genummerd Ultegra/NNRAA18019, opgemaakt door de politie Noord-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 9] , doorgenummerde pagina’s 37 tot en met 52 (zaaksdossier 1);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 28 mei 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 396 tot en met 399 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen (met bijlage) van 1 maart 2020, genummerd PL1300-2020029168-52, opgemaakt door de politie Amsterdam, houdende het relaas van verbalisanten [verbalisant 10] en [verbalisant 11] , doorgenummerde pagina’s 16 en 17, inclusief bijlagen (zaaksdossier 2);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 28 mei 2020, genummerd 20202805.1248.7975.298, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina 403 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen (met foto-bijlage) van 12 maart 2020, genummerd PL0900-2020038241-2, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant [verbalisant 2] , doorgenummerde pagina’s 1 tot en met 5 (zaaksdossier 3);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte [medeverdachte] van 2 september 2020, genummerd 20200109.1510.7975.594, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een verklaring van verdachte [medeverdachte] , doorgenummerde pagina 654 (zaaksdossier 3);
gedachtestreepje 4:
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 5 juni 2020, genummerd 20200506.1129. 7975.338, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina 430 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 29 juni 2020, genummerd 20202706.2012.7975.427, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerde pagina’s 458 toe en met 460 en 474 (algemeen dossier);
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 10 juni 2020, genummerd 2020061013204625.375, opgemaakt door de politie Midden-Nederland, houdende het relaas van verbalisant P.R. Meester, doorgenummerde pagina’s 166 tot en met 168, 184 en 185 (algemeen dossier);
Bewijsmiddelen voor feit 7 (gedachtestreepje 5)
In
het proces-verbaal verstrekking gevorderde gegevensvan 16 december 2020, heeft verbalisant [verbalisant 14] , zakelijk weergegeven, het volgende gerelateerd:
Op 23 april 2020 kreeg ik, verbalisant de opdracht om (strafbare) activiteiten in relatie tot handel van vuurwapens en/of munitie, verricht door de adverteerder met Telegramnaam " [telegramnaam] (nader te noemen [telegramnaam] , username "@ [username] ) bij te houden en middels proces-verbaal vast te leggen ten behoeve van het onderzoek en de te verrichten pseudokoop.
De online activiteiten verricht door [telegramnaam] verliepen via Telegram, een online- chatapplicatie. Hierbij nam ik onder andere waar dat:
- [telegramnaam] de eigenaar is van Telegram groep @ [telegramgroep 1]
- [telegramnaam] op 23 april 2020 zijn Telegram displayname wijzigt naar " [displayname] "
- [telegramnaam] op 27 april 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 4 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 5 mei 2020 verschillende soorten munitie aanbiedt in groep
- [telegramnaam] op 8 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 9 mei 2020 in de groep
handvuurwapen plaatst;
- [telegramnaam] op 10 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 10 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 11 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 12 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 20 mei 2020 in de groep
- [telegramnaam] op 21 mei 2020 in de groep "
Uit de
chatberichtenmet Telegram-gebruiker @ [username] blijkt het volgende:
6 Mei 2020
20:39 Verbalisant: broer kan je levere
20:45 @ [username] : Wat?
(…)
20:57 Verbalisant: 7.62??
20:57 @ [username] : Toka of ak?
20:58 @ [username] : Toka is op wel bestelt volgende week binnen
20:58 @ [username] : Ak nog genoeg
21:00 Verbalisant: Voor ak broer
21:00 Verbalisant: 762 39
(…)
22:58 Verbalisant: Doosje heeft 50 toch?
22:58 Verbalisant: 4 doosjes broer
22:58 Verbalisant: Prijs?
23:23 @ [username] : 700
23:33 Verbalisant: [naam]
23:33 Verbalisant: Ik connect je morgen
7 Mei 2020
17:37 Verbalisant: Is et goede kwali
17:40 @ [username] : Ja absoluut
17:42 Verbalisant: is et getest?
18:00 @ [username] : Ja bro
18:00 @ [username] : Ijs origineel
(…)
18:12 @ [username] : Ik heb alleen nog 2 doosjes
18: 15 Verbalisant is niet anders
(…)
18:20 @ [username] : Ik hou die 2 vast voor je tot morgen oké
18:23 Verbalisant: hoe laat
18:27 @ [username] : Of ochtend of half 12 of middag 5 uur
18:28 Verbalisant: 5 is goed
18:28 Verbalisant: kan je Nieuwegein
(...)
18:51 @ [username] : Lukt wel
8 Mei 2020
14:07 Verbalisant: 5 uur gaat lukke toch??
14: 16 @ [username] : Ja half uurtje eerder ook wel is dat goed?
14:17 @ [username] : 360 euro 2 doosjes ak toch?
14:22 Verbalisant: Ja toch
(…)
14:41 Verbalisant: beter gewoon 5 uur bro
16:42 Verbalisant ben dr
16:52 @ [username] : Kom eraan
11 Mei 2020
(...)
12:54 Verbalisant: die lijpe ballas van jou passen niet in kleine tories bro
12:55 @ [username] : Ak 47
12:55 @ [username] : Ja dat kost ff tijd
13:11 Verbalisant hoeveel tijd heb je nodig?
13:12 @ [username] : Ligt eraan soms heb ik er 9 in een week soms 2 in
een maand
(…)
13:57 @ [username] : Ak47 is waarschijnlijk geregeld
13:57 @ [username] : Wacht op groen licht en prijs
12 Mei 2020
10:28 @ [username] : Ak word geregeld ligt donderdag hier
(…)
14 Mei 2020
(...)
16:54 Verbalisant: is ie binne
16:54 @ [username] : komt zo op mijn werk binnen
16:57 Verbalisant 22 uur
17:33 @ [username] : ga ik redden als iets later is hoor jij dat optijd
Verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 1] hebben in een
proces-verbaal van pseudokoop van 3 mei 2020onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Op 8 mei 2020 bevonden wij, verbalisanten, ons op de parkeerplaats gelegen naast McDonald’s te Nieuwegein. Ik, [verbalisant 1] , zag op de mobiele telefoon waarmee ik middels Telegram in contact stond, dat [displayname] een bericht via Telegram verzond: "Kom eraan". Hierop zagen wij dat de personenauto onze kant op reed en links naast ons voertuig parkeerde. Wij herkenden de bestuurder als [verdachte] .
Wij zagen dat [verdachte] ons 2 dozen toonde. Ik, [verbalisant 1] , zag dat de twee dozen in de plastic tas overeenkwamen met de dozen die [displayname] op Telegram aanbood, bevattende 7.62x39mm munitie. Ik, [verbalisant 1] , vroeg [verdachte] om 2 of 3 stuks munitie uit de doosjes te pakken en deze aan mij te geven. Wij zagen dat [verdachte] 1 van de 2 doosjes munitie opende. Wij zagen dat [verdachte] mij, [verbalisant 1] , een patroon uit de doos aanreikte. Ik pakte de patroon die [verdachte] op de rechtervoorstoel had gelegd. Wij zagen dat het een patroon betrof van het kaliber 7.62x39mm.
Wij hoorden dat [verdachte] aangaf bekend te staan als [telegramnaam] op Telegram waarbij hij toevoegde: " [telegramnaam] regelt het wel".
Ik, [verbalisant 1] , gaf het geld (€ 360,00) aan [verdachte] . Wij zagen dat [verdachte] mij, [verbalisant 1] , vervolgens de roodkleurige tas met daarin de 2 dozen munitie overhandigde. Hierop nam ik [verbalisant 1] de tas met de munitie aan van [verdachte] . Ik, [verbalisant 1] , keek in de tas en zag 2 dozen munitie liggen waarvan 1 doos was aangebroken.
Wij hoorden [verdachte] zeggen: "Ik kan alles leveren". Ik, [verbalisant 6] vroeg wat hij bedoelde met "alles". Hierop hoorden wij [verdachte] het volgende antwoorden: "Alles wat je maar wilt. Automatisch, zwaar, AK, vooral exclusieve dingen".
Verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 1] hebben in een
proces-verbaal van pseudokoop van 14 mei 2020onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Op 14 mei 2020 bevonden wij, verbalisanten, ons op de parkeerplaats gelegen naast McDonald's te Nieuwegein.
Wij zagen een zwarte personenauto, nader te noemen BMW, de parkeerplaats oprijden. Wij zagen dat de BMW naast ons inparkeerde en herkenden de bestuurder direct als [verdachte] .
Ik, [verbalisant 1] , opende de linker achterportier, waarna ik plaatsnam op de achterbank van de BMW achter [verdachte] . Ik, [verbalisant 1] , zag een blauwe Albert Heijn "big shopper" boodschappentas op de vloer voor de achterbank liggen met daarin een wapen dat ik ambtshalve herkende als een AK-47.
Ik, [verbalisant 6] , stond op dat moment ter hoogte van de rechter voorportier van de BMW waar het raam inmiddels was geopend door [verdachte] .
Wij hoorden [verdachte] onder andere zeggen: "Ik kan alles leveren. Granaatwerper, scorpion, evo, alles broer. Ik ga op voor terreur.’
Ik, [verbalisant 1] , nam de AK-47 ter hand. Wij hoorden [verdachte] zeggen: "Kogels zitten in de tas".
Ik, [verbalisant 1] , gaf het afgesproken geldbedrag aan [verdachte] , zijnde vierduizend (4000) euro voor de AK-47 en de vier dozen munitie van het kaliber 7.62x39mm.
Wij namen afscheid namen van [verdachte] en namen daarbij de AK-47, alsmede de 4 dozen munitie, met ons mee.
In
het proces-verbaal verstrekking gevorderde gegevensvan 22 juli 2020 heeft verbalisant [verbalisant 3] , zakelijk weergegeven, het volgende gerelateerd:
1.Goednummer : PL0900-2020038241-2629380 (geweer) en
PL0900-2020038241-2629388 (patroonmagazijn)
SIN: AANR0624NL (geweer) en
AANR0625NL (patroonmagazijn)
Wapen: Automatisch vuurwapen, aanvalsgeweer, merk/ model AK 47, incluis uitneembaar patroonmagazijn
Categorie: II sub 2
2.
Goednummer: PL0900-2020038241-2629393 en
PL0900-2020038241-2629395
SIN: AANR0626NL en
AANR0627NL
Munitie: Munitie, kaliber 7,62x39 mm
Categorie: III
De munitie voorzien van het SIN AANR0626NL werden met het onder 1
Beschreven vuurwapen in beslag genomen. Het betroffen hier 4 dozen munitie,
á 50 stuks, kaliber 7.62 x 39 mm.
De munitie voorzien van het SIN AANR0627NL werden eerder afzonderlijk in
beslag genomen. Het betreffen hier 2 dozen munitie, á 50 stuks, eveneens van
het kaliber 7.62 x 39 mm.
Bovengenoemde scherpe patronen, zijn munitie bestemd of geschikt om een
projectiel door middel van het onder 1 beschreven vuurwapen, en elk ander
scherp schietend vuurwapen, kaliber 7.62 x 39 mm, af te schieten.
Blijkens het
proces-verbaal van verhoor verdachte van 27 mei 2020heeft verdachte onder meer het volgende verklaard:
Op vrijdag 8 mei werd er door deze mannen munitie bij je gekocht.
V: Wat heb je verkocht?
A: 2 dozen munitie van kaliber 7.62 x 39 voor 180 euro per doos. Er zitten er 50 in een doos.
V: Door de "geheime" politiemannen is na de aankoop van munitie ook nog een wapen bij jou gekocht met munitie, dus een tweede aankoop. We hebben het over de AK. Dit is geweest op 14 mei 2020. Daarvan zeg jij dat je in het bezit van de AK bent gekomen bij het tankstation bij de Esso. Klopt dat?
A: Nee, ik heb hem op mijn werk gekregen. De jongen kwam voor bij mijn werk op de parkeerplek. Hij gaf mij de AK in een tas. Ik heb de tas achter in mijn auto gezet.
V: Die dag dat jij de tweede ontmoeting had met onze mannen, vertel?
A: Ik had die dag dus twee aankopen, een Scorpion en een AK in een Albert Heijn tas.
Tallon citerium
De raadsman heeft (primair) aangevoerd dat er bij de toepassing van de pseudokoop in strijd is gehandeld met het Tallon-criterium. Dit levert naar het oordeel van de verdediging een onherstelbaar vormverzuim op en dient tot partiële niet-ontvankelijkheidverklaring van het Openbaar Ministerie te leiden.
De rechtbank stelt voorop dat ingevolge het zogenoemde Talloncriterium, dat ten aanzien van de pseudokoop is neergelegd in artikel 126i, tweede lid, Sv, de opsporingsambtenaar bij toepassing van de bevoegdheid van pseudokoop een persoon niet mag brengen tot het plegen of beramen van andere strafbare feiten dan waarop diens opzet reeds tevoren was gericht. Dit wordt ook wel het verbod van uitlokking genoemd.
De rechtbank overweegt dat de transacties in het kader van de pseudokoop niet afwijken van hetgeen uit de overige onderzoeksbevindingen (in de context van het gehele dossier) volgt en dat deze transacties naadloos aansluiten op het handelen van verdachte in de periode van zowel vóór als ná de pseudokoop, namelijk het verkopen van allerlei soorten wapens, van ombouwwapens tot zware wapens, en munitie. Zo heeft verdachte voorafgaand aan het contact met de pseudokopers (en ook voordat hij de pseudokopers had gesproken), diverse soorten wapens, waaronder een Uzi en een Tokarev (zie zaaksdossier 1), verhandeld. Daarnaast volgt uit de activiteiten van verdachte op Telegram - waargenomen door verbalisant [verbalisant 14] - dat verdachte in diverse groepen met betrekking tot wapenhandel zat en daarin ook actief was. Toen verdachte vervolgens door de pseudokoper werd gevraagd of hij ‘
kon leveren, 7,62’,vroeg verdachte meteen
‘Toka of AK’en deelde daarna mee ‘
Toka is volgende week binnen en Ak nog genoeg’.Ook op het bericht van de politiële pseudokoper dat
‘die lijpe ballas van jou passen niet in kleine tories’, antwoordde de verdachte ‘
Ak 47, dat kost even tijd’.Tot slot volgt uit de verklaringen van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 1] dat verdachte tijdens de pseudokoop op 8 mei 2020 (en ook op 14 mei 2020) heeft aangegeven dat hij
‘alles kan leveren. Automatisch, zwaar, AK, vooral exclusieve dingen’. De raadsman heeft betwist dat verdachte dit gezegd zou hebben, maar de rechtbank heeft geen reden om te twijfelen aan de inhoud van het ambtsedig opgemaakte proces-verbaal. Bovendien heeft verdachte wel erkend dat hij gezegd zou hebben dat hij ‘van alles’ kan leveren. Dat deze opmerking grootspraak zou zijn, zoals door de verdediging wordt beweerd, acht de rechtbank ongeloofwaardig gelet op de hiervoor geschetste context.
Gelet op voornoemde omstandigheden is genoegzaam komen vast te staan dat het opzet van verdachte reeds bestond en was gericht op de verkoop van zware wapens (AK-47) en munitie (patronen van patronen van kaliber 7.62) en dat hij door de pseudokopers niet tot meer is verleid, laat staan tot wat anders, dan waarop zijn opzet reeds was gericht.
Hetgeen voor het overige is gesteld door de verdediging - namelijk dat er tijdens de pseudokoop meer besproken zou zijn geweest dan in het proces verbaal van de pseudokoop is opgenomen en/of dat de opgetekende gang van zaken op onderdelen niet correct is geverbaliseerd – kan, wat daar verder ook van zij, niet tot een ander oordeel leiden.
Concluderend is de rechtbank van oordeel dat geen sprake is van schending van het Tallon-criterium en dat in dat kader dus ook geen sprake is van schending van artikel 6 en 8 EVRM. Het verweer tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie wordt derhalve verworpen.
Proportionaliteit en subsidiariteitDe raadsman heeft (subsidiair) aangevoerd dat de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit zijn geschonden, hetgeen een onherstelbaar vormverzuim oplevert en dient te leiden tot bewijsuitsluiting.
De rechtbank is van oordeel dat, gelet op de omstandigheden zoals die naar voren komen uit het dossier, de officier van justitie in redelijkheid heeft kunnen kiezen voor de inzet van de gebruikte bijzondere opsporingsbevoegdheden tegen verdachte. Gelet op de ernst van het misdrijf was de pseudokoop (naast stelselmatige inwinning van informatie) een geëigende opsporingsmethode om vast te stellen of verdachte zich daadwerkelijk bezig hield met de handel in vuurwapens. De inzet van de pseudokoop is dan ook niet disproportioneel te achten. Het enkele feit dat de inzet herhaaldelijk is toegepast, maakt de uitvoering van de opsporingsbevoegdheid niet onrechtmatig. Bovendien overweegt de rechtbank dat de pseudokopers op 8 mei 2020 twee doosjes munitie (totaal 100 stuks, kaliber 7.62) hebben gekocht bij verdachte. Tijdens deze koop liet verdachte weten dat hij ‘alles kan leveren, automatisch, zwaar, AK, vooral exclusieve dingen’. Zoals hiervoor is overwogen, gaat de rechtbank uit van de juistheid van de inhoud van dat proces-verbaal. Gelet op voornoemde uitspraak van verdachte en de overige omstandigheden zoals die naar voren komen uit het dossier, is het inzetten van een tweede pseudokoop naar het oordeel van de rechtbank, vanuit het oogpunt van opsporings- en maatschappelijke belangen die zijn gemoeid met het tot klaarheid brengen van structurele of omvangrijke overtredingen van de Wet wapens en munitie, gerechtvaardigd te achten.
Op grond van het voorgaande concludeert de rechtbank dat de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit niet zijn geschonden, zodat er dan ook geen sprake is van een niet-herstelbaar vormverzuim, dat tot bewijsuitsluiting zou moeten leiden. Het verweer van de raadsman wordt daarom verworpen.
Vidgen-jurisprudentie
De raadsman heeft verder aangevoerd dat de verklaringen van de (inmiddels overleden) verbalisant [verbalisant 1] moeten worden uitgesloten van het bewijs, vanwege een gebrek aan effectieve ondervragingsmogelijkheden.
De rechtbank stelt voorop dat de reden voor het niet nader horen van verbalisant [verbalisant 1] is gelegen in de omstandigheid dat deze verbalisant inmiddels is overleden. Een omstandigheid die, op verzoek van de raadsman, nogmaals is geverifieerd. Dit stelt de rechtbank voor een voldongen feit. De rechtbank stelt vervolgens vast dat de verklaringen van verbalisant [verbalisant 1]
onderdeel zijn van het gehele dossier en dat het bewijs ten aanzien van feit 7, gedachtestreepje 5, niet uitsluitend of in beslissende mate is gestoeld op de verklaringen van verbalisant [verbalisant 1] . Zo zijn er de chatgesprekken en het proces-verbaal van observatie. Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat de onmogelijkheid tot ondervraging van [verbalisant 1] voldoende is gecompenseerd doordat de verdediging in de gelegenheid is gesteld de andere verbalisanten die bij de pseudokoop betrokken waren (te weten [verbalisant 6] , [verbalisant 12] en [verbalisant 13] ) te horen. Deze verhoren hebben vervolgens ook plaatsgevonden, waardoor aan deze getuigen vragen konden worden gesteld. Weliswaar heeft de rechter-commissaris tijdens deze verhoren het stellen van bepaalde vragen aan de verbalisanten belet, maar de reden hiervoor is steeds goed gemotiveerd. Bovendien is de verdediging ook gecompenseerd door het toevoegen van de letterlijke weergave van alle chatgesprekken tussen [verbalisant 14] en verdachte in de periode van 6 mei 2020 tot en met 24 mei 2020.
Hoewel [verbalisant 1] niet als getuige kon worden gehoord, is de rechtbank op basis van het voorgaande in samenhang bezien, van oordeel dat de procedure in haar geheel voldoet aan het door artikel 6 EVRM gewaarborgde recht op een eerlijk proces.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat er geen sprake is van een vormverzuim, waardoor zij het verweer van de raadsman tot bewijsuitsluiting verwerpt.