ECLI:NL:RBMNE:2021:2886

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
2 juli 2021
Publicatiedatum
5 juli 2021
Zaaknummer
UTR 20/4457
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens gebrek aan ondertekening en adresgegevens

In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 2 juli 2021, wordt het beroep van eiser tegen een besluit van verweerder niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat het beroepschrift niet voldoet aan de wettelijke eisen. Eiser heeft het beroepschrift niet ondertekend en heeft geen naam en adres vermeld, wat in strijd is met artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Daarnaast heeft eiser geen omschrijving van het besluit waartegen hij in beroep gaat, noch een kopie van dat besluit ingediend.

De rechtbank heeft eiser op 23 maart 2021 en 30 april 2021 per email geïnformeerd over de gebreken in het beroepschrift en hem verzocht deze binnen vier weken te herstellen. Eiser heeft echter niet gereageerd op deze brieven, waardoor de rechtbank geen adresgegevens van eiser heeft en niet kan vaststellen tegen welk besluit het beroep is ingesteld. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank geconcludeerd dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, zoals bepaald in artikel 8:54 van de Awb.

De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenvergoeding. De beslissing is genomen door rechter R.C. Moed, in aanwezigheid van griffier G.M.C.P. Maarhuis, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 20/4457

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 2 juli 2021 in de zaak tussen

[eiser] , te [woonplaats] , eiser,

en

onbekende verweerder, verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep van eiser tegen een besluit van verweerder.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Het beroepschrift voldoet niet aan de wettelijke eisen, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Iemand die beroep instelt moet het beroepschrift ondertekenen en de naam en het adres van de indiener vermelden. Ook dient iemand die in beroep gaat een omschrijving te geven van het besluit waartegen het beroep is gericht en zo mogelijk een kopie van dit besluit in te dienen. Dit staat in artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Als dat niet gebeurt kan de rechtbank bepalen dat het beroep niet inhoudelijk wordt behandeld.
3. Eiser heeft het beroepschrift niet ondertekend en geen adres vermeld. Ook heeft eiser niet het besluit toegezonden waar hij het niet mee eens is of een omschrijving daarvan gegeven. De rechtbank heeft eiser op 23 maart 2021 en op 30 april 2021 per email brieven toegezonden. In deze brieven staat dat eiser binnen vier weken deze gebreken moet herstellen.
4. Eiser heeft niet gereageerd op de brieven van 23 maart 2021 en 30 april 2021. Dat betekent dat de rechtbank geen adresgegevens van eiser heeft en niet weet tegen welk besluit eiser beroep instelt.
5. Het beroep zal daarom niet inhoudelijk worden behandeld. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 van de Awb).
6. Er is geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.C. Moed, rechter, in aanwezigheid van mr. G.M.C.P. Maarhuis, griffier
.De beslissing is uitgesproken op 2 juli 2021 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.