ECLI:NL:RBMNE:2021:2809

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
30 juni 2021
Publicatiedatum
30 juni 2021
Zaaknummer
16/235495-18 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van zowel medeplegen van als medeplichtigheid aan een woningoverval met niet-ontvankelijkheid van de benadeelde partij

Op 30 juni 2021 heeft de Rechtbank Midden-Nederland in Lelystad uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1997 in Ethiopië, die werd beschuldigd van medeplegen van en medeplichtigheid aan een woningoverval die plaatsvond op 11 november 2018 in Almere. De rechtbank heeft het vonnis uitgesproken na een uitgebreid onderzoek ter terechtzitting, waarbij meerdere zittingen hebben plaatsgevonden. De officier van justitie, mr. T. Tanghe, achtte de tenlastelegging wettig en overtuigend bewezen, terwijl de verdediging, vertegenwoordigd door mr. W. Hendrickx, vrijspraak bepleitte. De verdediging voerde aan dat de belastende verklaring van een medeverdachte niet bruikbaar was voor het bewijs, omdat deze niet effectief was ondervraagd en er onvoldoende steun was in andere bewijsmiddelen.

De rechtbank heeft geconcludeerd dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig was om de betrokkenheid van de verdachte bij de woningoverval vast te stellen. De verklaring van de medeverdachte vond onvoldoende steun in de overige stukken in het dossier. Daarom heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de benadeelde partij, die een schadevergoeding had gevorderd, niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn vordering, nu de verdachte van het tenlastegelegde werd vrijgesproken. De benadeelde partij kan zijn vordering bij de burgerlijke rechter indienen. De rechtbank heeft tevens de teruggave gelast van een in beslag genomen geldbedrag aan de verdachte.

Dit vonnis is gewezen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is openbaar uitgesproken. De rechtbank heeft de beslissing genomen om de verdachte vrij te spreken en de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vordering, met een veroordeling van de benadeelde partij in de kosten van de verdachte, die tot op dat moment op nihil zijn begroot.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummer: 16/235495-18 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 30 juni 2021
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1997] te [geboorteplaats] (Ethiopië),
verblijvende in de PI Utrecht, locatie Nieuwersluis (UAH).

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 6 maart 2019, 8 mei 2019, 22 januari 2020, 1 juni 2021, 14 juni 2021 en 16 juni 2021.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. T. Tanghe en van hetgeen verdachte en haar raadsman, mr. W. Hendrickx, advocaat te Utrecht, alsmede [A] van Slachtofferhulp Nederland namens de benadeelde partij
[slachtoffer] naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
primair:
in de nacht van 11 november 2018 in Almere, in vereniging met anderen, in een woning, met geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , goederen heeft gestolen;
en/of
in de nacht van 11 november 2018 in Almere, in vereniging met anderen, in een woning, heeft gepoogd door geweld en/of bedreiging met geweld die [slachtoffer] te dwingen tot het afgeven van goederen;
subsidiair:
in de nacht van op 11 november 2018 in Almere behulpzaam is geweest aan diefstal met geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , in een woning, gepleegd in vereniging met anderen;
en/of
in de nacht van 11 november 2018 in Almere behulpzaam is geweest aan een poging tot dwingen het afgeven van goederen van [slachtoffer] , in een woning, gepleegd in vereniging met anderen.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.VRIJSPRAAK

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het subsidiair tenlastegelegde, eerste en tweede alternatief, wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het tenlastegelegde. Hij heeft daartoe aangevoerd dat de voor verdachte belastende verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] niet kan worden gebruikt voor het bewijs aangezien de verdediging deze medeverdachte niet effectief heeft kunnen ondervragen. Daar komt bij dat er geen sprake is van voldoende compensatie. De verklaring van de medeverdachte vindt onvoldoende steun in andere bewijsmiddelen. Voorts geven de stukken in het dossier geen blijk van enige betrokkenheid van verdachte.
De raadsman heeft voorts verzocht, indien de rechtbank van oordeel is dat de verdediging onvoldoende in het werk heeft gezet om medeverdachte [medeverdachte 1] te bevragen, de behandeling van de zaak aan te houden en de medeverdachte [medeverdachte 1] als getuige te laten horen bij de rechter-commissaris of ter terechtzitting.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat er in het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs aanwezig is om te kunnen vaststellen dat verdachte in de zin van de tenlastelegging betrokken is geweest bij de woningoverval. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] vindt onvoldoende steun in de overige stukken in het dossier. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van het tenlastegelegde.
Gelet op deze conclusie komt de rechtbank niet toe aan de bespreking van de overige standpunten van de verdediging.

5.BESLAG

5.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de teruggave aan verdachte te gelasten van het in beslag genomen geldbedrag van € 534,60 (goednummer PL0900-2018324812-2306488).
5.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich niet uitgelaten over het beslag.
5.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal teruggave gelasten aan verdachte van het in beslag genomen voorwerp, te weten € 534,60 (goednummer PL0900-2018324812-2306488).

6.BENADEELDE PARTIJ

[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 3.006,83. Dit bedrag bestaat uit € 6,83 materiële schade en € 3.000,-- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1 ten laste gelegde feit.
6.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de gevorderde schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de benadeelde partij [slachtoffer] niet-ontvankelijk verklaren in de vordering nu verdachte van het tenlastegelegde wordt vrijgesproken. De benadeelde partij kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in de vordering, zal de benadeelde partij in de kosten van verdachte worden veroordeeld voor zover deze betrekking hebben op het verweer tegen de vordering. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.

7.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Voorlopige hechtenis
- heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis;
Beslag
- gelast de teruggave aan verdachte van het volgende voorwerp:
534,60 EUR (goednummer PL0900-2018324812-2306488);
Benadeelde partij
- verklaart [slachtoffer] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.A.L. Beljaars, voorzitter, mrs. W.S. Ludwig en
V.C. Kool, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.S.A. Nahumury, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 juni 2021.
Mrs. Beljaars en Nahumury zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
zij op of omstreeks 11 november 2018 te [woonplaats] , omstreeks 02.20 uur, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, in een woning gelegen aan de [adres] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een trouwring en/of een mobiele telefoon (merk Samsung) en/of enig(e) geldbedrag(en) en/of een fotocamera (polaroid), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of haar mededader(s) toebehoorde, te weten aan [slachtoffer] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en), dat verdachte en/of haar mededader(s):
- zich naar de woning van genoemde [slachtoffer] heeft/hebben begeven en/of
- ( vervolgens) een (op een echt gelijkend) vuurwapen heeft/hebben getoond en/of (vervolgens) heeft/hebben doorgeladen en/of
- ( vervolgens) (daarbij) op de rug van die [slachtoffer] is/zijn gesprongen en/of
- ( vervolgens) (daarbij) een (op een echt gelijkend) vuurwapen, althans een hard voorwerp in de nek van die [slachtoffer] heeft/hebben gedrukt en/of
- ( vervolgens) (daarbij) meermalen, althans eenmaal op dwingende toon heeft/hebben gezegd: "Mimang, waar is je/het geld?" en/of "Wil je dood? Dit is je laatste kans, waar is je geld?" en/of "Als je niet wil dat ik je kinderen iets aan doe dan zeg je waar het geld is" en/of
- ( vervolgens) (daarbij) meermalen, althans eenmaal die [slachtoffer] met een (op een echt gelijkend) vuurwapen, althans een hard voorwerp op het hoofd en/of het gezicht heeft/hebben geslagen en/of
- ( vervolgens) de woning heeft/hebben doorzocht en/of
- ( vervolgens) de trouwring van de vinger van die [slachtoffer] heeft/hebben afgehaald;
EN/OF
zij op of omstreeks 11 november 2018 te [woonplaats] , omstreeks 02.20 uur, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, in een woning gelegen aan de [adres] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of haar mededader(s) voorgenomen misdrijf om
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] te dwingen tot de afgifte van enig(e) geldbedrag(en), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer] 4 toebehoorde
- ( vervolgens) zich naar de woning van genoemde [slachtoffer] heeft/hebben begeven en/of
- ( vervolgens) een (op een echt gelijkend) vuurwapen heeft/hebben getoond en/of (vervolgens) heeft/hebben doorgeladen en/of
- ( vervolgens) (daarbij) op de rug van die [slachtoffer] is/zijn gesprongen en/of
- ( vervolgens) (daarbij) een (op een echt gelijkend) vuurwapen, althans een hard voorwerp in de nek van die [slachtoffer] heeft/hebben gedrukt en/of
- ( vervolgens) (daarbij) meermalen, althans eenmaal op dwingende toon heeft/hebben gezegd: "Mimang, waar is je/het geld?" en/of "Wil je dood? Dit is je laatste kans, waar is je geld?" en/of "Als je niet wil dat ik je kinderen iets aan doe dan zeg je waar het geld is" en/of
- ( vervolgens) (daarbij) meermalen, althans eenmaal die [slachtoffer] met een (op een echt gelijkend) vuurwapen, althans een hard voorwerp op het hoofd en/of het gezicht heeft/hebben geslagen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer andere perso(o)n(en) op of omstreeks 11 november 2018 te [woonplaats] , omstreeks 02.20 uur, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, in een woning gelegen aan de [adres]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een trouwring en/of mobiele telefoon, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s) toebehoorde, te weten aan [slachtoffer] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichelf en/of andere deelnemers aan dat
misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 11 november 2018 te [woonplaats] opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- zich naar de woning van die [slachtoffer] te begeven en/of
- ( vervolgens) de balkondeur open te (laten) zetten en/of
- zich voor te doen als (mede)slachtoffer en/of
- ( vervolgens) de woning te verlaten en/of
- ( vervolgens) voor de woning op de uitkijk te gaan staan en/of contact te houden met voornoemde perso(o)n(en) en/of een of meer andere perso(o)n(en);
EN/OF
[medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 3] en/of een of meer andere perso(o)n(en) of omstreeks 11 november 2018 te [woonplaats] , ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van enig(e) geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan die (onbekend gebleven) perso(o)n(en) en/of zijn/haar mededader(s) en/of aan verdachte, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn/haar mededader(s)
- een (op een echt gelijkend) vuurwapen heeft/hebben getoond en/of (vervolgens) heeft/hebben doorgeladen en/of
- ( vervolgens) (daarbij) op de rug van die [slachtoffer] is/zijn gesprongen en/of
- ( vervolgens) (daarbij) een (op een echt gelijkend) vuurwapen, althans een hard voorwerp in de nek van die [slachtoffer] heeft/hebben gedrukt en/of
- ( vervolgens) (daarbij) meermalen, althans eenmaal op dwingende toon heeft/hebben gezegd: "Mimang, waar is je/het geld?" en/of "Wil je dood? Dit is je laatste kans, waar is je geld?" en/of "Als je niet wil dat ik je kinderen iets aan doe dan zeg je waar het geld is" en/of
- ( vervolgens) (daarbij) meermalen, althans eenmaal die [slachtoffer] met een (op een echt gelijkend) vuurwapen, althans een hard voorwerp op het hoofd en/of het gezicht heeft/hebben geslagen, tot en/of bij het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 11 november 2018 te Almere opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
- zich naar de woning van die [slachtoffer] te begeven en/of
- ( vervolgens) de balkondeur open te (laten) zetten en/of
- zich voor te doen als (mede)slachtoffer en/of
- ( vervolgens) de woning te verlaten en/of
- ( vervolgens) voor de woning op de uitkijk te gaan staan en/of contact te houden met voornoemde perso(o)n(en) en/of een of meer andere perso(o)n(en), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.