Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
black outvan verdachte zijn te weinig aanknopingspunten. Wel zou sprake zijn geweest van ‘momentane onoplettendheid’. Het enkel over het hoofd zien van een op zich goed waarneembare verkeersdeelnemer is volgens de Hoge Raad onvoldoende om van schuld in de zin van artikel 6 van de Wegenverkeerswet te kunnen spreken. Ten aanzien van het subsidiair ten laste gelegde zou, aldus de raadsman, wel een veroordeling kunnen volgen.
1. Multipele contusiehaarden cerebellair (de rechtbank begrijpt: (een) hersenkneuzing(en))
2. Impressiefractuur occipitaal (de rechtbank begrijpt: een schedelfractuur)
3. Carotis dissectie (de rechtbank begrijpt: een gescheurd bloedvat in de hals)
4. Sinustrombose (de rechtbank begrijpt: trombose in de hersenen)
5. Longcontusie (de rechtbank begrijpt: een longkneuzing)
6. Perifere facialis parese (de rechtbank begrijpt: aangezichtsverlamming)
5.BEWEZENVERKLARING
motorrijtuig (een vrachtauto), daarmee rijdende over de voor het openbaar
verkeer openstaande weg, te weten de A2, komende uit de richting van Vianen en
gaande in de richting van Amsterdam/Den Haag, zich zodanig heeft gedragen dat
een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend,
- terwijl op de voor hem, verdachte, gelegen rijbaan van die A2 zich langzaam rijdende en/of stilstaande voertuigen bevonden (file),
- onvoldoende acht te slaan op de voor hem, verdachte, gelegen rijbaan en het zich voor hem, verdachte, bevindende langzaam rijdende en/of stilstaande verkeer op die rijbaan en
- onvoldoende afstand te houden van het voor hem, verdachte, bevindende verkeer en
- de snelheid van het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig niet zodanig aan te passen dat hij in staat was om zijn, verdachtes, motorrijtuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij, verdachte, die weg/rijbaan kon overzien en deze vrij was en
- met onverminderde te hoge snelheid (ongeveer 83 km/u) op voornoemde file in te rijden
en
- een kettingbotsing te veroorzaken door (vervolgens) tegen zich in die file bevindende voertuigen te rijden en te botsen, waardoor de bestuurster van één van voornoemde voertuigen, te weten een Ford Fiësta (kenteken [kenteken] ) (genaamd [slachtoffer] ) zwaar lichamelijk letsel, te weten een hersenkneuzing, een schedelfractuur en een gescheurd bloedvat in de hals en trombose in de hersenen en een longkneuzing en aangezichtsverlamming en gehoorverlies werd toegebracht.
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994, terwijl het een ongeval betreft waardoor een ander zwaar lichamelijk letsel wordt toegebracht.
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
- 9, 14a, 14b, 14c, 22c en 22d van het Wetboek van Strafrecht en
- 6, 175 en 179 van de Wegenverkeerswet 1994,
10.BESLISSING
taakstraf van 120 uren;
ontzegtverdachte de
bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
6 (zes) maanden;
niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarde niet heeft nageleefd;
proeftijd van 2 (twee) jarenvast;
Midden-Nederland, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een
motorrijtuig (een vrachtauto), daarmee rijdende over de voor het openbaar
verkeer openstaande weg, te weten de A2, komende uit de richting van Vianen en
gaande in de richting van Amsterdam/Den Haag, zich zodanig heeft gedragen dat
een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door zeer,
althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend,
- terwijl op de voor hem, verdachte, gelegen rijbaan van die A2 zich langzaam
rijdende en/of stilstaande voertuigen bevonden (file) en/of
- (daarbij) niet, althans onvoldoende acht te slaan op de voor hem, verdachte,
gelegen rijba(a)n(en) en/of het zich voor hem, verdachte, bevindende langzaam
rijdende en/of stilstaande verkeer op die rijba(a)n(en) en/of
- onvoldoende afstand te houden van het voor hem, verdachte, bevindende
verkeer en/of
- de snelheid van het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig niet zodanig
aan te passen dat hij in staat was om zijn, verdachtes, motorrijtuig tot stilstand te
brengen binnen de afstand waarover hij, verdachte, die weg/rijba(a)n(en) kon
overzien en deze vrij was en/of
- met onverminderde, althans met een (te) hoge snelheid (althans een hogere
snelheid dan ter plaatse was toegestaan, dan wel gelet op de omstandigheden ter
plaatse verantwoord was) (ongeveer 83 km/u) op voornoemde file in te rijden
en/of
- een kettingbotsing te veroorzaken door (vervolgens) tegen één of meer zich in
die file bevindende voertuigen te rijden en/of te botsen,
waardoor de bestuurster van één van voornoemde voertuigen, te weten de Ford
Fiësta (kenteken [kenteken] ) (genaamd [slachtoffer] ) zwaar lichamelijk letsel, te
weten een hersenkneuzing en/of een schedelbasisfractuur en/of een gescheurd
bloedvat in de hals en/of trombose in de hersenen en/of een longkneuzing en/of
aangezichtsverlamming en/of gehoorverlies, of zodanig lichamelijk letsel werd
toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de
normale bezigheden is ontstaan;
kunnen leiden:
Midden-Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (vrachtauto), daarmee
rijdende op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, te weten de A2,
komende uit de richting van Vianen en gaande in de richting van Amsterdam/Den
Haag,
- terwijl op de voor hem, verdachte, gelegen rijbaan van die A2 zich langzaam
rijdende en/of stilstaande voertuigen bevonden (file) en/of
- (daarbij) niet, althans onvoldoende acht heeft geslagen op de voor hem,
verdachte, gelegen rijba(a)n(en) en/of het zich voor hem, verdachte, bevindende
langzaam rijdende en/of stilstaande verkeer op die rijba(a)n(en) en/of
- onvoldoende afstand heeft gehouden van het voor hem, verdachte, bevindende
verkeer en/of
- de snelheid van het door hem, verdachte, bestuurde motorrijtuig niet zodanig
heeft aangepast dat hij in staat was om zijn, verdachtes, motorrijtuig tot stilstand
te brengen binnen de afstand waarover hij, verdachte, die weg/rijba(a)n(en) kon
overzien en deze vrij was en/of
- met onverminderde, althans met een (te) hoge snelheid (althans een hogere
snelheid dan ter plaatse was toegestaan, dan wel gelet op de omstandigheden ter
plaatse verantwoord was) (ongeveer 83 km/u) op voornoemde file is ingereden
en/of
- een kettingbotsing heeft veroorzaakt door (vervolgens) tegen één of meer zich in
die file bevindende voertuigen te rijden en/of te botsen,
door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt,
althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd gehinderd,
althans kon worden gehinderd;