4.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen feit 1
[slachtoffer 1]is als getuige gehoord. Zij heeft onder meer verklaard, zakelijk weergegeven:
A: Ja, over zeg maar die seksadvertenties en zo over dat hij
(de rechtbank begrijpt: verdachte)die chats voor mij moest doen weet je.
V: Wat moest hij dan doen? Wat was dan precies afgesproken over?
A: Gewoon die mannen onder bedwang houden of zo, en te kijken wat ze gaan zeggen dan stuurde die mij af en toe wel screenshots van ja wat ze zeiden en zo.
V: Oké en hoe ging dat toen, hoe ging dat met die eerste keer advertentie aan maken. Kan je daar wat over vertellen?
A: Ja ik weet nog dat ik bij [verdachte] was en toen uiteindelijk ging ik hem gewoon appen hij zegt ja weet je maak het gewoon aan maak het gewoon aan
V: En wie bedacht bijvoorbeeld de tekst van de advertentie?A: Wij allebei.
V: Samen over gehad?
A: Ja.
V: Ja en hoe zat het dan met die afspraken? Jij zei van ja niet echt duidelijke afspraken over dat geld, over de verdeling.
A: Ja dat is tweede derde ( 2/3) / één derde (1/3).
A: Ja klopt, omdat we dat ook wel eerder hadden afgesproken dat hij wel iets meer geld zou krijgen omdat hij die chats deed dat hadden we gewoon afgesproken.
V: Heb jij wel ooit met een klant afgesproken?
A: Ja.
V: Hoe is dat gegaan?
A: Ik weet dat ik zijn Snapchat kreeg doorgestuurd via [verdachte] . Ik zag gewoon alleen maar geld voor mijn ogen dus toen uiteindelijk had ik met [verdachte] afgesproken van ik ging als eerst naar zijn huis gingen we het erover hebben van ja weet je gaan we dit doen of gaan we dit niet doen. En toen uiteindelijk zei [verdachte] wil je het doen of niet ik zeg van ja weet je we gaan er gewoon voor. Ik zeg als jij mijn bodyguard bent dan kunnen we dat gewoon doen. Dus toen uiteindelijk toen die man die zei van ja ik wil haar wel meenemen naar een hotel dan geef ik het hotel daarna gewoon aan jullie en toen uiteindelijk toen zijn we samen met z’n tweeën met de taxi daar heen gegaan en hij was mijn bodyguard.
Ik heb daar nu wel spijt van als ik er nu zeg maar zo over denk maar het was van ik heb het gewoon gedaan dus toen uiteindelijk toen kwam die man terug en ik en [verdachte] liepen mee en zijn we in die kamer gaan kijken
V: Met wie ging jij in die kamer kijken?
A: Met [verdachte] ook. En toen uiteindelijk toen ja toen zei [verdachte] ja oké, hij zegt ik laat jullie nu gewoon alleen, hij zegt ja weet je als er iets is bel me, ik zeg ja is goed en toen heb ik seks gehad met die man.
A: Echt heel kort en toen uiteindelijk, heeft ie ons 600 euro gegeven en toen heb ik hem, een beetje aan [verdachte] gegeven en aan mij en toen hebben we dat gewoon eerlijk verdeeld. En de volgende dag zijn we samen naar huis gegaan.
A: Nee nee nee het was ik was bij [verdachte] en ik had zeg maar die man was doorgestuurd via Snapchat omdat [verdachte] natuurlijk die chats deed voor mij.
V: En door was ie dan doorgestuurd
A: Door [verdachte] want die man had tegen [verdachte] gezegd wat zijn Snap was en toen heb [verdachte] die snap naar mij toegestuurd.
V: Dus in de eerste instantie reageerde die man op [website] op die advertentie?
A: Ja via daar was het van [verdachte] naar mij gegaan.
En toen heb ik met hem gepraat en toen uiteindelijk kwam het op neer ik ging naar hem toe naar [verdachte] en toen wou die man eigenlijk als eerst voor de deur afspreken om als eerst te meeten en zo om te zien hoe ik er uit zag en uiteindelijk ging dat niet door, die man zelf vertrouwde het niet. Dus toen uiteindelijk toen zei die van ik stuur wel een taxi naar jullie huis. Dus toen deed ie dat en toen zijn wij samen in de taxi gegaan en toen uiteindelijk toen bracht hij ons niet naar Van der Valk maar eerst ergens in [woonplaats] en via daar was die man die had een auto en ik natuurlijk met [verdachte] en [verdachte] was als mijn bodyguard en niet als mijn pooier maar als mijn bodyguard was hij daar aan mijn zijde. En toen zijn we in die auto ingestapt en toen bracht hij ons naar Van der Valk. En toen had hij gewoon die kamer besteld. En toen uiteindelijk hebben we het gewoon gedaan.
V: Wat heb jij met die man afgesproken?
A: Dat ik seks wil hebben met hem.
V: En wat voor seks zou je hebben met hem?
A: Gewoon seks, geen pijpen gewoon seks, met condoom ook. Dus dat was het gewoon.
A: het was januari
V: En geld?
A: Van te voren aan [verdachte] zodat [verdachte] dat kon bewaren zodat die man niet zomaar van mij kon afpakken.
V: Oke dus als ik het goed begrijp geeft die man vooraf dat de seks is het geld aan [verdachte] ?
A: Ja
V: Hoeveel geld geeft ie aan [verdachte] ?
A: 600 euro.
En ik denk dat die man ook heel erg bang was voor [verdachte] omdat [verdachte] toch wel echt wel liet zien van hey ik ben echt wel een bodyguard hiero
V: Wie had dat bedacht die 600 euro, dat je dat moest vragen wat hoe weet je hoeveel je moet vragen?
A: Dat, dat had [verdachte] verstand van, die die zag ook al die advertenties en zo maar ik denk dat we het een soort van samen hadden besloten omdat ik zei van ja hij zat op 300 ik zei van nee, 600 ik zeg ja, ik wilde gewoon voor 600 euro ik vind dat toch wel, het liefst, het was een heel hoog bedrag en voor lager zou ik dat niet doen natuurlijk.
[slachtoffer 1]heeft in een aanvullend verhoor onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
O: Tijdens ons onderzoek zijn wij enkele naaktfoto’s tegen gekomen die wij jou willen laten zien.
O: Wij tonen jou nu foto [nummer]
V: Wie staat er op deze foto?
A: Dit ben ik.
O: Wij tonen jou nu foto [nummer]
V: Wie staat er op deze foto?
A: Dit ben ik.
V: Wanneer zijn deze foto's gemaakt?
A: In december 2019 en januari 2020.
V: Door wie zijn deze foto’s gemaakt?
A: Door mij.
V: Naar wie heb je deze foto's doorgestuurd?
A: Naar [verdachte] . Deze foto’s moest ik van hem maken voor de seksadvertentie. Hij zei dat we ook foto’s nodig voor de advertentie
V: Wat was de bedoeling van deze foto’s?
A: Dat die op de seksadvertentie zouden komen te staan.
Ik heb wel een keer met [medeverdachte]
(de rechtbank begrijpt: de medeverdachte, tevens de moeder van verdachte)gesproken toen was ik daar thuis. Toen was ik daar met [verdachte] en [medeverdachte] . Toen was er een seksafspraak gepland in het huis van [verdachte] en [medeverdachte] . Toen hebben wij met z’n drieën over gesproken over hoe we het zouden gaan doen. [medeverdachte] ging daarna weg.
V: Wat hebben jullie precies besproken.
A: [verdachte] liet toen een foto zien van de man die zou komen. [medeverdachte] praatte gewoon mee en wist er van. [medeverdachte] gaf toen meer advies. Ze vertelde deze kun je wel vertrouwen en deze niet. Dit was voor de afspraak in februari, nog voor het hotel.
V: Waar baseerde [medeverdachte] dat op waarom je deze klant kon vertrouwen.
A: Gewoon over hoe ze er uit zagen, hoe ze praatte en of ze moeilijk deden over de prijs. [verdachte] vertelde mij dat ze daar wel ervaring mee hadden. [verdachte] vertelde dat ze wel ervaring hadden over mensenhandel.[medeverdachte] praatte heel professioneel over dat soort dingen. Ze vertelde precies wat ik moest vertellen tegen de politie enzo. Ik merkte dat ze al heel veel wist over deze dingen.
Verdachteis door de politie gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
V: Zoals ik al bij het begin van het verhoor had verteld wordt je verdacht van mensenhandel en ontucht.
A: [slachtoffer 1] kwam met het idee om dat te doen. Ze vroeg mij hee kan ik het op jouw telefoon doen want ik wil niet dat mijn moeder erachter komt. Ik wilde haar helpen.
V: Hoe ging het aanmaken van deze advertentie in zijn werk?
A: Zij heeft een account gemaakt en zij heeft mij het wachtwoord gegeven en toen heb ik de advertentie geplaatst.
V: Hebben jullie het samen over de inhoud gehad?
A: Zij had mij gewoon gezegd dat zij dat wilde doen seks hebben voor geld. Daaruit hebben wij beide een verhaaltje gemaakt.
V: Voor wie waren de opbrengsten bedoeld?
A: Voor [slachtoffer 1] en daarin moet ik eerlijk zeggen er is een keer geld binnengehaald toen had ik een deel aan [slachtoffer 1] gevraagd omdat mijn moeder schulden heeft.
V: Hoeveel had je aan haar gevraagd?
A: 400,-
A: [slachtoffer 1] heeft het account zelf gemaakt en toen kwam ze bij mij thuis en toen heb ik de advertentie geplaatst met mijn telefoon.
V: In deze advertentie, veiliggesteld door de politie, wordt het telefoonnummer [telefoonnummer] als telefonisch contactnummer opgegeven. Wat kan jij over dit telefoonnummer verklaren?
A: Dan zal het mijn telefoonnummer wel zijn, want ik had mijn telefoonnummer gezet op die site.
V: Hoeveel advertenties heb jij gemaakt?
A: Weet ik niet, maar kan zijn dat het er meer zijn dan 1. Als er meer zijn dan zullen ze wel door mij gemaakt zijn.
V: Wie zou de contacten met eventuele klanten onderhouden?
A: Wij beiden.
V: Wat zou de verdeling tussen [slachtoffer 1] en jou zijn met betrekking tot het door [slachtoffer 1] met sekswerk verdiende geld?
A: In eerste instantie wou ik dat geld voor mijn moeder die 400,- Toen had ik die 400,- aan mijn moeder gegeven en dacht ik als het haar niet uitmaakt dan wil ik wel een groter deel.
V: [slachtoffer 1] heeft verklaard dat jij de bewuste advertentie had aangepast en dat er seks in ruil voor een iPhone werd aangeboden, waarbij [slachtoffer 1] de seks zou hebben.
V: Wiens idee was dat?
A: Dus het was mijn idee om in de advertentie om een iPhone te vragen.
V: Wat zou jouw rol zijn indien er een seksafspraak concreet zou worden?
A: Ik zou min of meer kijken of er niks aan de hand zou zijn. Dus als beveiliger. Eigenlijk om haar te beschermen.
V: Uit ons onderzoek is gebleken dat deze seksafspraak is geweest op 25 januari 2020
V: Wat was jouw rol bij deze afspraak?
A: Hetzelfde wat ik daarvoor verklaarde, echt bescherming van haar.
V: Waar hebben jullie die klant ontmoet?A: De taxi haalde ons op bij mijn huis en toen ging hij naar een ander hotel Bastion of Ibis. Toen was die man daar en toen gingen we met die man met zijn auto naar het hotel.
V: [slachtoffer 1] heeft verklaard dat er meerdere seksafspraken met mannen waren gemaakt en dat het eerst bij jou thuis zou plaats vinden en later in hotels. Wat kun je daarover verklaren?
A: Dat klopt.
V: Wiens idee was het om het eerst bij jou thuis te laten plaats vinden?
A: Volgens mij gewoon van mij ja het was mijn idee.
V: Ik toon jou nu bijlage 9. In dat bericht zeg vermoedelijk jij: “Eerst is het bij mij osso Daarna gaat het in hotels”
Wat kun jij hierover verklaren?
A: het klinkt heel zwart wit maar dat was gewoon het plan. Dat bericht heb ik gestuurd zover ik denk ja.
O: Vervolgens stuur jij het bericht:
“Kan maar je moet me naam niet noemen
Weet nog niet moet me ma bespreken
T is sws wel minder als ik omdat wij moeten
alles regelen en als er iets fout gaat moeten
we ingrijpen + nog kans op politie”
V: Waarom stuurde je het bericht: T is sws wel minder als ik omdat wij moeten alles regelen en als er iets fout gaat moeten we ingrijpen + nog kans op politie”
A: Dat was eigenlijk ook meer voor het geld. Ik dacht dat ik zo wel meer geld kon krijgen dan die 400,- euro en zij ( [slachtoffer 1] ) vond dat oké.
O: Ik toon jou nu bijlage 15. Daarop is te zien dat [slachtoffer 1] jou het bericht stuurt “gelekte nudes”
Jij stuurt vervolgens het bericht:
“Is ook goed maar die doggie en pussie moet oookk
Klanten zijn er meer als je zonder cozu doet
Cozu
Zo werkt t met escorte ook’’
V: Wat kun je hierover verklaren?
A: gewoon zou vroeg mij meer vragen daarover, ik gaf gewoon antwoord daarop. Die foto’s van doggies en pussys was gewoon welke ze maakte. Die gelekte nudes waren op een Telegram bericht. Ik gaf haar gewoon advies.
V: Wat bedoel je met: Klanten zijn er meer als je zonder COZU doet. Zo werkt t met escort ook. Waarom stuurde je dit bericht aan [slachtoffer 1] ?
A: Zonder condoom is dat. Het waren eigenlijk alleen maar tips die ik gaf. Dat zag je ook op andere seksadvertenties.
Verbalisant [verbalisant 1]heeft in een proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd:
In de mobiele telefoon van [slachtoffer 1] trof ik een WhatsApp-conversatie aan tussen [verdachte] en [slachtoffer 1] .
[telefoonnummer] @s. whatsapp.net [slachtoffer 1] Outgoing dus welke gebruikersnaam
21-2-2020 19:43:56(UTC+1)
[telefoonnummer] @s.whatsapp.net [verdachte] Incoming Gwn [slachtoffer 1]
21-2-2020 19:44:05(UTC+1)
[telefoonnummer] @s.whatsapp.net [slachtoffer 1] Outgoing Ai no
21-2-2020 19:44:09(UTC+1)
[telefoonnummer] @s.whatsapp.net [slachtoffer 1] Outgoing met mijn foto’s?
21-2-2020 19:44:19(UTC+1)
[telefoonnummer] @s.whatsapp.net [verdachte] Incoming Maak gwn account aan
21-2-2020 19:44:29(UTC+1)
[telefoonnummer] @s.whatsapp.net [verdachte] Incoming Alleen account aan maken
21-2-2020 19:44:35(UTC+1)
[telefoonnummer] @s.whatsapp.net [verdachte] Incoming Niks plaatsen
21-2-2020 19:44:40(UTC+1)
Verbalisant [verbalisant 1]heeft in een proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd:
De advertentie met het ID [ID nummer] was aangemaakt op 21 februari 2020. Deze advertentie had de titel ‘ [titel] ’. De accountnaam van de adverteerder betrof [accountnaam] .
Inhoud van de advertentie:
Ik ben [slachtoffer 1] een echte sexy dame en goed verzorgd met een knap gezichtje.
600,- per date ! (Prijs valt niet te bespreken)
[woonplaats]
ALLEEN ONTVANGEN
Zonder condoom is mogelijk!
Uit de aangeleverde informatie van [bedrijf] B.V. en het verrichtte onderzoek middels de Webcrawler, valt op te maken dat er drie advertenties waren aangemaakt welke gekoppeld waren aan het telefoonnummer [telefoonnummer] .
Dit betroffen de advertenties:
Advertentie ID: [ID nummer] aangemaakt op 21 januari 2020
Advertentie ID: [ID nummer] aangemaakt op 27 januari 2020
Advertentie ID: [ID nummer] aangemaakt op 21 februari 2020
[getuige]is als verdachte gehoord. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
V: [slachtoffer 1] heeft verklaard dat ze seks heeft gehad met jou in het Van der Valk Hotel te [woonplaats] en dat jij hier voor betaald hebt. Wat kan jij hierover verklaren?
A: Zij wilden dat ik naar binnen moest komen bij de [straat]
V: Wie is zij?
A: Er was een vriend van haar daar, voor beveiliging. Ik wilde voor mijn eigen veiligheid ook naar het hotel.
V: Hoe zijn jullie naar het hotel gegaan?
A: We wilden eerst naar een ander hotel, maar daar was geen plek. We zijn daarna met mijn auto naar van der Valk Hotel gereden. Ik ben eerst naar boven gegaan en daarna kwam zij binnen. Ik had haar 600 euro gegeven voor 3 of 4 uurtjes.
V: Jij ging eerst naar de hotelkamer en zij kwam later. Wat is daar op de kamer gebeurd?
A: Wij hebben heel kort seks gehad
V: Waar bestond de seks uit?
A: We hebben niet gezoend, ze heeft mij niet gepijpt. Alleen penetratie. Alles bij elkaar duurde misschien 15 minuutjes
Verbalisant [verbalisant 1]heeft in een proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd:
In een onderzoek bij de eenheid Midden-Nederland is een mobiele telefoon in beslag genomen van:
[verdachte] , geboren op [2002] te [geboorteplaats] .
Ik zag dat er in de IPhone 7, 14 WhatsApp-conversaties, 2 sms-conversatie en 18 email-conversaties stonden met potentiële klanten voor een seksafspraak.
Uit het digitale onderzoek naar de IPhone 7 blijkt dat er in de 14 WhatsApp- en 2 sms-conversaties tussen de potentiële klanten en [verdachte] in de periode van 21 januari 2020 t/m 2 april 2020 tenminste 2506 berichten over en weer waren verstuurd en in de 18 email-conversaties, 99 berichten.
Ik zag dat er door [verdachte] in de meeste conversaties een of meerdere foto’s naar de potentiële klanten waren verzonden. In enkele gevallen zag ik dat er naaktfoto’s van [slachtoffer 1] waren verstuurd. Ik heb [slachtoffer 1]meerdere keren gehoord en foto's van [slachtoffer 1] heb gezien, waardoor ik [slachtoffer 1] kon herkennen op een aantal foto’s die door mij in de IPhone 7 werden aangetroffen.
Ik zag dat er in de IPhone 7 een verwijderde WhatsApp-conversatie stond met een potentiële klant met het telefoonnummer [telefoonnummer] . Ik zag dat er in deze conversatie 716 berichten over en weer waren verstuurd in de periode 4 maart 2020 t/m 2 april 2020. De inhoud van de meeste berichten in deze conversatie zijn tijdens het veiligstellen van de mobiele telefoon door elkaar gehusseld.
Ik zag dat er in de berichten over geldbedragen van 600 euro werd gesproken. Tevens zag ik dat er gesproken werd over de mogelijkheid van anale seks. Hieronder worden enkele berichten uit de conversatie weergegeven.
4-3-2020 16:56:00(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
ik heb wel ok wensen wat
4-3-2020 16:56:24(UTC+1) [telefoonnummer] ( [verdachte] ) Outgoing
maar vertel
4-3-2020 16:57:19(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
anaal en zc mooie lingerie
4-3-2020 16:57:25(UTC+1) [telefoonnummer] ( [verdachte] ) Outgoing
anaal niet
4-3-2020 16:57:29(UTC+1) [telefoonnummer] ( [verdachte] ) Outgoing
voor de rest goed is
4-3-2020 16:58:45(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
jammer 600 te oke heel vind iets veel sorry dan ik
Ik zag dat er in de IPhone 7 een verwijderde WhatsApp-conversatie stond met een potentiële klant met het telefoonnummer [telefoonnummer] . Ik zag dat er in deze conversatie 46 berichten over en weer waren verzonden in de periode 21 januari 2020 t/m 23 januari 2020.
De inhoud van de meeste berichten in deze conversatie zijn tijdens het veiligstellen van de mobiele telefoon door elkaar gehusseld.
Ik zag dat [verdachte] enkele foto’s had verstuurd.
Hieronder worden enkele berichten uit de conversatie weergegeven.
21-l-202011:50:22(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
en is jong wat
21-1-202011:51:20(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
dan jonger 18
21-1-2020 11:51:43(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
met puur omdat weinig ervaring ik een heb maar nieuwe telefoon nodig
21-1-2020 11:51:54(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
vanaf 16 hoe wel ik en ok jong want mag het geloof
21-1-2020 11:52:02(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
en heb je een foto
21-1-2020 12:02:32(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
niet je hoofd sex best ik anaal zelf het wil maar geven vingeren
21-1-2020 12:02:39(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
en ik kan squirten
23-1-2020 14:46:13(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Incoming
straks ook krijg maar alvast je lekker filmpje ik
23-1-2020 14:46:56(UTC+1) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
isgoed x hmm
Ik zag dat er in de IPhone 7 van de verdachte [verdachte] een Telegram-account geïnstalleerd was met de naam [accountnaam] .
In een Telegram-conversatie met [telegram account] wordt [verdachte] een wapen aangetroffen met twee magazijnen. Dit wapen kost € 1500,-- waarop [verdachte] het antwoord geeft: “Hmm kijk heb aiso voor me werken nu toch dus dan heb ik t geld in 2 weekenden”. Het woord ‘aiso’ is straattaal voor meisje.
10-2-2020 01:42:25(UTC+1) [telegram account] Incoming
Maar deze kost 1500 volgens mij met twee maggas
10-2-2020 01:42:31(UTC+1) [telegram account] Incoming
Orgineel
10-2-2020 01:42:39(UTC+1) [telegram account] Incoming
Geen omgebouwde shit
10-2-2020 01:43:02(UTC+1) [accountnaam] Outgoing
Hmm kijk heb aiso voor me werken nu toch dus dan heb ik t geld in 2 weekenden.
Bewijsoverwegingen feit 1
Juridisch kader
Artikel 273f lid 1 onder 2 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) ziet op het werven van een ander met het oogmerk van uitbuiting van die ander, terwijl die ander nog geen 18 jaar is. Het gaat om activiteiten die iemand in een positie brengen waarin deze bewogen kan worden zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten. Het daadwerkelijk bewegen van een minderjarige tot het verrichten van arbeid en/of diensten in de prostitutie is strafbaar gesteld in lid 1 onder 5. Ten aanzien van beide strafbaarstellingen geldt dat het minderjarige slachtoffer vanwege de inherente kwetsbare positie extra bescherming geniet. Minderjarigheid vormt dan ook een geobjectiveerd bestanddeel, zodat er geen beroep kan worden gedaan op verontschuldigbare dwaling met betrekking tot de leeftijd van het slachtoffer.
De handelingen omschreven in lid 1 onder 2 zijn slechts strafbaar indien deze zijn begaan met het oogmerk van uitbuiting. De gedragingen moeten dus zijn gericht op de uitbuiting van een persoon. Dit bestanddeel is door de wetgever niet gedefinieerd maar omvat volgens lid 2 in ieder geval uitbuiting van een ander in de prostitutie en andere vormen van seksuele uitbuiting. Bij minderjarige slachtoffers wordt ervan uitgegaan dat zij niet beschikken over een zekere rijpheid die hen in staat stelt de gevolgen van hun handelingen te overzien en zelfstandig beslissingen te nemen. De wil of instemming van de minderjarige is dan ook irrelevant. Door het tewerkstellen van minderjarigen in de prostitutie is er in het algemeen sprake van een grote inbreuk op de lichamelijke en geestelijke integriteit van de minderjarige. Reeds indien bewezen kan worden dat verdachte de ten laste gelegde gedragingen heeft verricht ten opzichte van een minderjarige is sprake van uitbuiting. Voorts is van belang dat niet is vereist dat de ander daadwerkelijk is uitgebuit.
In artikel 273f lid 1 onder 5 Sr is strafbaar gesteld de situatie waarbij een minderjarige ertoe wordt gebracht zich beschikbaar te stellen voor prostitutie of de situatie waarbij enige handeling wordt ondernomen waarvan men weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat die minderjarige zich daartoe beschikbaar stelt. Uitbuiting hoeft als zodanig niet in de tekst van lid 1 onder 5 te worden ingelezen. De betekenis van het bestanddeel “ertoe brengen” moet ruim worden opgevat en omvat ook faciliterende handelingen, zelfs als deze op verzoek van de minderjarige worden verricht.
In artikel 273f lid 1 onder 8 Sr is strafbaar gesteld de situatie waarbij wordt geprofiteerd van het prostitutiewerk van een minderjarige. Het bestandsdeel uitbuiting maakt geen deel uit van dit onderdeel.
Het oordeel van de rechtbank
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte in januari 2020 door het minderjarige slachtoffer [slachtoffer 1] is benaderd met het idee om een seksadvertentie op een website te plaatsen waarin zij zichzelf aanbiedt. Verdachte wilde haar daarbij helpen en heeft haar vervolgens instructies gegeven over de inhoud van de tekst van de advertentie en de te vragen prijs. Ook heeft verdachte de plannen besproken met de medeverdachte en heeft hij regelmatig advies van haar gekregen. De medeverdachte heeft [slachtoffer 1] ook zelf adviezen en instructies gegeven met betrekking tot seksafspraken. Daarnaast hebben verdachte en de medeverdachte hun woning ter beschikking gesteld met de intentie om de seksafspraken van [slachtoffer 1] daar te laten plaatsvinden.
Hoewel [slachtoffer 1] twijfelde, heeft zij op aandringen van verdachte een account gemaakt op de website www. [website] .nl. Verdachte heeft haar gevraagd om naaktfoto’s te maken voor de advertentie en vervolgens heeft hij daarmee op 21 januari 2020 een seksadvertentie voor [slachtoffer 1] aangemaakt. Zij hadden daarbij afgesproken dat verdachte aanvankelijk de contacten met potentiële klanten onderhield en de afspraken maakte. Hierbij maakte verdachte afspraken over de tijd, prijs en de diensten. Hoewel de meeste van deze conversaties niet hebben geleid tot een seksafspraak, heeft er in de nacht van 24 januari op 25 januari 2020 in het Van der Valk Hotel in [woonplaats] daadwerkelijk een seksafspraak plaatsgevonden. Verdachte is die nacht met [slachtoffer 1] met de taxi naar het hotel gereden. Verdachte is vervolgens met haar mee naar binnen gegaan om te fungeren als bodyguard. Voor de seksuele handelingen heeft [slachtoffer 1] € 600,-- van de klant gekregen waarvan zij een gedeelte van € 400,-- heeft afgestaan aan verdachte. Verdachte heeft dit bedrag vervolgens aan de medeverdachte gegeven. Verder heeft verdachte in de periode van 21 januari 2020 tot en met 2 april 2020 nog twee seksadvertenties aangemaakt en vele gesprekken gevoerd met potentiële klanten.
De geboortedatum van [slachtoffer 1] wordt niet betwist en is [2005] .
Gelet op hetgeen hiervoor bij het juridisch kader uiteen is gezet, is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte [slachtoffer 1] heeft geworven, vervoerd, overgebracht en gehuisvest met het oogmerk van seksuele uitbuiting. Door [slachtoffer 1] aan te moedigen een account te maken op een website waar seks wordt aangeboden, zelf seksadvertenties ten behoeve van [slachtoffer 1] te maken en afspraken voor [slachtoffer 1] te maken met klanten, heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het werven van [slachtoffer 1] met het oogmerk van seksuele uitbuiting. Dat verdachte zich hiervan bewust is, leidt de rechtbank af uit de op zijn telefoon aangetroffen Telegram-conversatie waarin verdachte aangeeft dat hij een meisje voor zich heeft werken. Door met [slachtoffer 1] in de taxi naar het hotel te rijden waar een seksafspraak zou plaatsvinden heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het vervoeren en overbrengen van [slachtoffer 1] met het oogmerk van seksuele uitbuiting. Door zijn woning ter beschikking te stellen zodat de seksafspraken van [slachtoffer 1] daar konden plaatsvinden en het controleren van de hotelkamer waar daadwerkelijk een seksafspraak heeft plaatsgevonden, heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het huisvesten met het oogmerk van seksuele uitbuiting.
De rechtbank is voorts van oordeel dat verdachte met voornoemde handelingen in de periode van 21 januari 2020 tot en met 2 april 2020 een wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan het ertoe brengen dat [slachtoffer 1] zich beschikbaar zou stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met derden tegen betaling. Een minderjarige op enigerlei wijze faciliteren tot een rol in de prostitutie is strafbaar, ongeacht de wil van die minderjarige zelf.
De rechtbank acht ten slotte op grond van het voorgaande wettig en overtuigend bewezen dat verdachte opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van [slachtoffer 1] .
Verdachte heeft ten aanzien van de seksafspraak in de nacht van 24 januari op 25 januari 2020 verklaard dat hij in de veronderstelling was dat de klant een “sugar daddy” was en dat hij ervan uitging dat er geen seks zou plaatsvinden. De rechtbank acht deze verklaring, gelet op de inhoud van de door verdachte geplaatste advertenties, de inhoud van de gesprekken met [slachtoffer 1] en de inhoud van de gesprekken die verdachte voerde met de potentiële klanten, ongeloofwaardig.
Medeplegen
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid bij een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank af dat het slachtoffer zowel van verdachte als de medeverdachte adviezen en instructies heeft gekregen over de advertenties en sekswerkzaamheden. Daarnaast hebben verdachte en de medeverdachte hun woning ter beschikking zodat seksafspraken daar zouden kunnen plaatsvinden. Ten slotte hebben zij beiden geprofiteerd van de uitbuiting van het slachtoffer.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachte die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het tenlastegelegde medeplegen bewezen.
Vrijspraak feiten 2 en 4
De rechtbank acht het onder 2 en 4 tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte daarvan vrijspreken. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Uit de stukken in het dossier volgen sterke aanwijzingen dat verdachte in de periode van
16 december 2019 tot en met 7 augustus 2020 op verschillende momenten diverse vuurwapens, dan wel op een vuurwapen gelijkende voorwerpen, voorhanden heeft gehad en dat verdachte in de periode van 10 februari 2020 tot en met 19 april 2020 op zoek was naar een werkend vuurwapen. Er is echter geen wapen bij verdachte aangetroffen en er heeft dan ook geen onderzoek ter categorisering kunnen plaatsvinden. Dit maakt dat de rechtbank van oordeel is dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte wapens voorhanden heeft gehad die vallen in de categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie, zoals tenlastegelegd.
Vrijspraak feit 3
De rechtbank acht het onder 3 tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte daarvan vrijspreken. De stukken in het dossier bevatten geen aanwijzingen dat verdachte na 2 april 2020 handelingen heeft verricht gericht op het seksueel uitbuiten van [slachtoffer 1] .
Partiële vrijspraak feit 5
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van de onder 5 tenlastegelegde opzetheling van meerdere fietsen. Op basis van het procesdossier kan niet worden vastgesteld dat verdachte naast de gouden BMX fiets één of meerdere andere fietsen voorhanden heeft gehad, waarvan hij ten tijde van het verwerven of voorhanden krijgen wist dan wel redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het door een misdrijf verkregen goed betrof.
De rechtbank zal verdachte ook vrijspreken van het medeplegen van het onder 5 tenlastegelegde. Het procesdossier bevat geen bewijs voor de stelling dat verdachte dit in nauwe en bewuste samenwerking met een of meer ander(en) heeft gedaan.
Bewijsmiddelen feit 5
Het feit is door verdachte begaan. Verdachte heeft het onder 5 ten laste gelegde feit bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 13 april 2021;
- een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5 Wetboek van Strafvordering, te weten een afschrift van aangifte van [aangever 2] , genummerd PL0900-2019348935, opgemaakt door J. Bredow, opgenomen op pagina 12 tot en met 14 van het dossier met registratienummers PL0900-2019367676 (Z), PL0900-2019348935, PL0900-2019364815 en PL0900-2019364878.
Bewijsmiddelen feit 6
Het feit is door verdachte begaan. Verdachte heeft het onder 6 ten laste gelegde feit bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 13 april 2021;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 5 december 2019, genummerd PL0900-2019364815-4, opgemaakt door [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina 21 en 22 van het dossier met registratienummers PL0900-2019367676 (Z), PL0900-2019348935, PL0900-2019364815 en PL0900-2019364878;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 5 december 2019, genummerd PL0900-2019364878-3, opgemaakt door [verbalisant 4] , werkzaam bij de politie Eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina 70 tot en met 74 van voornoemd dossier.
Vrijspraak feit 7
De rechtbank acht het onder 7 tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte daarvan vrijspreken. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Aan de hand van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting stelt de rechtbank vast dat verdachte gedurende zijn detentie in de periode van 29 september 2020 tot en met
13 november 2020 in zijn dagboek een aantal bedreigende teksten heeft opgeschreven. Verdachte heeft hierover verklaard dat hij [slachtoffer 2] niet heeft willen bedreigen en dat het schrijven in zijn dagboek slechts een manier was om zijn liefdesverdriet van zich af te schrijven. Het dagboek is door het personeel van de JJI in de cel van verdachte gevonden en personeelsleden hebben het dagboek vervolgens gelezen. Hierop heeft het personeel de officier van justitie op de hoogte gebracht van de bedreigende teksten. De politie heeft de bedreigende teksten vervolgens met het slachtoffer gedeeld.
De rechtbank is op grond van het voorgaande van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de verdachte (voorwaardelijk) opzet heeft gehad op het daadwerkelijk op de hoogte raken door [slachtoffer 2] van wat als bedreiging is ten laste gelegd. Het was voor verdachte redelijkerwijs niet voorzienbaar dat deze teksten door de politie met [slachtoffer 2] gedeeld zouden worden. Daarmee komt de rechtbank niet meer toe aan een verdere inhoudelijke beoordeling van het onder 7 tenlastegelegde.
Partiële vrijspraak feit 8
De rechtbank zal verdachte vrijspreken van het medeplegen van het onder 8 tenlastegelegde. Het procesdossier bevat geen bewijs voor de stelling dat verdachte dit in nauwe en bewuste samenwerking met een of meer ander(en) heeft gedaan.
Bewijsmiddelen feit 8
[aangever 1]heeft aangifte gedaan. Hij heeft onder meer het volgende verklaard, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat persoon 1 dicht tegen mij aan kwam staan. Hij zei tegen mij: “Tas af en die trui wil ik ook hebben.” Ik wilde niet gestoken, ik deed mij tas af en trui uit. Ik zag dat persoon deze aanpakte. Onder dwang en bedreiging heb ik deze goederen afgestaan. In mijn tas zat mijn ID-kaart.
Verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6]hebben de woning van verdachte ter inbeslagneming doorzocht. Daarbij hebben zij een identiteitskaart op naam van [aangever 1] aangetroffen onder het matras van verdachte.
Bewijsoverweging feit 8
De rechtbank stelt vast dat verdachte heeft beschikt over de identiteitskaart van aangever. Verdachte heeft zich zowel bij de politie als ter terechtzitting beroepen op zijn zwijgrecht. Nu verdachte geen aannemelijke verklaring heeft gegeven voor het bezit van de identiteitskaart, is de rechtbank van oordeel dat, gelet op de aard van een dergelijk goed en de plaats waar het is aangetroffen, het niet anders kan dan dat verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van het goed wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
Bewijsmiddelen feit 9
[aangever 3]heeft namens [benadeelde] aangifte gedaan. Hij heeft onder meer verklaard, zakelijk weergegeven:
Er is vannacht of vanochtend, tussen 14 augustus 2020 te 22:00 uur en 15 augustus 2020 te 10:15 uur, een trilplaat en een zware grote rubberen hamer uit de tuin, te [woonplaats] , gestolen.
Verbalisant [verbalisant 1]heeft in een proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd:
Uit de WhatsApp-conversatie blijkt dat [verdachte] samen met een vriend, [A] genaamd, in de nacht van 14 augustus 2020 op 15 augustus 2020 in opdracht van [bijnaam] en tegen betaling een trilplaat heeft gestolen. In de berichten schrijft [verdachte] dat hij de trilplaat na de diefstal in zijn schuur heeft gezet.
Ik zag dat de IPhone 7 van [verdachte] in de nacht van 14 augustus 2020 op 15 augustus 2020 3 gps locaties had vastgelegd. Daaruit blijkt dat de IPhone 7 van [verdachte] :
Vanaf 14 augustus 2020 20:13 uur t/m 15 augustus 2020 00:25 uur verbleef in de directe omgeving van zijn woning op de [adres] te [woonplaats] .
Vanaf 15 augustus 2020 te 00:39 uur t/m 01:33 uur op circa 130 meter afstand van de locatie van de diefstal.
Vanaf 15 augustus 2020 te 01:52 uur weer in de directe omgeving van de [adres] te [woonplaats] was.
9-8-2020 16:47:07(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net [bijnaam] Incoming
Geluidsfragment:
Ja ik heb bij de buurman een trilplaat. Hij staat er nu al een weekend, omdat in het weekend wordt er niet gewerkt toch en morgen gaan ze weer werken, dan is hij weer weg, dat kleine stukje. Het is een nieuwe trilplaat, 20 kilo, 30 kilo. Maar ik moet even met twee man doet het ff snel weg, want ik ga nooit meer een kans krijgen een trilplaat nieuw van een paar duizend vinden. Hij ligt er echt voor het oprapen snap je.
15-8-2020 00:22:45(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net [bijnaam] Incoming
Okebben je alleen
15-8-2020 00:22:50(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
[A]
15-8-2020 00:22:58(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp. net [bijnaam] Incoming
[A] ?
15-8-2020 00:23:09(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
Die witmang dealer
15-8-2020 16:11:31(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
T is gefikst
15-8-2020 19:10:58(UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net [bijnaam] Incoming
Waar is het nu
15-8-2020 19:15:1 (UTC+2) [telefoonnummer] @s.whatsapp.net Outgoing
Me schuur dus moet zo ook weg daar
Verbalisant [verbalisant 7]heeft in een proces-verbaal van bevindingen onder meer het volgende gerelateerd:
Op 18 augustus 2020 voerde ik een doorzoeking uit in de schuur behorende bij de woning gelegen aan de [adres] te [woonplaats] . Wel troffen wij een apparaat aan gelijkend op een trilplaat.