ECLI:NL:RBMNE:2021:1815
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting en dwangbevelkosten
Op 4 mei 2021 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de invorderingsambtenaar van de gemeente Vijfheerenlanden. Eiseres had een naheffingsaanslag parkeerbelasting ontvangen van € 61,90, omdat zij niet had voldaan aan de verschuldigde parkeerbelasting voor haar voertuig. Na betaling van de naheffingsaanslag op 7 mei 2019, ontving eiseres op 6 mei 2019 een aanmaning met € 7,- aanmaningskosten en op 27 mei 2019 een dwangbevel voor de aanmaningskosten van € 42,-. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen deze kosten, maar dit werd door verweerder ongegrond verklaard.
Tijdens de zitting op 9 maart 2021, waar eiseres werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde, werd het standpunt van eiseres toegelicht. Eiseres stelde dat zij de naheffingsaanslag tijdig had betaald en dat de aanmaning niet correct was verzonden, omdat deze na haar betaling was ontvangen. De rechtbank oordeelde dat verweerder niet aannemelijk had gemaakt dat de aanmaning op de juiste wijze was verzonden en dat de aanmanings- en dwangbevelkosten daarom niet terecht waren opgelegd. De rechtbank vernietigde de uitspraak op bezwaar en verklaarde het beroep gegrond, waarbij verweerder het door eiseres betaalde griffierecht moest vergoeden.
De rechtbank concludeerde dat de aanmaning als niet verzonden kon worden beschouwd, omdat de betaling en de aanmaning elkaar hadden gekruist. De uitspraak werd gedaan door mr. Y.N.M. Rijlaarsdam, in aanwezigheid van griffier D.T. de Winter, en werd op 4 mei 2021 openbaar gemaakt.