ECLI:NL:RBMNE:2021:1677
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake exploitatievergunning restaurant na wijziging rechtsvorm
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 13 april 2021 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, die samen met een partner een restaurant exploiteert, had een aanvraag voor een exploitatievergunning ingediend na een wijziging van de rechtsvorm van een vennootschap onder firma naar een eenmanszaak. De burgemeester van de gemeente Utrecht, als verweerder, had deze aanvraag buiten behandeling gesteld, omdat deze volgens hem niet volledig was. Verzoeker was het hier niet mee eens en verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter oordeelde dat er sprake was van een spoedeisend belang, aangezien verzoeker door de buiten behandelingstelling van zijn aanvraag in een onomkeerbare situatie terecht kon komen, zoals faillissement. De rechter concludeerde dat het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd was en dat verweerder te voorbarig had gehandeld door de aanvraag buiten behandeling te stellen zonder verzoeker de gelegenheid te bieden om onduidelijkheden weg te nemen. De voorzieningenrechter schorste het bestreden besluit en droeg verweerder op om verzoeker in de gelegenheid te stellen zijn aanvraag aan te vullen. Tevens werd verweerder veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van verzoeker.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in de besluitvorming door bestuursorganen en de noodzaak om aanvragers de kans te geven om eventuele onduidelijkheden te verhelderen voordat een aanvraag buiten behandeling wordt gesteld. De voorzieningenrechter heeft hiermee een belangrijke bescherming geboden aan verzoeker, die afhankelijk is van de exploitatievergunning voor zijn restaurant.