ECLI:NL:RBMNE:2021:1656
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens onbekende identiteit eiser
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 23 februari 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Het beroep is ingesteld door mr. D.A.N. Bartels MRE namens een anonieme eiseres, [eiseres] B.V., tegen een uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht, die op 19 december 2019 was gedaan. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat zij voldoende informatie had om zonder zitting uitspraak te doen.
De rechtbank overweegt dat het beroepschrift van Bartels niet voldoet aan de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In het beroepschrift is enkel vermeld dat het beroep is ingesteld namens een belanghebbende, zonder dat de identiteit van deze persoon is bekendgemaakt. De rechtbank wijst erop dat het vaste rechtspraak is dat de identiteit van degenen namens wie beroep wordt ingesteld, voor afloop van de beroepstermijn kenbaar moet zijn. In dit geval liep de beroepstermijn tot en met 30 januari 2020, maar Bartels heeft geen stukken overgelegd waaruit de identiteit van de eiseres blijkt.
Aangezien de identiteit van de eiseres niet binnen de beroepstermijn bekend was, is het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een vergoeding van de proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met de uitspraak.