3.1.Woongoed Zeist vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
[gedaagden] te verbieden [B] toe te laten tot de woning aan de [adres] in [woonplaats] , waarbij [gedaagden] er alles aan zal doen om [B] buiten de woning te houden;
[gedaagden] te veroordelen om er zorg voor te dragen dat [B] zich niet in en om de woning, portieken, trappenhuizen, bergingen rondom de woning van de [adres] in [woonplaats] ophoudt en of rondhangt en in een voorkomend geval, al dan niet met behulp van de politie, [B] uit de woning en woonomgeving te verwijderen in verband met huisvrede/lokaalvredebreuk. Indien [B] zich onverhoopt, na sommaties van [gedaagden] om te vertrekken, zich toch in en om de [adres] , portieken, trappenhuizen, bergingen rondom de woning van de [adres] ophoudt en ondanks sommaties van [gedaagden] niet aanstonds vertrekt, zal [gedaagden] via de rechtbank een civielrechtelijk gebiedsverbod eisen tegen [B] , met de strekking dat [B] zich niet binnen een straal van 500 meter rond de woning aan de [adres] kan/mag begeven op straffe van een dwangsom van € 500,- per keer dat [B] zich niet aan dit verbod houdt, en voor zover nodig wordt gijzeling gevorderd;
[gedaagden] te gebieden in verband met de gedragsaanwijzingen, zoals genoemd onder a, alle aanwijzingen van verhuurder en door verhuurder aan te wijzen personen, waaronder, doch niet uitsluitend begrepen, de wijkbeheerder, onverwijld, welwillend en volledig op te volgen;
indien [gedaagden] niet of slechts deels gevolg geeft aan de veroordelingen onder a, b, c, [gedaagden] dwangsommen zal verbeuren van € 500,- per keer dat zij in gebreke blijft aan de veroordelingen te voldoen;
veroordeling van [gedaagden] in de nakosten en de proceskosten.