ECLI:NL:RBMNE:2021:1412
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet ontvankelijk na eindbeslissing
In deze wrakingszaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 6 april 2021 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van de wrakingskamer. Verzoeker had op 26 maart 2021 een wrakingsverzoek ingediend tegen de leden van de wrakingskamer, nadat deze op 24 maart 2021 een einduitspraak had gedaan in de tweede wrakingsprocedure. De wrakingskamer oordeelde dat verzoeker niet-ontvankelijk was in zijn verzoek, omdat het verzoek te laat was ingediend, namelijk na de eindbeslissing. De wrakingskamer benadrukte dat het doel van een wrakingsverzoek is om rechters te wraken voordat zij een einduitspraak doen, zodat de indruk van vooringenomenheid kan worden weggenomen. Aangezien de einduitspraak al was gedaan, kon het verzoek niet meer worden behandeld. Verzoeker had ook een nadere onderbouwing ingediend, maar deze was eveneens te laat. De wrakingskamer besloot dat een volgend wrakingsverzoek van verzoeker in de aanstaande zaken niet in behandeling zal worden genomen, om misbruik van het wrakingsmiddel te voorkomen. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.