ECLI:NL:RBMNE:2021:1061
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag parkeerbelasting en beroep op overmacht
In deze zaak gaat het om een naheffingsaanslag parkeerbelasting die aan eiser is opgelegd door de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht. De naheffingsaanslag van € 68,77 betreft een overtreding op 16 januari 2020 om 17.26 uur op de Arthur van Schendelstraat in Utrecht. Eiser heeft tegen deze aanslag bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar is ongegrond verklaard in de uitspraak op bezwaar van 17 maart 2020. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op een Skype-zitting op 6 januari 2021, waarbij eiser in persoon aanwezig was en de verweerder vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde, R. Janmaat. Eiser beroept zich op overmacht, stellende dat hij de verschuldigde parkeerbelasting niet kon voldoen vanwege een internetstoring die op die dag plaatsvond. Hij heeft geprobeerd te betalen via meerdere parkeerautomaten, maar deze zouden niet functioneren.
De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. Uit de overgelegde gegevens blijkt dat er succesvolle betalingen zijn verricht bij de parkeerautomaten in de Arthur van Schendelstraat rond het tijdstip van de overtreding. De rechtbank stelt vast dat een storing van een parkeerautomaat de parkeerder niet ontslaat van zijn verplichting om de parkeerbelasting te voldoen. Eiser heeft niet kunnen aantonen dat hij door de gestelde storing niet in staat was om de parkeerbelasting te voldoen. Het beroep van eiser wordt dan ook ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.