ECLI:NL:RBMNE:2020:986
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.A. Hebly
- Rechtspraak.nl
Afwikkeling van een nalatenschap en de uitbetaling van een spaartegoed
In deze zaak gaat het om de afwikkeling van de nalatenschap van mevrouw [A], waarbij F.J. Bik optreedt als testamentair executeur. De procedure betreft een vordering tot uitbetaling van het saldo op een spaarbankboekje dat op naam van mevrouw [A] staat. Dit spaarbankboekje, geopend op 20 december 1965, bevatte een tegoed van NLG 30.062,48 per 31 december 1986. Bik vordert dat de Coöperatieve Rabobank U.A. het saldo van € 13.726,- en de wettelijke rente van € 8.959,- aan de erven van mevrouw [A] uitbetaalt. De Rabobank betwist de vordering en stelt dat het spaarbankboekje geen bewijs is van een spaartegoed, maar slechts een informatiemiddel. Daarnaast beweert de Rabobank dat het saldo is overgeboekt naar een rekening van mevrouw [A] en beroept zich op verjaring van de vordering.
De kantonrechter oordeelt dat de vordering van Bik q.q. is verjaard. De verjaringstermijn voor de vordering tot uitbetaling van het saldo is 20 jaar, en deze termijn is op 1 januari 2007 verstreken. De kantonrechter concludeert dat het spaartegoed op 1 januari 2017 is vervallen, omdat er gedurende 30 jaar geen inlagen of terugbetalingen hebben plaatsgevonden, zoals bepaald in het reglement van het spaarbankboekje. De kantonrechter wijst de vordering af en compenseert de proceskosten, zodat beide partijen hun eigen kosten dragen. Dit vonnis is uitgesproken op 18 maart 2020.