ECLI:NL:RBMNE:2020:870

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
9 maart 2020
Publicatiedatum
9 maart 2020
Zaaknummer
16/707376-15 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplichtigheid aan moord met behulp van inlichtingen en observaties

Op 9 maart 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die medeplichtig is aan de moord op [slachtoffer]. De rechtbank oordeelt dat de verdachte willens en wetens heeft meegewerkt aan een buitengewoon ernstig en schokkend strafbaar feit: moord. De verdachte heeft door het verschaffen van informatie over het slachtoffer een wezenlijke bijdrage geleverd aan de moord. Hij heeft het slachtoffer wekenlang geobserveerd en inlichtingen doorgespeeld aan de vermoedelijke schutter. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest bij de liquidatie van het slachtoffer op 9 september 2015 in Huizen. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 jaar. De rechtbank heeft de ernst van het feit en de impact op de nabestaanden meegewogen in de strafmaat. De benadeelde partij heeft een schadevergoeding gevorderd, maar deze is niet-ontvankelijk verklaard, omdat er onvoldoende bewijs was voor de gevorderde shockschade.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Amsterdam Osdorp
Parketnummer: 16/707376-15 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 9 maart 2020
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1989] te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] aan de [adres] ,
thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Nieuwegein,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 9 september 2019, 4 december 2019, 10 december 2019, 3 februari 2020 en 9 maart 2020.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. R.E. Craenen en van hetgeen verdachte en zijn raadsman mr. C.W. Flokstra, advocaat te Amsterdam, alsmede mr. W. van Egmond, advocaat te Naarden, namens de benadeelde partij [benadeelde] naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
opzettelijke in vereniging behulpzaam is geweest bij de liquidatie (moord) op [slachtoffer] op 9 september 2015 in Huizen, gepleegd door [medeverdachte 1] , door in de periode van
29 juli 2015 tot en met 9 september 2015 inlichtingen te verschaffen over de persoon van [slachtoffer] en diens dagelijkse routine alsmede die van andere medewerkers van de [winkel]

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van de waardering van het bewijs gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen [1]
Overlijden [slachtoffer]
Op woensdag 9 september 2015 rond 18:20 uur geeft een centralist van de regionale meldkamer door dat een persoon is neergeschoten in de straat [straat] te [woonplaats] . [2] De politie komt ter plaatse en treft ter hoogte van [adres] een blauwe Ford Ka aan. In deze auto zit een man met zijn hoofd voorover gebogen. De politie ziet dat er bloed uit zijn neus en mond komt en dat er drie kogelwonden in het hoofd van de man zitten. [3] De inmiddels gearriveerde ambulancemedewerkers geven aan dat ze niets meer voor de man kunnen betekenen. [4] De overleden man is [slachtoffer] , geboren op [1956] , 59 jaar oud geworden. [5] Er wordt een gerechtelijke sectie verricht aan het lichaam van [slachtoffer] en de conclusie is dat hij is overleden als gevolg van meerdere bij leven opgelopen schotverwondingen. [6]
Getuige [getuige 1] heeft verklaard dat zij op woensdag 9 september 2015 op [straat] fietste. Zij fietste langs een kleine blauwe personenauto die bezig was om in te parkeren en zij zag op dat moment een geheel in het zwart gekleed persoon aan komen lopen in de richting van het voertuig. De persoon had een motorhelm op en hield iets in zijn hand dat op een Maglite zaklamp leek. Toen de persoon het voertuig op ongeveer één meter was genaderd, richtte deze persoon het voorwerp op de bestuurder van de auto. Getuige hoorde drie korte harde knallen en zij zag vuurflitsen uit het voorwerp komen. Zij zag dat de bestuurder van het voertuig in elkaar zakte. [7]
Aantreffen Blackberry en koppeling aan [emailadres]
Op 3 februari 2016 vond een doorzoeking ter inbeslagneming plaats in de woning aan de [adres] te [woonplaats] . [8] Op dat moment was verdachte op dit adres woonachtig.
Tijdens de doorzoeking in de woning werd op de eettafel in de woonkamer een telefoontoestel van het merk Blackberry, type 9720 aangetroffen. [9] De Blackberry was gekoppeld aan het emailadres [emailadres] (hierna: het 65G-adres). [10]
De tijdsaanduiding bij de berichten uit de Ennetcom-databank betreft UTC tijd. In Nederland geldt in de winter UTC+1 en in de zomer UTC+2. De tijdsaanduiding in de inhoud van de berichten is afhankelijk van de tijdsinstellingen op het betreffende telefoontoestel. [11]
Omdat zal worden verwezen naar samenhang tussen berichten en gebeurtenissen, zal de rechtbank telkens de Nederlandse tijd noemen die bij het bericht hoort. Aangezien de meeste berichten tijdens de zomertijd zijn verstuurd, betekent dit dat er twee uur wordt opgeteld bij de UTC tijd. [12]
Pleegperiode
Het 65G-adres verstuurde op 29 juli 2015 de volgende berichten aan [emailadres] (hierna: het 8NG-adres):
-
Ok sir ik ga mijn best doen om die man zo snel moge lijk zijn dag patroon achter te
halen. [13]
-
Ok sir ik ga kijken of ik ergens plat kan gaan lichen heb nog een verre kijker thuis all
inn deze man gaat snel sir. Kk hoeren verader [14]
Het 65G-adres verstuurde op 30 juli 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Hmndi sir. Ik ben a1 wezen jogge naar die plek toe staan 2 scooters en een caddy op het
terein heb die kenteken van die caddy al genoteerd ik wacht op die waggie kan ik
hem gelijk volgen. Ik denk die caddy is van hem die andere jongens zijn jong die daar
werken dat herrinner ik mij nog hij gaat snel plat sir(15.22 uur) [15]
Het 65G-adres verstuurde op 3 augustus 2015 de volgende berichten aan het 8NG-adres:
-
Ja precies sir hij had in hammen en was rond de 45 a 50 jaar is hij. Sir(17.49 uur) [16]
-
Goeien dag sir vandaag zijn ze alleen met volwassenen mensen. Toen ik om 8 uur aan
kwam stond die porche er al. Later kwam zo een touran die jij ook had en een
kleine ford k alleen die heb ik zien uitstappen hey is echt lastig hier maar ik denk dat
het zijn vrouw is blonde vrouw van rond de 40. Heb die kenteken genoteerd. Ik ga hier
weg nu ben hier te lang ik hoop dat zij me na hun huis brengt(10.18 uur) [17]
Het 65G-adres verstuurde op 5 augustus 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Sir ik sta hier een beetjje te posten deze mensen gaan nooit met sluitings tijd. Weg ze
blijven altijd een beetje hangen. Ik ga nu parkeren vlak bij ze oss zo dat ik precies kan
zien hoe hij naar huis rijd(18.17 uur) [18]
Het 65G-adres verstuurde op 6 augustus 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Ik heb zijn kenteken sir(19.01 uur) [19]
Het 65G-adres verstuurde op 7 augustus 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Sir. Die caddy is er niet.(17.33 uur) [20]
Het 65G-adres verstuurde op 8 augustus 2015 het volgende bericht aan 8NG-adres:
-
Ok sir. Ik ga morgen klokken hoelang hij er over zou doen die route. Want zo een lange stuk Is het niet (16.54) [21]
-
Ok sir. Ik geef die kenteken morgen door aan hem. Dan als ik zijn nummer heb
gekregen. Het komt helemaal in orde sir(16.59 uur) [22]
De visser; 10 augustus 2015
Getuige [getuige 2] verklaart dat een man van Marokkaanse afkomst een aantal keer tegenover het pand van de [winkel] in het kanaal heeft staan vissen. [23] Getuige [getuige 3] verklaart dat hij op 10 augustus 2015 rond 10 uur met een videocamera opnamen heeft gemaakt van de visser. Hij leek te sms’en met twee handen, alsof hij een blackberry gebruikte. [24]
De beelden worden overhandigd aan de politie. De plek waar de visser stond betreft een gedeelte van de groenstrook tussen de rijbaan van de Jutphasestraatweg en het kanaal, ter hoogte van het pand van de [winkel] , gevestigd op het adres [adres] te [woonplaats] , dat aan de overzijde van het kanaal is gelegen. [25] De eerste opname werd gemaakt om 10.05 uur.
Op de tweede filmopname is te zien dat de visser een klein donker gekleurd voorwerp in zijn beide handen heeft. Te zien is dat hij een mobiele telefoon in zijn handen heeft en daarop met zijn vingers toetsen indrukt. [26] De visser is door verschillende verbalisanten herkend als [verdachte] . [27]
Het 65G-adres verstuurde op 10 augustus 2015 de volgende berichten aan het 8NG-adres:
-
Dat is die baas sir hij heeft style haar en heeft op ze voor hoofd. Inhammem heb hem
net gezien maar ik dacht dat hij wat ouder was. Hij is gewoon rond de 40(09.10 uur) [28]
- […]
[…] Ik ga ff bij die bedrijfje kijken nu verrekijker.(09.20 uur) [29]
- […]
[…] ik was bij zijn huis hij is daar in gestapt en hij is niet naar de zaak gereden(09.36) [30]
-
Ik ben nu tegenover hun aan het vissen in die kanaal. […](10.01 uur) [31]
- [...]
[...] die porche is er en die caddy sir als het niet die porche is dan moet het die caddy zijb [32]
-
Ja man dat is hem sir we hoeven niet verder te kijken echt hij is hier ook met zijn
hond(10.13 uur) [33]
-
Hij ziet er we’ll ouder uit dan u ik zelf schat hem 45 jaar(10.14 uur) [34]
-
Ik ben nu achter bij die kanaal aan het vissen ik kan precies in die kanttor kijken en
die man die ik heb zien vertrekken met zijn witte blousje en die hond die zit achter de
computer sir hij is garantie de baas […](10.17 uur) [35]
-
ik heb aan head al doorgegeven wat hij aan heeft heb kenteken alles aan hem
doorgegevn. Hoe hij er uit ziet ook(10.35 uur) [36]
-
Goeien dag sir ik heb uit de echte baas in beeld die andere adres was niks zoals u al
weet. Ik weet wat hij rijd morgen volg ik hem na huis dan geef ik u alle informatie kenteken adres hoe hij er uitziet. En wat voor auto hij heeft.(18.10 uur) [37]
-
Nee sir kan niet missen. Morgen moet het klaar zijn met die jood(18.27 uur) [38]
-
Sir heb u het nog doorgegeven aan black en head?(19.55 uur) [39]
Het 65G-adres verstuurde op 10 augustus 2015 het volgende bericht aan [emailadres] (hierna: het [emailadres] -adres):
Sir hij heeft een wit blousje aan met korte mouwen haren style naar achteren die
zwarte hond is nu met hem op de zaak. Kenteken heeft u al witte caddy is het(10.37 uur) [40]
Tijdens de doorzoeking van de woning aan de [adres] in [woonplaats] op 3 februari 2016 wordt in de berging een hengel aangetroffen. In de slaapkamer wordt een trainingsbroek aangetroffen die gelijkenissen vertoont met de broek van de man op de videobeelden. [41] Verdachte heeft ter terechtzitting verklaart dat hij af en toe vist, ook in Nieuwegein.
11 augustus 2015 tot en met 5 september 2015.
Het 65G-adres verstuurde op 11 augustus 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Sir ik weet nu welke auto die baas rijd. Morgen volg ik. Hem na hus. Hij rijd een
blouwe ford k die kevertje ouwe model morgen stuur ik kenteken en dan is het klaar.
(17.57 uur) [42]
Het 65G-adres verstuurde op 12 augustus 2015 de volgende berichten aan het 8NG-adres:
- [...]
[...] Ik ben zo goed als klaar alleen straks met sluitings tijd volgen( 13.37 uur) [43]
-
Ik ben hier al toevallig zijn waggie staat nog steeds op zijn plaats (20.45 uur) [44]
-
Ja ben sir als je het snel wilt doen is dit 1 van de beste en snelste manieren als spotter
savonds gaat timeren dan moet die een aantal dagen en moet die routine hebben
zoals u al zei naar sportschool hond uitlaten dat kost tyd toch??(21.06 uur) [45]
-
Ok sir. Dan ga ik de komende dagen kijken of hij savonds na buiten gaat. (22.56 uur) [46]
Het [emailadres] -adres verstuurde op 12 augustus 2015 het volgende bericht aan het 65G-adres:
[…] Je moet me helpen bij deze als hij van werk weg rijd moet je hem volgen tot hij
bijna daar is melt je me ga je andere kant op(15.05 uur) [47]
Het 65G-adres verstuurde op 23 augustus 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Ja ik rij bijna nooit maar ik denk dat het richting hilversum is toen ik die man moes
volgen heb ik daar geplankt.(14.51 uur) [48]
Het 65G-adres verstuurde op 24 augustus 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Ik ga morgen vroeg opstaan ga ik eerst langs die spy.(19.49 uur) [49]
Het 65G-adres verstuurde op 2 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Ik ben geweest sir maar hij is er niet ik ga morgen vanaf openingstijd is beter dan heb ik beter overzicht. Mischien heeft hij we’ll andere auto nu.(11.52 uur) [50]
Het 65G-adres verstuurde op 3 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
-
Goeiemorgen sir ik wou ff zeggen dat ik sochtens ben geweest hij was er niet
vanavond ga ik na zijn osso. Heb dat ook aan head door gegeven(10.52 uur) [51]
-
En die opel station van ze vrouw staat gewoon voor hun deur hebben ze express
gedaan denk ik zo dat het lijkt dat ze gewoon thuis zijn (19.37 uur) [52]
Het 65G-adres verstuurde op 5 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
80 zbgl een kleine zwarte citroen.cl staat nu voor de deur maar binnen is alles donker
staan geen lichten aan. Er stond eerst een opel station voor de deur maar die is
verplaats.(21.22 uur) [53]
Citroen C4
Uit een mutatierapport volgt dat [verdachte] op 8 september 2015 op het Jaarbeursplein in Utrecht is gecontroleerd in een gehuurde witte Citroën C4 met kenteken [kenteken] . [54]
Uit de huurovereenkomst volgt dat [verdachte] op 7 september 2015 in Utrecht een witte Citroën C4 met kenteken [kenteken] heeft gehuurd en deze op 10 september 2015 heeft geretourneerd. [55] Hierbij zit een kopie gevoegd van het rijbewijs en het identiteitsbewijs van [verdachte] . [56]
7 september 2015
Op maandag 7 september 2015 werd er blijkens het track- & tracesysteem van de Citroen gekentekend [kenteken] tussen 19.57.08 uur en 19.58.48 uur, gereden over [straat] te [woonplaats] . [57] Er werd met een snelheid tussen de 21 en 24 kilometer per uur gereden.
Het 65G-adres verstuurde op 7 september 2015 de volgende berichten aan 8NG-adres:
-
Ok top sir ik ga vanavond gelijk na ze osso van die man om te kijken of die voor de
deur staat en dan morgen klaar toch(16.59 uur) [58]
-
Ik heb die auto sir ik ga gelijk na die oss van die man(19.16 uur) [59]
-
Hij is thuis sir(19.59 uur) [60]
8 september 2015
Op 8 september 2015 rijdt de Citroën C4 om 07.36 uur richting de [winkel] en staat daar stil tot 09.12 uur. [61]
Het 65G-adres verstuurde op 8 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Normaal kwam hij altijd stipt om 8 uur. Hij zit nog in zijn vakantie trip(09.04 uur) [62]
De Citroën C4 rijdt om 11.59 uur van de [winkel] naar [straat] te [woonplaats] . [63] Tussen 12.38 uur en 13.06 uur staat het voertuig stil te Laren.
Het 65G-adres verstuurde op 8 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Sir ik ben na zijn huis gegaan van die man zijn auto staat voor de deur[…](12.50 uur) [64]
De Citroen C4 is op 8 september 2015 viermaal in de omgeving van de [winkel] in [woonplaats] . [65]
Het 65G-adres verstuurde op 8 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
Nee sir hij was helemaal niet meer gekomen […](22.16 uur) [66]
9 september 2015
De Citroën C4 voorzien van het kenteken [kenteken] heeft op 9 september 2015 tussen 07:50 uur en 08:45 uur op de Diemerschans te Nieuwegein gestaan; een locatie in de omgeving van de [winkel] . [67]
Op 9 september 2015 omstreeks 08:39 uur komt een donkerkleurige Ford Ka met kenteken [kenteken] aangereden op het terrein van de [winkel] . Dit voertuig wordt gebruikt door [slachtoffer] . [68]
Op camerabeelden is te zien dat op het moment dat [slachtoffer] de [winkel] verliet aan de overzijde van het water de man met de hengel met versnelde pas de waterkant verliet en liep in de richting van de Deventerschans. [69]
Op 9 september 2015 van 15:26 tot 17:35 uur staat de Citroen stil op de Deventerschans in Nieuwegein. [70]
Op de camerabeelden is om 17:35 uur te zien dat een witte auto voorbij rijdt op de Jutphasestraatweg te Nieuwegein richting de Graaf Florisweg te Nieuwegein. Deze auto was sterk gelijkend met de Citroën C4.
Op de camerabeelden die staan gericht op de parkeerplaats van de [winkel] is te zien dat [slachtoffer] omstreeks 17.35 uur in zijn auto stapte en vertrok.
Op camerabeelden van de Toyota dealer in Nieuwegein van 9 september 2015 is te zien dat
om 17.38.25 uur een Ford Ka over de Betuwehaven rechtsaf gaat vanaf de
Betuwehaven de Hollandhaven op, in de richting van de Drenthehaven. [71] Te zien is dat om 17.38.46 uur een witte personenauto komt vanaf de Groningenhaven en linksaf gaat de Hollandhaven op, in de richting van de Drenthehaven. Om 17.38.48 uur is te zien dat dezelfde witte personenauto doorrijdt over de Hollandhaven in de richting van de Drenthehaven.
Door verbalisanten werd vastgesteld dat de aanrijdtijd van de Deventerschans/Jutphaserstraatweg naar de kruising Hollandhaven/Groningerhaven ongeveer 1 minuut en 23 seconden bedraagt. [72]
Op 9 september 2015 te 17:41:14 uur passeert de Ford KA voorzien van het kenteken [kenteken] het camerasysteem aan de Waterliniedok te Nieuwegein met in zijn kielzog een voertuig met kenteken [kenteken] om 17:41:21 uur. [73]
Uit de track&trace gegevens van de Citroën C4 blijkt dat op 9 september 2015 de auto richting Huizen reed en daar om 18.11.54 uur de afrit Huizen passeerde. [74] Om 18.20 uur kwam vervolgens de eerste melding binnen van een schietincident op [straat] te [woonplaats] . [75]
Het 65G-adres verstuurde op 10 september 2015 het volgende bericht aan het 8NG-adres:
[…] ik ben met hem mee gereden tot aan de afslag head wist kenteken van die man
Sir als je op die foto groen polotje ziet dan is het correct […](16.24 uur) [76]
Bewijsoverwegingen
Gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
[verdachte] gebruiker [emailadres] én Citroën C4
Verdachte is de gebruiker geweest van het 65G-adres. Het Blackberry-toestel dat is gekoppeld aan dit adres is gevonden in zijn woning, op de eettafel en de inhoud van de berichten verstuurd vanaf dit adres (over het vissen) op 10 augustus 2015 stroken met de camerabeelden van die datum waarop verdachte is herkend als de visser. Uit de bewijsmiddelen volgt tevens dat verdachte de gebruiker is geweest van de Citroën C4.
In artikel 48 van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr.) is het opzettelijk behulpzaam zijn bij, of het opzettelijk gelegenheid/middelen/inlichtingen verschaffen tot een door ander begaan misdrijf strafbaar gesteld als medeplichtigheid.
Verdachte heeft (in ieder geval) vanaf 29 juli 2015 tot het moment waarop [slachtoffer] werd vermoord, observaties uitgevoerd bij de [winkel] in [woonplaats] en het woonadres van [slachtoffer] in [woonplaats] . Verdachte heeft [slachtoffer] diverse malen gevolgd op weg naar de [winkel] en naar zijn woonadres. Zijn hele doen en laten heeft verdachte in kaart gebracht. Uit de inhoud van de pgp-berichten leidt de rechtbank af dat verdachte met betrekking tot zijn activiteiten als spotter, steeds in nauw overleg heeft gestaan met andere bij de moordaanslag betrokken personen, waar onder (al dan niet via een derde persoon) de vermoedelijke schutter. Hij heeft inlichtingen verschaft over de rol van [slachtoffer] , zijn signalement, auto’s en kentekens, door [slachtoffer] afgelegde routes en de tijdstippen waarop [slachtoffer] zich op het werk danwel thuis bevond. Zoals vooraf besproken met de vermoedelijke schutter, heeft verdachte [slachtoffer] ook op de dag van de moord gevolgd tot de afslag Huizen.
Dubbel opzet
Voor een bewezenverklaring van medeplichtigheid als bedoeld in artikel 48 onder 1° of 2° Sr. moet komen vast te staan dat verdachtes opzet (al dan niet in voorwaardelijke vorm) was gericht op het behulpzaam zijn bij het plegen van het misdrijf dan wel op het verschaffen van gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf en voorts dat verdachtes opzet al dan niet in voorwaardelijke vorm was gericht op het door de dader(s) gepleegde misdrijf (gronddelict). Daarbij geldt dat het (voorwaardelijk) opzet van de medeplichtige niet gericht hoeft te zijn op de precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan.
De rechtbank is van oordeel dat gelet op de inhoud van de berichten die verdachte heeft verzonden, hij wetenschap heeft gehad van het feit dat zijn inlichtingen van belang waren voor en konden bijdragen aan de beoogde liquidatie. De rechtbank verwijst daarbij met name naar de volgende berichten die in de bewijsmiddelen zijn opgenomen:
  • […] deze man gaat snel sir. Kk hoeren verader(29 juli 2015)
  • […] hij gaat snel plat sir(30 juli 2015)
  • Nee sir kan niet missen. Morgen moet het klaar zijn met die jood(10 augustus 2015)
De rechtbank wordt in haar overtuiging gesterkt doordat verdachte in zijn berichten rept van inlichtingen die zijn of moeten worden doorgegeven aan ‘
head’, hetgeen bekende codetaal is voor schutter. Verder komt uit de berichten van verdachte naar voren dat hij op de dag na de liquidatie aan de hand van foto’s op internet nagaat of de juiste persoon is geliquideerd.
Gelet op voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verdachte opzet heeft gehad op het verstrekken van inlichtingen ten behoeve van de liquidatie van [slachtoffer] . Daarmee is voldaan aan het vereiste van dubbel opzet.
De rechtbank acht gelet op het voorgaande bewezen dat verdachte medeplichtig is aan de moord op [slachtoffer] .
[medeverdachte 1] als medepleger
In de tenlastelegging is [medeverdachte 1] als medepleger opgenomen. De rechtbank is van oordeel dat het onderhavige procesdossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat voor de betrokkenheid van [medeverdachte 1] als medepleger. Van dit onderdeel van de tenlastelegging zal verdachte derhalve worden vrijgesproken.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
één onbekend gebleven persoon op 9 september 2015 te Huizen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachte rade [slachtoffer] (hierna te noemen: [slachtoffer] ) van het leven heeft beroofd, immers heeft die onbekend gebleven persoon met een vuurwapen een aantal kogels in het lichaam van die [slachtoffer] geschoten, ten gevolge waarvan die [slachtoffer] is overleden
tot het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op meer tijdstippen in de periode van 29 juli 2015 tot en met 9 september 2015 te Huizen en Nieuwegein en/of elders in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, telkens opzettelijk behulpzaam is geweest en opzettelijk inlichtingen heeft verschaft, door
- op meer tijdstippen in de periode van 29 juli 2015 tot en met 9 september 2015 te Nieuwegein post te vatten op een locatie met zicht op de werklocatie van [slachtoffer] , te weten de [winkel] gelegen aan de [adres] te [woonplaats] , en op een locatie met zicht op de woning van [slachtoffer] gelegen aan de [adres] te [woonplaats] , en
- inlichtingen aangaande:
* de vermoedelijke rol van [slachtoffer] binnen voornoemde [winkel] , en
* het signalement van [slachtoffer] en het woonadres van [slachtoffer] , en
* de auto's waar [slachtoffer] gebruik van maakte en/of de bijbehorende kentekens en
* de tijdstippen waarop [slachtoffer] van huis naar de [winkel] reed en van de [winkel] naar huis reed, en
* de tijdstippen waarop [slachtoffer] aanwezig was in de [winkel] en in zijn woning, en
* de route die [slachtoffer] reed van zijn huis naar de [winkel] en van de [winkel] naar huis, en de tijd die gemoeid was met het rijden van deze route, en
* signalementen, voertuigen met bijbehorende kentekens
en tijdstippen van aanwezigheid op de werklocatie van [slachtoffer] van een of meer andere medewerkers van de [winkel] , en
* signalementen, voertuigen met bijbehorende kentekens en tijdstippen van aanwezigheid in de woning van [slachtoffer] van een of meer gezinsleden van [slachtoffer] , en
* de beste en snelste manier om de dagelijkse routine van [slachtoffer] in kaart te krijgen, en
* overige omstandigheden rondom die [slachtoffer] , al dan niet via een tussenpersoon te verschaffen aan een onbekend gebleven persoon en
- op 7 september 2015 te Utrecht een personenauto (merk Citroën, gekentekend [kenteken] ) te huren en op meer tijdstippen omstreeks 9 september 2015 met die personenauto te rijden naar en langs en post te vatten bij de werklocatie van voornoemde [slachtoffer] en (de auto van) die [slachtoffer] na het verlaten van diens werklocatie te volgen en inlichtingen over het tijdstip van vertrek van die [slachtoffer] en de actuele locatie van die [slachtoffer] , al dan niet via een tussenpersoon te verschaffen aan een onbekend gebleven persoon.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet het volgende strafbare feit op:
Medeplichtigheid in vereniging aan moord

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van zestien jaren, met aftrek van het voorarrest.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft een uitgebreid strafmaatverweer gevoerd en geconcludeerd dat de vordering van de officier van justitie te fors is.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals van één en ander ter terechtzitting is gebleken. Ter toelichting daarop overweegt de rechtbank het volgende.
De ernst van het feit
Op 9 september 2015 is [slachtoffer] op koelbloedige en professionele wijze vermoord door hem van dichtbij meerdere kogels door zijn lichaam te schieten. De schutter heeft op klaarlichte dag, in een woonwijk, het leven van [slachtoffer] met geweld beëindigd. Zijn echtgenote, die op dat moment in de woning aanwezig was, heeft de schoten gehoord waarmee haar man om het leven is gebracht. Een nog minderjarige getuige heeft gezien hoe de schutter meerdere schoten loste op het lichaam van [slachtoffer] . Vervolgens hebben meerdere omwonenden [slachtoffer] doodgeschoten in zijn auto zien zitten.
De moord op [slachtoffer] heeft immens veel leed veroorzaakt voor met name de echtgenote en dochters van [slachtoffer] , leed dat niet in woorden is uit te drukken. Zij moeten leven met het enorme gemis en met de wetenschap hoe en waarom hun dierbare om het leven is gebracht. De naasten van [slachtoffer] hebben jaren in het duister getast naar het waarom van deze moordaanslag op hun echtgenoot en vader. Door de ontsluiting van de Ennetcom-berichten is er meer inzicht gekomen in het motief achter de moord.
Op 15 juli 2015 hebben er binnen het onderzoek 26Koper diverse aanhoudingen plaatsgevonden. Tevens is een loods met een grote hoeveelheid wapens aangetroffen. Uit onderzoek is gebleken dat enkele verdachten uit dat onderzoek aankopen hebben gedaan bij de [winkel] waar [slachtoffer] werkzaam was. Onder meer uit berichten tussen medeverdachte [medeverdachte 2] en [A] van 29 juli 2015, blijkt dat men ervan overtuigd was dat de [winkel] hen ‘genaaid’ had, door met de politie te praten en auto’s niet goed te
sweepen(te controleren op bakens en afluisterapparatuur). Uit het procesdossier komt naar voren dat men, gelet op het voorgaande, vond dat er een signaal diende te worden afgegeven. De rechtbank constateert dat [slachtoffer] om het leven is gebracht, kennelijk om een boodschap af te geven aan de [winkel] en ook aan andere leveranciers, dat zij zich niet moeten inlaten met de politie. Veelzeggend is in dit verband het bericht van verdachte van 9 augustus 2015, 13:02 uur:
Dat is de reden waarom ik dit. Nog doe. Ik weet dat het anders kapot valt ik help graag sir u helpt mij ook wreed ik sta altijd klaar sir. Als die man achter de rug is wou ik eigenlijk ff weg gaan na marocco maar er moet we 'Il een vervanger zijn die goed te vertrouwen is. [77] En het bericht van 9 september 2015, 19:01 uur dat wordt toegeschreven aan [B] :
Salam sir kyk nieuws straks! Kanker [winkel] honden !! Hebben dubbel spel gespeelt met ons sweapen en zenders plaatste ze voor petten sir maar boodschap is aangekomen. [78]
De rechtbank overweegt dat verdachte willens en wetens heeft meegewerkt aan een buitengewoon ernstig en schokkend strafbaar feit. Verdachte heeft door het verschaffen van inlichtingen een wezenlijke bijdrage geleverd aan de moord. Verdachte heeft geen enkel respect getoond voor het leven van [slachtoffer] of voor het verdriet dat diens nabestaanden zou worden aangedaan. De rechtbank overweegt dat uit de berichten van verdachte juist volgt dat hij van harte heeft meegewerkt aan deze moord. Verdachte was op de hoogte van het motief van de moord, te weten het afgeven van de boodschap dat meewerken met de politie met de dood zal worden bekocht. De officier van justitie heeft naar het oordeel van de rechtbank terecht opgemerkt dat de moord op [slachtoffer] gelet op dat motief een directe aantasting is van de Nederlandse rechtsstaat.
De persoon van verdachte
De rechtbank overweegt dat verdachte ontkent enige betrokkenheid te hebben gehad bij de moord op [slachtoffer] . Op vragen van de rechtbank en de officier van justitie heeft hij zich voornamelijk op zijn zwijgrecht beroepen. Gelet op de houding van verdachte heeft de rechtbank geen inzicht gekregen in zijn denkbeelden en zijn beweegredenen voor het behulpzaam zijn bij het plegen van een moord. Gelet op het feit dat de moord op [slachtoffer] inmiddels ruim vier jaar geleden heeft plaatsgevonden, heeft de rechtbank ook geen inzicht gekregen of zijn denkbeelden mogelijk zijn veranderd. De rechtbank stelt vast dat verdachte geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen en geen berouw heeft getoond voor zijn handelen. Verdachte heeft ook geweigerd medewerking te verlenen aan reclasseringsonderzoek.
De rechtbank overweegt dat verdachte in de tenlastegelegde periode zich intensief heeft bezig gehouden met het observeren van [slachtoffer] . Uit het procesdossier komt zelfs het beeld naar voren dat het fungeren als ‘spotter’ voor verdachte een doorgaande bezigheid was. Zo blijkt uit de berichten die verdachte heeft verzonden dat hij, in de periode dat [slachtoffer] vermoedelijk op vakantie was, vraagt of er mogelijk een andere persoon is die hij kan observeren. Daarnaast is in het procesdossier een bericht opgenomen waarin verdachte op 2 februari 2016 laat weten ‘aan de spot’ te zijn. Hieruit leidt de rechtbank af dat verdachte ook
nade moord op [slachtoffer] observaties heeft uitgevoerd in de rol van ‘spotter’.
De rechtbank stelt vast dat uit de justitiële documentatie van verdachte volgt dat hij eerder een gevangenisstraf opgelegd heeft gekregen van drie jaar voor onder meer deelname aan een criminele organisatie in het onderzoek 26Koper.
Redelijke termijn
De rechtbank stelt voorop dat in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) het recht van iedere verdachte is gewaarborgd om binnen een redelijke termijn te worden berecht. Die termijn vangt aan op het moment dat vanwege de Nederlandse Staat tegenover de betrokkene een handeling is verricht waaraan deze in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat tegen hem ter zake van een bepaald strafbaar feit door het openbaar ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld. Als uitgangspunt heeft te gelden dat de behandeling ter terechtzitting dient te zijn afgerond met een eindvonnis binnen twee jaar nadat de redelijke termijn is aangevangen, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden. Daarbij wordt gekeken naar de ingewikkeldheid van de zaak en de mate van voortvarendheid die in het opsporingsonderzoek is betracht. [79] Overschrijding van de redelijke termijn wordt in beginsel gecompenseerd door vermindering van de straf die zou zijn opgelegd indien de redelijke termijn niet zou zijn overschreden.
De rechtbank overweegt dat verdachte op 10 mei 2016 is aangehouden in verband met betrokkenheid bij de moord op [slachtoffer] . Deze datum geldt als het moment van aanvang van de redelijke termijn. Gedurende de gevangenhouding van dertig dagen, bleek dat de toegankelijke berichten op de pgp-telefoon van verdachte dateerden van 2 februari 2016 en geen betrekking hadden op de moord op [slachtoffer] . Aangezien verdachte ten tijde van zijn aanhouding in het onderhavige onderzoek, al vast zat voor het onderzoek 26Koper, is door het openbaar ministerie besloten om geen vordering verlenging gevangenhouding in te dienen. Na de opheffing van de voorlopige hechtenis, is het onderzoek naar de moord op
[slachtoffer] voortgezet. Pas in 2019 is het mogelijk gebleken om nog meer Ennetcom-berichten te ontsluiten, die nieuwe ernstige bezwaren vormden voor verdachte op basis waarvan hij opnieuw in voorlopige hechtenis is genomen.
Met betrekking tot deze aanvullende Ennetcom-berichten, kan worden geconstateerd dat de datum van aanlevering het gevolg is geweest van de complexiteit van het ontsluiten van deze berichten, en niet het gevolg van enig gebrek aan voortvarendheid binnen het opsporingsonderzoek. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat er geen sprake is van overschrijding van de redelijke termijn.
De op te leggen straf
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf gekeken naar straffen die in soortgelijke moordzaken zijn opgelegd. Hoewel strafzaken zich moeilijk laten vergelijken, is het wel mogelijk een rode draad te onderscheiden.
Het vermoedelijke motief in de door de officier van justitie aangehaalde moordzaak met betrekking tot de broer van de kroongetuige en het motief van de moord op [slachtoffer] laten zich redelijk goed vergelijken. De rechtbank neemt voor een moord als de onderhavige (een liquidatie) een gevangenisstaf van 25 jaar als uitgangspunt. Verdachte is medeplichtig aan deze moord. De lijn van de wet is dat de straf die aan een (mede)pleger van een delict wordt opgelegd bij een medeplichtige met een derde dient te worden verminderd. Met name gelet op de toepassing van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht komt de rechtbank tot een lagere straf dan door de officier van justitie geëist.
De rechtbank is op grond van het voorgaande van oordeel dat een forse gevangenisstraf passend en geboden is. Met inachtneming van de rol van verdachte bij de moord, wordt hij veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijftien jaar met aftrek van de tijd die verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.

9.BENADEELDE PARTIJ

[benadeelde] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 11.612,38. Dit bedrag bestaat uit € 1.612,38 materiële schade en € 10.000,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde feit.
9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De benadeelde partij is geconfronteerd met het overlijden van haar vader en daarnaast de afschuwelijke realiteit van de moord. Zij heeft hierdoor shockschade opgelopen. De officier van justitie acht de geleden schade voldoende onderbouwd. De officier van justitie is van mening dat de gevorderde schade van de benadeelde partij geheel voor toewijzing in aanmerking komt met daarbij oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Het gevorderde bedrag dient hoofdelijk aan verdachte en zijn medeverdachte te worden opgelegd.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging verzoekt de vordering ten aanzien van de immateriële schade geheel af te wijzen, dan wel niet-ontvankelijk te verklaren. De verdediging stelt dat er geen directe confrontatie heeft plaatsgevonden na de moord op haar vader en dat daardoor geen sprake is van shockschade. Daarnaast is het geestelijk letsel onvoldoende onderbouwd.
Gelet op het voorgaande stelt de verdediging dat de benadeelde partij eveneens geen aanspraak kan maken op materiële schade. De verdediging verzoekt materiële schade eveneens af te wijzen, dan wel niet-ontvankelijk te verklaren.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt voorop dat het evident is dat de benadeelde partij door de moord op haar vader zeer veel leed is toegebracht. De rechtbank overweegt dat het goed invoelbaar is dat de aanblik van haar vader in het mortuarium met schotwonden in onder andere zijn gezicht, haar voor de rest van haar leven heeft getekend.
Ondanks het voorgaande overweegt de rechtbank dat uit vaste rechtspraak volgt dat slechts voor een zeer beperkte kring van personen en onder zeer bijzondere omstandigheden de mogelijkheid bestaat tot het verkrijgen van een vergoeding van geleden shockschade. [80] De grondslag hiervoor is gelegen in artikel 6:106, eerste lid, sub b, van het Burgerlijk Wetboek. Bij de toepassing van voormelde bepaling - ook in zaken als de onderhavige, waarbij het slachtoffer door een geweldsmisdrijf om het leven is gekomen - heeft de Hoge Raad steeds vastgehouden aan een zeer strikte uitleg van de geldende criteria. De Hoge Raad heeft bepaald dat de ernst van het feit geen reden is die criteria opzij te schuiven of af te zwakken.
De rechtbank overweegt dat bij de beoordeling van een vordering tot vergoeding van shockschade, de maatstaf of sprake is van geestelijk letsel in de vorm van een psychiatrisch erkend ziektebeeld, in acht dient te worden genomen. In de regel wordt een vordering tot vergoeding van shockschade afgewezen als deze niet is onderbouwd met een schriftelijke verklaring van een psycholoog of psychiater. Een dergelijke verklaring is echter geen voorwaarde voor toekenning van shockschade. Waar het om gaat is dat kan worden vastgesteld dat sprake is van een in de psychiatrie erkend ziektebeeld. De rechtbank overweegt dat het vaak om complexe vraagstukken gaat (zoals causaal verband, relativiteit en omvang van de schade) en er om die reden strenge eisen gelden voor zowel de ontvankelijkheid als de toewijzing van shockschade.
De rechtbank stelt vast dat de benadeelde partij geen stukken heeft kunnen overleggen waaruit volgt dat zij lijdt aan een in de psychiatrie erkend ziektebeeld. Het vormt een onevenredige belasting van het strafgeding om de benadeelde partij de gelegenheid te geven alsnog bewijsstukken over te leggen. Gelet op het voorgaande zal de rechtbank de vordering van de benadeelde partij, zowel ten aanzien van de materiële als de immateriële schade, niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 47, 48, 63 en 289 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van
15 (vijftien) jaren;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden;
Benadeelde partij
  • verklaart [benadeelde] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
  • compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt;
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Bos, voorzitter, mrs. W.S. Ludwig en H.B.W. Beekman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. O.S. Salet, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 9 maart 2020.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
[medeverdachte 1] en/of één of meer (andere) onbekend gebleven perso(o)n(en) op of omstreeks 9 september 2015 te Huizen, althans in het arrondissement Midden-Nederland, tezamen en in vereniging met met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en al dan niet met voorbedachte rade [slachtoffer] (hierna te noemen: [slachtoffer] ) van het leven heeft/hebben beroofd, immers heeft/hebben die [medeverdachte 1] en/of één of meer (andere) onbekend gebleven perso(o)n(en) met een vuurwapen een aantal kogels in het lichaam van die [slachtoffer] geschoten, tengevolge waarvan die [slachtoffer] is overleden
tot het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 juli 2015 tot en met 9 september 2015 te Huizen en/of Nieuwegein en/of Amsterdam en/of (elders) in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 29 juli 2015 tot en met 9 september 2015 te Nieuwegein post te vatten op een locatie met zicht op de werklocatie van [slachtoffer] , te weten de [winkel] gelegen aan de [adres] te [woonplaats] , en/of op een locatie met zicht op de woning van [slachtoffer] gelegen aan de [adres] te [woonplaats] , en/of
- inlichtingen aangaande:
* de (vermoedelijke) rol van [slachtoffer] binnen voornoemde [winkel] , en/of
* het signalement van [slachtoffer] en/of het woonadres van [slachtoffer] , en/of
* de auto('s) waar [slachtoffer] gebruik van maakte en/of de bijbehorende kenteken(s) en/of
* de tijdstippen waarop [slachtoffer] van huis naar de [winkel] reed en/of van de [winkel] naar huis reed, en/of
* de tijdstippen waarop [slachtoffer] aanwezig was in de [winkel] en/of in zijn woning, en/of
* de route die [slachtoffer] reed van zijn huis naar de [winkel] en/of van de [winkel] naar huis, en/of de tijd die gemoeid was met het rijden van deze route, en/of
* signalement(en), voertuig(en) (met bijbehorend(e) kenteken(s))
en/of tijdstippen van aanwezigheid op de werklocatie van [slachtoffer] van een of meer andere medewerker(s) van de [winkel] , en/of
* signalementen, voertuig(en) (met bijbehorend(e) kenteken(s)) en/of tijdstippen van aanwezigheid in de woning van [slachtoffer] van een of meer gezinsleden van [slachtoffer] , en/of
* de beste en snelste manier om de dagelijkse routine van [slachtoffer] in kaart te krijgen, en/of
* overige omstandigheden rondom die [slachtoffer] , al dan niet via (een) tussenperso(o)n(en) te verschaffen aan die [medeverdachte 1] en/of één of meer (andere) onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of
- op of omstreeks 7 september 2015 te Utrecht een personenauto (merk Citroën, gekentekend [kenteken] ) te huren en/of op één of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 9 september 2015 met die personenauto te rijden naar en/of langs en/of post te vatten bij de werklocatie van voornoemde [slachtoffer] en/of (de auto van) die [slachtoffer] na het verlaten van diens werklocatie te volgen en/of inlichtingen over het tijdstip van vertrek van die [slachtoffer] en/of de actuele locatie van die [slachtoffer] , al dan niet via (een) tussenperso(o)n(en) te verschaffen aan die [medeverdachte 1] en/of één of meer (andere) onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of in de gaten te houden of [slachtoffer] zou afwijken van het verwachte vertrektijdstip en/of de verwachte rijroute.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreffen dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlage opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 25 oktober 2019, genummerd PL0900-2015274558, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 2569. Tenzij anders vermeld, zijn deze processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 70.
3.Pagina 65.
4.Pagina 78.
5.Pagina 71.
6.Pagina 107.
7.Pagina 88 en 89.
8.Pagina 1069.
9.Pagina 986.
10.Pagina 1070.
11.Pagina 1512.
12.De zomertijd liep in 2015 van 29 maart tot 25 oktober.
13.Pagina 1518.
14.Pagina 1519.
15.Pagina 1521.
16.Pagina 1541.
17.Pagina 1548.
18.Pagina 1559.
19.Pagina 1561.
20.Pagina 1563.
21.Pagina 1570.
22.Pagina 1571.
23.Pagina 248.
24.Pagina 274.
25.Pagina 325.
26.Pagina 326.
27.Pagina 327, 331 en 333.
28.Pagina 1578.
29.Pagina 1579.
30.Pagina 1580.
31.Pagina 1583.
32.Pagina 1584.
33.Pagina 1585.
34.Pagina 1586.
35.Pagina 1587.
36.Pagina 1589.
37.Pagina 2541.
38.Pagina 1592.
39.Pagina 2541.
40.Pagina 2541.
41.Pagina 1683.
42.Pagina 1595.
43.Pagina 1600.
44.Pagina 2541.
45.Pagina 1603.
46.Pagina 1605.
47.Pagina 2541.
48.Pagina 1618.
49.Pagina 1626.
50.Pagina 1634.
51.Pagina 1636.
52.Pagina 1639.
53.Pagina 1640.
54.Pagina 336.
55.Pagina 354.
56.Pagina 355-358.
57.Pagina 586.
58.Pagina 1499.
59.Pagina 1499.
60.Pagina 1499.
61.Pagina 706.
62.Pagina 1500.
63.Pagina 707.
64.Pagina 1500.
65.Pagina 709.
66.Pagina 1500.
67.Pagina 786-787.
68.Pagina 1797.
69.Pagina 841.
70.Pagina 564.
71.Pagina 842.
72.Pagina 877.
73.Pagina 849.
74.Pagina 789.
75.Pagina 791.
76.Pagina 1509.
77.Pagina 2541.
78.Pagina 1505.
80.ECLI:NL:HR:BI8583