ECLI:NL:RBMNE:2020:5877
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking van subsidievaststelling wegens valsheid in geschrifte en onjuiste gegevens in verantwoording
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 24 december 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een organisatie die subsidie ontving uit het Europees Sociaal Fonds, en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De Staatssecretaris had in een besluit van 8 februari 2018 de subsidievaststelling van 11 februari 2013 voor een project ingetrokken en het subsidiebedrag van €18.000,- teruggevorderd. Dit besluit volgde op de ontdekking van valsheid in geschrifte, waarbij de facturen die door de betrokken rechtspersonen aan eiseres waren gepresenteerd, vals bleken te zijn. Eiseres heeft tegen het besluit bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard in het bestreden besluit van 27 augustus 2019.
Tijdens de zitting op 24 november 2020 heeft eiseres betoogd dat er wel degelijk werkzaamheden zijn verricht voor het project en dat de intrekking van de subsidie onterecht was. De rechtbank oordeelde echter dat de administratie van eiseres niet deugde en dat er geen recht op het subsidiebedrag bestond. De rechtbank baseerde haar oordeel op de vonnissen van de rechtbank Overijssel, waarin valsheid in geschrifte was vastgesteld. Eiseres had geen concrete informatie aangedragen die haar standpunt kon onderbouwen.
De rechtbank concludeerde dat de Staatssecretaris terecht gebruik had gemaakt van zijn bevoegdheid om de subsidievaststelling in te trekken op basis van artikel 4:49 van de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond, waarmee de intrekking van de subsidie werd bevestigd. De uitspraak werd openbaar gemaakt op rechtspraak.nl en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.