ECLI:NL:RBMNE:2020:5456

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
1 december 2020
Publicatiedatum
15 december 2020
Zaaknummer
C/16/511564 / JE RK 20-2130
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling en machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige na een jaar wachten op vervolgplek

In deze zaak heeft de kinderrechter op 1 december 2020 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging gesloten jeugdhulp voor een 11-jarige jongen, hierna te noemen [voornaam van minderjarige]. De zaak werd behandeld door de kinderrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht. De verzoeken tot verlenging zijn ingediend door Samen Veilig Midden-Nederland, de gecertificeerde instelling (GI), die verantwoordelijk is voor de jeugdhulp van [voornaam van minderjarige]. De jongen verblijft momenteel gesloten bij [naam instelling] en wacht al een jaar op een vervolgplek na een eerdere gesloten plaatsing.

Tijdens de mondelinge behandeling op 1 december 2020 heeft de kinderrechter met [voornaam van minderjarige] gesproken via Skype, waarbij de advocaat van de jongen, mr. E.D. van Elst, aanwezig was. De moeder van [voornaam van minderjarige] was ook aanwezig, evenals een vertegenwoordiger van de GI en een gedragswetenschapper. De GI heeft verzocht om de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] te verlengen voor de duur van één jaar en om een machtiging gesloten jeugdhulp voor dezelfde periode. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de gesloten plaatsing nog steeds noodzakelijk is vanwege de gedragsproblematiek van [voornaam van minderjarige] en het risico op onttrekking aan de hulp.

De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling toegewezen en een machtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van zes maanden. De kinderrechter benadrukt het belang van een passende vervolgplek voor [voornaam van minderjarige], aangezien de huidige situatie leidt tot onrust en negatief gedrag. De kinderrechter hoopt dat er snel perspectief komt voor [voornaam van minderjarige] en dat hij kan worden overgeplaatst naar een geschikte plek, zodat hij zich verder kan ontwikkelen.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Familierecht
Zittingsplaats: Utrecht
Zaakgegevens: C/16/511564 / JE RK 20-2130
(verlenging ondertoezichtstelling)
C/16/511565 / JE RK 20-2131
(machtiging gesloten jeugdhulp)
Datum uitspraak: 1 december 2020
Beschikking verlenging ondertoezichtstelling en machtiging gesloten jeugdhulp
In de zaak van
de gecertificeerde instelling
Samen Veilig Midden-Nederland,hierna te noemen de GI,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
betreffende
[naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2009 te [geboorteplaats] , hierna te noemen [voornaam van minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:
[naam belanghebbende], hierna te noemen de moeder,
wonende te [woonplaats] .

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
  • de verzoeken met bijlagen van de GI van 23 oktober 2020, ingekomen bij de griffie op 27 oktober 2020;
  • de bepaling jeugdhulp van 23 oktober 2020;
  • de instemmingsverklaring van de gekwalificeerde gedragswetenschapper van 21 november 2020.
1.2.
Op 1 december 2020 stonden de verzoeken op zitting gepland. De kinderrechter heeft voorafgaand aan de mondelinge behandeling met [voornaam van minderjarige] gesproken via Skype. Daarbij was mr. E.D. van Elst, de advocaat van [voornaam van minderjarige] , aanwezig in de zittingszaal. De kinderrechter heeft vervolgens de zaak mondeling behandeld in aanwezigheid van de advocaat van [voornaam van minderjarige] , de moeder en mevrouw [A] , namens de GI. Mevrouw [B] , gedragswetenschapper bij [naam instelling] , was daarbij aangesloten via Skype.

2.De feiten

2.1.
Het ouderlijk gezag over [voornaam van minderjarige] wordt uitgeoefend door de moeder.
2.2.
[voornaam van minderjarige] verblijft gesloten bij [naam instelling] in [plaatsnaam] .
2.3.
De kinderrechter heeft bij beschikking van 28 november 2019 de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] verlengd tot 6 december 2020. Bij deze beschikking is ook een trajectmachtiging tot 6 december 2020 voor [voornaam van minderjarige] verleend, inhoudende een machtiging gesloten jeugdhulp en aansluitend een machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie jeugdhulpaanbieder.

3.De verzoeken

3.1.
De GI verzoekt om de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] te verlengen voor de duur van één jaar. Dit verzoek staat geregistreerd onder zaaknummer C/16/511564 / JE RK 20-2130.
3.2.
Ook doet de GI het verzoek (geregistreerd onder zaaknummer C/16/511565 / JE RK 20-2131) om een machtiging gesloten jeugdhulp voor [voornaam van minderjarige] te verlenen voor één jaar.
3.3.
Ter onderbouwing van de verzoeken wordt verwezen naar de overgelegde stukken.
3.4.
De GI heeft de verzoeken tijdens de mondelinge behandeling als volgt aangevuld. Het is tijd om [voornaam van minderjarige] vanuit de geslotenheid over te plaatsen naar een open plek. De GI werkt hard om een passende vervolgplek voor [voornaam van minderjarige] te vinden. Er is met [voornaam van minderjarige] een gezinshuis bezocht. De GI hoopt dat [voornaam van minderjarige] daar op korte termijn terecht kan. Mocht deze plaatsing niet mogelijk blijken, gaat de GI door met het zoeken naar andere mogelijkheden. Dat kan enige tijd duren. Tot die tijd vindt de GI het noodzakelijk om de plaatsing van [voornaam van minderjarige] bij [naam instelling] te waarborgen. Verder wil de GI het 2thepointtraject en NIKA inzetten om te kijken wat haalbaar is qua uitbreiding van de omgang tussen [voornaam van minderjarige] en zijn moeder.

4.De standpunten

4.1.
Tijdens het kindgesprek heeft [voornaam van minderjarige] verteld dat hij graag naar huis wil. De advocaat begrijpt deze wens van [voornaam van minderjarige] volledig, maar zij stelt ook dat er formeel wordt voldaan aan de voorwaarden van de wet om een gesloten machtiging te verlenen. Voor wat betreft de termijn kan de advocaat zich vinden in het verlenen van de machtiging voor de duur van zes maanden om de vinger aan de pols te houden. Het is namelijk dringend noodzakelijk in het belang van [voornaam van minderjarige] dat hij zo snel mogelijk naar een vervolgplek kan.
4.2.
Voor de moeder staat de veiligheid van [voornaam van minderjarige] voorop. Zij kan zich in de verzoeken vinden, zolang [voornaam van minderjarige] veilig is. Zij hoopt dat [voornaam van minderjarige] snel naar een gezinshuis kan.
4.3.
De gedragswetenschapper van [naam instelling] is zeer kritisch ten aanzien van (de termijn van) de gevraagde machtiging. [voornaam van minderjarige] verblijft al langere tijd bij [naam instelling] . De geslotenheid is eigenlijk niet langer gerechtvaardigd, maar er is sprake van plaatsingsproblematiek. [voornaam van minderjarige] ervaart hierdoor onduidelijkheid. Dat is niet goed voor hem. Hij valt terug in negatief gedrag. Hij probeert relaties stuk te maken en is verschrikkelijk onzeker en angstig. Hij kan de huidige situatie amper verdragen. De gedragswetenschapper heeft benadrukt dat de rek van de gesloten plaatsing eruit aan het raken is. Het is echt noodzakelijk dat [voornaam van minderjarige] op korte termijn naar een voor hem passende vervolgplek gaat.
5. De beoordeling
Ten aanzien van de verlenging van de ondertoezichtstelling
5.1.
De kinderrechter wijst het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] met één jaar toe. Er is geen (inhoudelijk) verweer gevoerd en er is voldaan aan het wettelijke vereiste genoemd in artikel 1:255, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek (BW).
Ten aanzien van een machtiging gesloten jeugdhulp
5.2.
De kinderrechter verleent een machtiging gesloten jeugdhulp voor [voornaam van minderjarige] voor de duur van zes maanden. Het overige wordt afgewezen. Zij legt hieronder uit waarom.
5.3.
De kinderrechter kan een machtiging gesloten jeugdhulp voor een jeugdige afgeven als jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Daarnaast moet de gesloten plaatsing noodzakelijk zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan de benodigde hulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. [1]
5.4.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling volgt dat is voldaan aan de hiervoor genoemde voorwaarden. In de eerste plaats komt dit door de forse gedragsproblematiek van [voornaam van minderjarige] . Hij verblijft daarom al ruim drie jaar in een gesloten instelling. In het afgelopen jaar heeft [voornaam van minderjarige] een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Deze ontwikkeling is pril, want in de afgelopen weken is de gedragsproblematiek weer wat meer zichtbaar. Dit komt door de verhuizing die eraan zit te komen. Ten tweede is de kans op onttrekking nog steeds aanwezig. In het verleden, maar ook recentelijk, heeft [voornaam van minderjarige] wegloopgedrag vertoond. De geslotenheid is daarom vooralsnog noodzakelijk. Daarbij komt dat het in het belang is van [voornaam van minderjarige] om de komende overstap naar een nieuwe plek te maken vanuit zijn vertrouwde omgeving bij [naam instelling] .
5.5.
Verder is er aanleiding voor een termijn van zes maanden. De kinderrechter maakt zich namelijk ernstig zorgen om de plaatsingsproblematiek waar [voornaam van minderjarige] al langere tijd mee te maken heeft. Tijdens de vorige mondelinge behandeling in november 2019 is al uitgebreid gesproken over een passende vervolgplek voor [voornaam van minderjarige] . In het afgelopen jaar is helaas gebleken dat er geen plek op maat beschikbaar is. Hiervan is [voornaam van minderjarige] de dupe. Het is daarom noodzakelijk om te benadrukken dat [voornaam van minderjarige] moet worden overgeplaatst naar een passende plek. Alle betrokken partijen zijn het hierover eens. Na een hele lange tijd van geslotenheid heeft [voornaam van minderjarige] een goede start gemaakt met ontwikkelen en het moet niet zo zijn dat deze positieve ontwikkeling volledig teniet wordt gedaan door het gebrek aan een vervolgplek. Momenteel heeft de huidige situatie al invloed op het gedrag van [voornaam van minderjarige] . Hij valt terug in negatief gedrag. De onduidelijkheid over een vervolgplek zorgt voor onrust, spanningen en een gebrek aan motivatie. De kinderrechter vindt dit veel te zorgelijk. Zij hoopt dat [voornaam van minderjarige] op korte termijn perspectief wordt geboden en dat hij zo snel mogelijk naar een voor hem passende vervolgplek kan, zodat hij zich verder kan richten op zijn ontwikkeling.

6.De beslissing

De kinderrechter:
6.1.
verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam van minderjarige] , met ingang van 8 december 2020 tot 8 december 2021;
6.2.
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
6.3.
verleent een machtiging gesloten jeugdhulp voor [voornaam van minderjarige] , met ingang van 8 december 2020 tot 8 juni 2021;
6.4.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 1 december 2020 door mr. I.L. Rijnbout, kinderrechter, in tegenwoordigheid van H.W. de Ruiter als griffier.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 14 december 2020.

Voetnoten

1.art. 6.1.2., tweede lid, Jw.