Uitspraak
2.Het geschil
Bij een matige (tot ernstige) aorta-insufficiëntie is het advies ook telemetrisch onderzoek naar (potentieel ernstige) onregelmatigheden tijdens arbeid uit te voeren. Bij [naam paard] is die op dit moment dus (nog) niet essentieel, maar zou bij progressie wel geïndiceerd zijn.”
- voor recht verklaart dat de overeenkomst op 3 januari 2020 of 20 april 2020 is ontbonden,
- [gedaagde] veroordeelt tot terugbetaling van de aankoopsom van € 5.000, te vermeerderen met de wettelijke rente,
- [gedaagde] veroordeelt tot betaling van een bedrag van in totaal € 6.996,17, voor door [eiseres] gemaakte (on)kosten,
- veroordeling van [gedaagde] in de buitengerechtelijke kosten en de kosten van deze procedure.
3.De beoordeling
consumentenkoop
- vaccinatiekosten van in totaal € 253,82;
- kosten voor de hoefsmid van in totaal € 475,-;
- ontworming van in totaal € 85,50;
- stallingskosten van september 2019 tot en met september 2020 van in totaal € 4.298,84.
- voor een gedeelte van de maand september 2019: € 47,89;
- van oktober tot en met april 2020: € 478,85 per maand stalling;
- van mei 2020 tot en met september 2020: € 170 per maand weidegang;
- vanaf oktober tot het moment dat [gedaagde] het paard terugneemt € 478,85 per maand voor stalling.
- € 900 (4 x € 225) voor stalling in de maanden januari tot en met april 2020
- € 850,- (5 x € 170) voor weidegang in de maanden mei tot en met september 2020
- 1 x € 225 voor stalling in de maand oktober 2020.
evenals de gematigde stallingskosten voor het gedeelte van de daarop volgende maand, zolang het paard niet is teruggenomen.
- een bedrag van in totaal € 6.270,39 voor de koopsom, het door [eiseres] betaalde gedeelte voor de verwijdering van de chip en het onderzoek tot vaststelling van de aansprakelijkheid, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag met ingang van 20 april 2020;
- € 2.789,32 voor de kosten van stalling/weidegang en hoefsmid, inenting en ontworming. De gevorderde wettelijke rente over deze kosten zal worden toegewezen met ingang van de vervaldata van de afzonderlijke facturen.
4.De beslissing
- € 6.270,39, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van 20 april 2020;
- € 2.789,32 vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van de vervaldata van de afzonderlijke facturen,