Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 november 2020 op het verzet van
[opposante] , te [woonplaats] , België, opposante.
Procesverloop
29 mei 2017 van Belastingdienst/Toeslagen (de Belastingdienst).
Overwegingen
25 maart 2017 waar opposante naar verwijst is ruim voor de data van de beslissingen op bezwaar verzonden en kan dus niet worden gezien als (tijdig) bezwaar (beroep) tegen de beslissingen op bezwaar van 24 april 2017 en 29 mei 2017. Wat op dit punt in verzet is aangevoerd doet dus niks af aan de overwegingen in de uitspraak van de rechtbank van 14 juli 2020, namelijk dat het beroep niet tijdig is ingediend en dat niet is gebleken dat dit niet verwijtbaar is. Dit betekent dat het verzet ongegrond is en dat de uitspraak van de rechtbank van 14 juli 2020 in stand blijft.
Beslissing
P.W. Hogenbirk, griffier. De beslissing is uitgesproken op 20 november 2020 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.